reviewHerzienchevron down
500 Meest Voorkomende Engelse Bijvoeglijke Naamwoorden /

Top 451 - 475 bijvoeglijke naamwoorden

1 / 25
Afsluiten
1-
annual
2-
stuck
3-
conscious
4-
unknown
5-
passionate
6-
presidential
7-
audio
8-
exclusive
9-
silly
10-
liquid
11-
neutral
12-
invisible
13-
clever
14-
Spanish
15-
universal
16-
executive
17-
dominant
18-
prepared
19-
subtle
20-
permanent
21-
electrical
22-
awkward
23-
outside
24-
chronic
25-
broken
annual
annual
bijvoeglijk naamwoord
a
æ
nn
n
u
ju
a
ə
l
l
Spelling
Sluiten
Inloggen
( jaarlijks)

( jaarlijks)

jaarlijks

happening, done, or made once every year

example
Voorbeeld
Click on words
They celebrated their annual family reunion in the summer.
The company held its annual holiday party in December.
stuck
stuck
bijvoeglijk naamwoord
s
s
t
t
u
ə
ck
k
(blokkerend)

(blokkerend)

vast

fixed tightly in a particular position and incapable of moving or being moved

yearly
unstuck
conscious
conscious
bijvoeglijk naamwoord
c
k
o
ɑ
n
n
s
c
ʃ
iou
ə
s
s
(alert)

(alert)

bewust

having awareness of one's surroundings

yearly
unconscious
unknown
unknown
bijvoeglijk naamwoord
u
ʌ
n
n
k
n
o
w
n
n
(onzijdig)

(onzijdig)

onbekend

not widely acknowledged or familiar to most people

yearly
known
passionate
passionate
bijvoeglijk naamwoord
p
p
a
æ
ss
ʃ
io
ə
n
n
a
ə
t
t
e
(vurig)

(vurig)

passioneel

showing or having enthusiasm or strong emotions about something one care deeply about

yearly
passionless
presidential
bijvoeglijk naamwoord
p
p
r
r
e
ɛ
s
z
i
ə
d
d
e
ɛ
n
n
t
ʃ
ia
ə
l
l
(presidents-)

(presidents-)

presidentieel

associated with the role or actions of a president, such as decisions, behaviors, or policies

audio
audio
bijvoeglijk naamwoord
au
ɑ
d
d
io
ioʊ
(geluids-)

(geluids-)

audio

relating to recorded or broadcast sounds

exclusive
exclusive
bijvoeglijk naamwoord
e
ɪ
x
ks
c
k
l
l
u
u
s
s
i
ɪ
v
v
e
(uitsluitend)

(uitsluitend)

exclusief

limited to a particular person, group, or purpose

silly
silly
bijvoeglijk naamwoord
s
s
i
ɪ
ll
l
y
i
(gek)

(gek)

grappig

showing a lack of seriousness, often in a playful way

liquid
liquid
bijvoeglijk naamwoord
l
l
i
ɪ
q
k
u
w
i
ɪ
d
d
(vloeiste)

(vloeiste)

vloeibaar

flowing freely and in the form or state of a liquid

yearly
gaseous
neutral
neutral
bijvoeglijk naamwoord
n
n
eu
u
t
t
r
r
a
ə
l
l
(objectief)

(objectief)

neutraal

not favoring either side in a conflict, competition, debate, etc.

invisible
invisible
bijvoeglijk naamwoord
i
ɪ
n
n
v
v
i
ɪ
s
z
i
ə
b
b
ə
l
l
e
(niet zichtbaar)

(niet zichtbaar)

onzichtbaar

not capable of being seen with the naked eye

yearly
visible
clever
clever
bijvoeglijk naamwoord
c
k
l
l
e
ɛ
v
v
e
ɜ
r
r
(hoogbegaafd)

(hoogbegaafd)

slim

able to think quickly and find solutions to problems

Dialectbritish flagBritish
smartamerican flagAmerican
Spanish
Spanish
bijvoeglijk naamwoord
uk flag
/ˈspænɪʃ/
(Spaans een)

(Spaans een)

Spaans

relating to Spain or its people or language

universal
universal
bijvoeglijk naamwoord
u
ju
n
n
i
ə
v
v
e
ɜ
r
r
s
s
a
ə
l
l
(algemeen)

(algemeen)

universieel

concerning or influencing everyone in the world

executive
bijvoeglijk naamwoord
e
ɪ
x
gz
e
ɛ
c
k
u
j
ə
t
t
i
ɪ
v
v
e
(besluitvormende)

(besluitvormende)

uitvoerende

using or having the power to decide on important matters, plans, etc. or to implement them

dominant
dominant
bijvoeglijk naamwoord
d
d
o
ɑ
m
m
i
ə
n
n
a
ə
n
n
t
t
(overheersend)

(overheersend)

dominant

having superiority in power, influence, or importance

yearly
subordinate
prepared
prepared
bijvoeglijk naamwoord
p
p
r
r
e
i
p
p
a
ɛ
r
r
e
d
d
(klaar)

(klaar)

voorbereid

having been made ready or suitable beforehand for a particular purpose or situation

yearly
unprepared
subtle
subtle
bijvoeglijk naamwoord
s
s
u
ə
b
ə
t
t
l
l
e
N/A

N/A

difficult to notice or detect because of its slight or delicate nature

permanent
bijvoeglijk naamwoord
p
p
e
ɜ
r
r
m
m
a
ə
n
n
e
ə
n
n
t
t
(blijvende)

(blijvende)

permanente

continuing to exist all the time, without significant changes

yearly
impermanent
electrical
electrical
bijvoeglijk naamwoord
e
ɪ
l
l
e
ɛ
c
k
t
t
r
r
i
ɪ
c
k
a
ə
l
l
(elektronisch)

(elektronisch)

elektrisch

producing or operating by electricity

awkward
awkward
bijvoeglijk naamwoord
a
ɑ
w
k
k
w
w
a
ɜ
r
r
d
d
( onbeholpen)

( onbeholpen)

ongemakkelijk

making one feel embarrassed or uncomfortable

outside
outside
bijvoeglijk naamwoord
o
a
u
ʊ
t
t
s
s
i
d
d
e
(externe)

(externe)

buiten

placed on the external side or surface

yearly
inside
chronic
chronic
bijvoeglijk naamwoord
ch
k
r
r
o
ɑ
n
n
i
ɪ
c
k
(langdurig)

(langdurig)

chronisch

(of an illness) difficult to cure and long-lasting

yearly
acute
broken
broken
bijvoeglijk naamwoord
b
b
r
r
o
k
k
e
ə
n
n
(beschadigd)

(beschadigd)

gebroken

(of a thing) physically divided into pieces, because of being damaged, dropped, etc.

yearly
unbroken

Gefeliciteerd! !

U hebt 25 woorden geleerd van Top 451 - 475 Adjectives. Begin met oefenen om het leren en herzien van woordenschat te verbeteren!

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

practice