reviewHerzienchevron down
1 / 16
Afsluiten
1-
to talk into
2-
to turn down
3-
to look after
4-
to run into
5-
to make up
6-
to take after
7-
to ask out
8-
to break off
9-
to chat up
10-
to fall for
11-
to get over
12-
to go off
13-
to go out
14-
to pack in
15-
to run after
16-
to split up
to talk into
To talk into
us flag
/tˈɔːk ˌɪntʊ/
Spelling
Sluiten
Inloggen
(overtuigen)

(overtuigen)

overhalen

werkwoord

to convince someone to do something they do not want to do

antonymtalk out of
example
Voorbeeld
click on words
He's against the idea, but I think I can talk him into it.
I talked her into giving me a lift to work.
The salesman talked us into buying the car.

Grammaticale Informatie:

Phrasaal Status
separable
werkwoord van de zin
talk
partikel van de uitdrukking
into
to turn down
To turn down
us flag
/tˈɜːn dˈaʊn/
(afzien van)

(afzien van)

afwijzen

werkwoord

to decline an invitation, request, or offer

antonymaccept

Grammaticale Informatie:

Phrasaal Status
separable
werkwoord van de zin
turn
partikel van de uitdrukking
down
to look after
To look after
us flag
/lˈʊk ˈæftɚ/
(zorgen voor)

(zorgen voor)

verzorgen

werkwoord

to take care of someone or something and attend to their needs, well-being, or safety

Grammaticale Informatie:

Overgankelijk
Phrasaal Status
inseparable
werkwoord van de zin
look
partikel van de uitdrukking
after
to run into
To run into
us flag
/ɹˈʌn ˌɪntʊ/
(ontmoeten)

(ontmoeten)

tegenkomen

werkwoord

to meet someone by chance and unexpectedly

Grammaticale Informatie:

Overgankelijk
Phrasaal Status
inseparable
werkwoord van de zin
run
partikel van de uitdrukking
into
to make up
To make up
us flag
/mˌeɪk ˈʌp/
(uitvinden)

(uitvinden)

verzinnen

werkwoord

to create a false or fictional story or information

Grammaticale Informatie:

Phrasaal Status
separable
werkwoord van de zin
make
partikel van de uitdrukking
up
To take after
us flag
/tˈeɪk ˈæftɚ/
(het voorbeeld volgen van)

(het voorbeeld volgen van)

op elkaar lijken

werkwoord

to choose someone as an example and follow their behavior or choices

Grammaticale Informatie:

Phrasaal Status
inseparable
werkwoord van de zin
take
partikel van de uitdrukking
after
to ask out
To ask out
us flag
/ˈæsk ˈaʊt/
(vragen om uit te gaan)

(vragen om uit te gaan)

uitnodigen voor een date

werkwoord

to invite someone on a date, particularly a romantic one

Grammaticale Informatie:

Phrasaal Status
separable
werkwoord van de zin
ask
partikel van de uitdrukking
out
To break off
us flag
/bɹˈeɪk ˈɔf/
(afbreken)

(afbreken)

onderbreken

werkwoord

to suddenly stop an activity or an action

Grammaticale Informatie:

Overgankelijk
Phrasaal Status
inseparable
werkwoord van de zin
break
partikel van de uitdrukking
off
to chat up
To chat up
us flag
/tʃˈæt ˈʌp/
(aanpappen)

(aanpappen)

flirten

werkwoord

to talk with someone in a playful or romantic way to explore a potential connection

Grammaticale Informatie:

Phrasaal Status
separable
werkwoord van de zin
chat
partikel van de uitdrukking
up
to fall for
To fall for
us flag
/fˈɔːl fɔːɹ/
(in de val lopen)

(in de val lopen)

voor de gek houden

werkwoord

to be deceived or tricked by someone or something

Grammaticale Informatie:

Overgankelijk
Phrasaal Status
inseparable
werkwoord van de zin
fall
partikel van de uitdrukking
for
to get over
To get over
us flag
/ɡɛt ˈoʊvɚ/
(herstellen van)

(herstellen van)

overwinnen

werkwoord

to recover from an unpleasant or unhappy experience, particularly an illness

antonymget worse

Grammaticale Informatie:

Overgankelijk
Phrasaal Status
inseparable
werkwoord van de zin
get
partikel van de uitdrukking
over
To go off
us flag
/ɡˌoʊ ˈɔf/
(minder leuk vinden)

(minder leuk vinden)

afnemen

werkwoord

to experience a loss of interest or liking towards someone or something

Grammaticale Informatie:

Overgankelijk
Phrasaal Status
inseparable
werkwoord van de zin
go
partikel van de uitdrukking
off
to go out
To go out
us flag
/ɡˌoʊ ˈaʊt/
(de deur uitgaan)

(de deur uitgaan)

uitgaan

werkwoord

to leave the house and attend a specific social event to enjoy your time

Grammaticale Informatie:

Intransitief
Phrasaal Status
inseparable
werkwoord van de zin
go
partikel van de uitdrukking
out
to pack in
To pack in
us flag
/pˈæk ˈɪn/
(veel doen in)

(veel doen in)

inpakken

werkwoord

to do a lot in a short amount of time

Grammaticale Informatie:

Phrasaal Status
inseparable
werkwoord van de zin
pack
partikel van de uitdrukking
in
to run after
To run after
us flag
/ɹˈʌn ˈæftɚ/
(achter iemand aan rennen)

(achter iemand aan rennen)

achtervolgen

werkwoord

to follow someone or something in an attempt to catch them

Grammaticale Informatie:

Phrasaal Status
inseparable
werkwoord van de zin
run
partikel van de uitdrukking
after
to split up
To split up
us flag
/splˈɪt ˈʌp/
(scheiden)

(scheiden)

uit elkaar gaan

werkwoord

to end a romantic relationship or marriage

Grammaticale Informatie:

Intransitief
Phrasaal Status
inseparable
werkwoord van de zin
split
partikel van de uitdrukking
up

Gefeliciteerd! !

U hebt 16 woorden geleerd van Solutions Upper-Intermediate - Unit 5 - 5E. Begin met oefenen om het leren en herzien van woordenschat te verbeteren!

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

practice