reviewHerzienchevron down
Woordenschat voor IELTS General (Score 6-7) /

Aanmoediging en ontmoediging

1 / 22
Afsluiten
1-
to seduce
2-
to prompt
3-
to prevail
4-
to induce
5-
to win over
6-
to tempt
7-
to talk into
8-
to charm
9-
to brainwash
10-
to prevail on
11-
to beguile
12-
to deter
13-
to dissuade
14-
to dishearten
15-
to demoralize
16-
to dispirit
17-
to intimidate
18-
to unnerve
19-
to urge
20-
to advocate
21-
to draw
22-
to give up on
to seduce
werkwoord
s
s
e
ɪ
d
d
u
u
c
s
e
Spelling
Sluiten
Inloggen
(aansporen)

(aansporen)

verleiden

to influence someone to do something by making it seem interesting or pleasant

example
Voorbeeld
Click on words
The advertisement seduced consumers with promises of luxury and convenience.
The idea of a tropical vacation seduced them, and they booked their tickets right away.

Grammaticale Informatie:

Overgankelijk
to prompt
werkwoord
p
p
r
r
o
ɑ
m
m
p
p
t
t
(uitlokken)

(uitlokken)

aanmoedigen

to encourage someone to do or say something

Grammaticale Informatie:

ditransitive
to prevail
werkwoord
p
p
r
r
e
i
v
v
ai
l
l
(beïnvloeden)

(beïnvloeden)

overtuigen

to convince or influence someone to take a particular action

Grammaticale Informatie:

ditransitive
to induce
to induce
werkwoord
i
ɪ
n
n
d
d
u
u
c
s
e
(aanmoedigen)

(aanmoedigen)

induceren

to influence someone to do something particular

Grammaticale Informatie:

ditransitive
to win over
werkwoord
uk flag
/wˈɪn ˈoʊvɚ/
(beïnvloeden)

(beïnvloeden)

overwinnen

to try to change someone's opinion on something and gain their favor or support

Grammaticale Informatie:

Phrasaal Status
separable
werkwoord van de zin
win
partikel van de uitdrukking
over
to tempt
to tempt
werkwoord
t
t
e
ɛ
m
m
p
p
t
t
(aanlokken)

(aanlokken)

verleiden

to make someone do something that seems interesting, despite them knowing it might be wrong or not good for them

Grammaticale Informatie:

ditransitive
to talk into
to talk into
werkwoord
uk flag
/tˈɔːk ˌɪntʊ/
(overtuigen)

(overtuigen)

overhalen

to convince someone to do something they do not want to do

talk out of

Grammaticale Informatie:

Phrasaal Status
separable
werkwoord van de zin
talk
partikel van de uitdrukking
into
to charm
werkwoord
ch
ʧ
a
ɑ
r
r
m
m
(verleiden)

(verleiden)

charmeren

to employ one's likable qualities or appeal in order to influence someone

Grammaticale Informatie:

Overgankelijk
to brainwash
to brainwash
werkwoord
b
b
r
r
ai
n
n
w
w
a
ɑ
sh
ʃ
(indoctrineren)

(indoctrineren)

hersenwassen

to control someone's thoughts, actions, or feelings and make them believe or do certain things through tricks or force

Grammaticale Informatie:

Overgankelijk
to prevail on
werkwoord
uk flag
/pɹɪvˈeɪl ˈɑːn/
(overhalen)

(overhalen)

overtuigen

to persuade and convince a person to do something

to beguile
werkwoord
b
b
e
ɪ
g
g
ui
l
l
e
(misleiden)

(misleiden)

bedriegen

to deceive or trick someone into doing something by using clever and tricky methods

to deter
to deter
werkwoord
d
d
e
ɪ
t
t
e
ɜ
r
r
(afhouden van)

(afhouden van)

afschrikken

to stop something from happening

Grammaticale Informatie:

Overgankelijk
to dissuade
to dissuade
werkwoord
d
d
i
ɪ
ss
s
u
w
a
d
d
e
(afhouden)

(afhouden)

afschrikken

to make someone not to do something

persuade

Grammaticale Informatie:

ditransitive
to dishearten
to dishearten
werkwoord
uk flag
/dɪshˈɑːɹʔn̩/
(verdrietig maken)

(verdrietig maken)

ontmoedigen

to cause someone to lose courage, enthusiasm, or hope

cheer

Grammaticale Informatie:

Overgankelijk
to demoralize
to demoralize
werkwoord
uk flag
/dɪˈmɔɹəˌɫaɪz/
(demoraliseren)

(demoraliseren)

ontmoedigen

to make someone feel sad or less hopeful by weakening their confidence, mood, etc.

elate

Grammaticale Informatie:

Overgankelijk
to dispirit
to dispirit
werkwoord
d
d
i
ɪ
s
s
p
p
i
ɪ
r
r
i
ɪ
t
t
(afschrikken)

(afschrikken)

ontmoedigen

to cause someone to feel discouraged and less motivated

elate

Grammaticale Informatie:

Overgankelijk
to intimidate
werkwoord
i
ɪ
n
n
t
t
i
ɪ
m
m
i
ɪ
d
d
a
t
t
e
(afschrikken)

(afschrikken)

intimideren

to force or discourage someone from doing something through the use of threats or fear

Grammaticale Informatie:

Overgankelijk
to unnerve
to unnerve
werkwoord
u
ə
nn
n
e
ɜ
r
r
v
v
e
(ongerust maken)

(ongerust maken)

onnerving

to make someone feel uneasy or anxious, disrupting their usual calm or confidence

Grammaticale Informatie:

Overgankelijk
to urge
to urge
werkwoord
u
ɜ
r
r
g
ʤ
e
(aanzetten tot)

(aanzetten tot)

aanmoedigen

to persistently try to motivate or support someone, particularly to pursue their goals

Grammaticale Informatie:

ditransitive
to advocate
to advocate
werkwoord
a
æ
d
d
v
v
o
ə
c
k
a
t
t
e
(aanbevelen)

(aanbevelen)

pleiten voor

to publicly support or recommend something

Grammaticale Informatie:

Intransitief
to draw
werkwoord
d
d
r
r
a
ɔ:
w
(trekken)

(trekken)

aantrekken

to lead or attract someone toward a specific place, situation, or course of action, often by exerting an appealing force or influence

Grammaticale Informatie:

Overgankelijk
to give up on
werkwoord
uk flag
/ɡˈɪv ˌʌp ˈɑːn/
(de hoop opgeven)

(de hoop opgeven)

opgeven

to no longer believe in someone showing any positive development in their behavior, relationship, etc.

Grammaticale Informatie:

Phrasaal Status
inseparable
werkwoord van de zin
give
partikel van de uitdrukking
up on

Gefeliciteerd! !

U hebt 22 woorden geleerd van Expressing Encouragement and Discouragement. Begin met oefenen om het leren en herzien van woordenschat te verbeteren!

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

practice