Grootte en schaal

enormous

bijvoeglijk naamwoord

/i.nɔr.məs/ or /i.nawr.mēs/

e

i

n

n

o

ɔ

r

r

m

m

ou

ə

s

s

(reusachtig)

enorm

extremely large in physical dimensions

giant

bijvoeglijk naamwoord

/ʤaɪənt/ or /jaiēnt/

g

ʤ

ia

aɪə

n

n

t

t

(gigantisch)

reusachtig

extremely large in size

grand

bijvoeglijk naamwoord

/grænd/ or /grānd/

g

g

r

r

a

æ

n

n

d

d

(majestueus)

grandioos

magnificent in size and appearance

massive

bijvoeglijk naamwoord

/mæ.sɪv/ or /mā.siv/

m

m

a

æ

ss

s

i

ɪ

v

v

e

N/A

extremely large or heavy

tiny

bijvoeglijk naamwoord

/taɪ.ni/ or /tai.ni/

t

t

i

aɪ

n

n

y

i

(minuscool)

klein

extremely small

little

bijvoeglijk naamwoord

/lɪ.təl/ or /li.tēl/

l

l

i

ɪ

tt

t

ə

l

l

e

(kort)

klein

below average in size

small-scale

bijvoeglijk naamwoord

/smˈɔːlskˈeɪl/

(in het klein)

kleinschalig

characterized by a limited or reduced size

pocket-sized

bijvoeglijk naamwoord

/pˈɑːkɪtsˈaɪzd/

(handformaat)

zakformaat

describing something that is small enough to fit in a pocket

small

bijvoeglijk naamwoord

/smɔl/ or /smawl/

s

s

m

m

a

ɔ

ll

l

(bloat)

klein

below average in physical size

medium

bijvoeglijk naamwoord

/mi:.diəm/ or /mi.diēm/

m

m

e

i:

d

d

iu

iə

m

m

(gemiddeld)

middelgroot

having a size that is not too big or too small, but rather in the middle

big

bijvoeglijk naamwoord

/bɪg/ or /big/

b

b

i

ɪ

g

g

(fors)

groot

above average in size or extent

sizable

bijvoeglijk naamwoord

/saɪ.zə.bəl/ or /sai.zē.bēl/

s

s

i

aɪ

z

z

a

ə

b

b

ə

l

l

e

(groot)

aanzienlijk

having a relatively large size