Academische IELTS-woorden voor "armoede en mislukking"

frustrated

bijvoeglijk naamwoord

f

r

u

ə

s

t

r

a

eɪ

t

e

ə

d

Sluiten

Inloggen

(onterbiedigd)

geviseerd

(of a person) incapable of achieving success in a specific profession

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

unfulfilled

bijvoeglijk naamwoord

u

ə

n

f

u

ʊ

l

f

i

ɪ

ll

l

e

d

(onvervuld)

niet vervuld

not achieving one's full potential or desired goals

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

unfruitful

bijvoeglijk naamwoord

u

ʌ

n

f

r

u

u:

i

t

f

u

ə

l

(niet succesvol)

onvruchtbaar

not producing the expected or desired results

fruitful

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

unrewarding

bijvoeglijk naamwoord

u

ʌ

n

r

e

ɪ

w

a

ɔ:

r

d

i

ɪ

n

g

(niet belonend)

onbevredigend

not bringing satisfaction, fulfillment, or positive outcomes

rewarding

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

unprofitable

bijvoeglijk naamwoord

u

ə

n

p

r

o

ɑ

f

i

ɪ

t

a

ə

b

ə

l

e

(niet winstgevend)

onrendabel

not generating a profit, gain, or financial benefit

profitable

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

fruitless

bijvoeglijk naamwoord

f

r

ui

u

t

l

e

ə

ss

s

(onvruchtbaar)

vruchteloos

failing to produce the desired or expected results

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

failing

bijvoeglijk naamwoord

f

ai

eɪ

l

i

ɪ

n

g

(teleurstellende)

mislukkende

characterized by shortcomings, deficiencies, or a decline in quality

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

impoverished

bijvoeglijk naamwoord

i

ɪ

m

p

o

ɑ

v

e

r

i

ɪ

sh

ʃ

e

d

t

(arm)

verarmd

(of people and areas) experiencing extreme poverty

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

penniless

bijvoeglijk naamwoord

p

e

ɛ

nn

n

i

l

e

ə

ss

s

(broodloos)

zonder geld

having no money or financial resources

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

underprivileged

bijvoeglijk naamwoord

/ˈəndɝˈpɹɪvɫədʒd/

(benadeeld)

achtergesteld

lacking access to essential resources or opportunities that are enjoyed by others, often due to social or economic factors

privileged

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

struggling

bijvoeglijk naamwoord

s

t

r

u

ə

gg

g

ə

l

i

ɪ

n

g

(worsteling)

strijdende

facing challenges or hardships, often in the context of financial limitations or adversities

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

misfortune

zelfstandig naamwoord

m

i

ɪ

s

f

o

ɔ

r

t

ʧ

u

ə

n

e

(ongeluk)

tegenslag

a situation or event that causes bad luck or hardship for someone

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

surrender

zelfstandig naamwoord

s

u

ɜ

rr

r

e

ɛ

n

d

e

ɜ

r

(afstand)

overgave

the act of yielding, giving up, or submitting to an opponent, authority, or circumstance

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

to flounder

werkwoord

f

l

o

a

u

ʊ

n

d

e

ɜ

r

(in de problemen komen)

verkeerd gaan

to face great difficulties and be about to fail

Grammaticale Informatie:

Intransitief

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

to go down

werkwoord

/ɡoʊ ˈdaʊn/

(verlies lijden)

ten onder gaan

to experience defeat in a competition or conflict

Grammaticale Informatie:

Intransitief

Phrasaal Status

inseparable

werkwoord van de zin

go

partikel van de uitdrukking

down

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

to mismanage

werkwoord

m

i

ɪ

s

m

a

æ

n

a

ɪ

g

ʤ

e

(verkeerd beheren)

slecht beheren

to inadequately direct something due to negligence or poor decision-making

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

to go under

werkwoord

/ɡˌoʊ ˈʌndɚ/

(omvallen)

failliet gaan

to experience financial failure or bankruptcy, often leading to the end or termination of a business or company

Grammaticale Informatie:

Intransitief

Phrasaal Status

inseparable

werkwoord van de zin

go

partikel van de uitdrukking

under

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

to miscarry

werkwoord

m

i

ɪ

s

c

k

a

æ

rr

r

y

i

(falen)

mislukken

to fail to achieve a desired outcome

succeed

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

to concede

werkwoord

c

k

o

ə

n

c

s

e

i

d

e

(inzien)

toegeven

to admit defeat in a competition, election, etc.

Grammaticale Informatie:

Overgankelijk

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

to abdicate

werkwoord

a

æ

b

d

i

ə

c

k

a

eɪ

t

e

(ontzitten)

afzien van

to not accept or complete an obligation or duty

Grammaticale Informatie:

Overgankelijk

Woordfamilie

frustr

Verb

frustrate

Verb

frustrated

Adjective

Gefeliciteerd! !

U hebt 20 woorden geleerd van Describing Poverty and Failure. Begin met oefenen om het leren en herzien van woordenschat te verbeteren!

Herzien

Flashcards

Spelling

Quiz

Armoede en mislukking

Grammaticale Informatie:

Grammaticale Informatie:

Grammaticale Informatie:

Grammaticale Informatie:

Grammaticale Informatie:

Gefeliciteerd! !