Boek Top Notch 1B - Eenheid 6 - Les 2

Hier vind je de woordenschat van Unit 6 - Les 2 in het Top Notch 1B cursusboek, zoals "baan", "oefening", "atletiekveld", enz.

Herzien

Flashcards

Spelling

Quiz

Begin met leren

place

[zelfstandig naamwoord]

the part of space where someone or something is or they should be

plaats,locatie, a space or area

Ex: The museum is a fascinating place to learn about history and art .Het museum is een fascinerende **plek** om over geschiedenis en kunst te leren.

Sluiten

Inloggen

sport

[zelfstandig naamwoord]

a physical activity or competitive game with specific rules that people do for fun or as a profession

sport

Ex: Hockey is an exciting sport played on ice or field , with sticks and a small puck or ball .Hockey is een spannende **sport** die op ijs of veld wordt gespeeld, met sticks en een kleine puck of bal.

Sluiten

Inloggen

exercise

[zelfstandig naamwoord]

a mental or physical activity that helps keep our mind and body healthy

oefening, lichamelijke activiteit

Ex: Yoga is a great exercise for relaxation and flexibility .

Sluiten

Inloggen

pool

[zelfstandig naamwoord]

a container of water that people can swim in

zwembad, pool

Ex: The Olympic-sized pool at the sports complex is used for competitive swimming events and training sessions by professional athletes .Het Olympische **zwembad** in het sportcomplex wordt gebruikt voor wedstrijdzwemmen en trainingssessies door professionele atleten.

Sluiten

Inloggen

athletic field

[zelfstandig naamwoord]

a place that is made for playing specific games and sports

sportveld, stadion

Ex: Students gathered on the athletic field for sports day .De studenten verzamelden zich op het **sportveld** voor de sportdag.

Sluiten

Inloggen

golf course

[zelfstandig naamwoord]

a place where people go to play golf

golfbaan, golfcursus

Ex: The golf course was designed by a renowned architect , featuring a variety of terrains that tested players ' abilities and strategies .De **golfbaan** is ontworpen door een gerenommeerde architect en biedt een verscheidenheid aan terreinen die de vaardigheden en strategieën van de spelers op de proef stelden.

Sluiten

Inloggen

track

[zelfstandig naamwoord]

a course that is used for racing, usually round, and with multiple lanes

baan, racecircuit

Ex: The school installed a new track for their athletics program .

Sluiten

Inloggen

tennis court

[zelfstandig naamwoord]

an area shaped like a rectangle that is made for playing tennis

tennisbaan, tenniscourt

Ex: The championship match was held on the center tennis court, where spectators gathered to watch the top players compete for the title .De kampioenschapswedstrijd werd gehouden op de centrale **tennisbaan**, waar toeschouwers zich verzamelden om de topspelers te zien strijden om de titel.

Sluiten

Inloggen

park

[zelfstandig naamwoord]

a large public place in a town or a city that has grass and trees and people go to for walking, playing, and relaxing

park

Ex: We sat on a bench in the park and watched people playing sports .We zaten op een bankje in het **park** en keken naar mensen die sporten speelden.

Sluiten

Inloggen

gym

[zelfstandig naamwoord]

a place with special equipment that people go to exercise or play sports

sportschool, gymzaal

Ex: I saw her lifting weights at the gym yesterday .Ik zag haar gestern gewichten tillen in de **sportschool**.

Sluiten

Inloggen

Boek Top Notch 1B

LanGeek app downloaden

Langeek

Boek Top Notch 1B - Eenheid 6 - Les 2