500 Meest Voorkomende Engelse Zelfstandige Naamwoorden - Top 151 - 175 Zelfstandige naamwoorden

Hier krijg je deel 7 van de lijst met de meest voorkomende zelfstandige naamwoorden in het Engels, zoals "test", "afbeelding" en "middag".

Herzien

Flashcards

Spelling

Quiz

Begin met leren

chance

[zelfstandig naamwoord]

a possibility that something will happen

kans, mogelijkheid

Ex: There 's a good chance we 'll finish the project ahead of schedule if we stay focused .Er is een goede **kans** dat we het project voor op schema afronden als we gefocust blijven.

Sluiten

Inloggen

test

[zelfstandig naamwoord]

an examination that consists of a set of questions, exercises, or activities to measure someone’s knowledge, skill, or ability

examen, test

Ex: The teacher will hand out the test papers at the beginning of the class.De leraar zal de **testen** aan het begin van de les uitdelen.

Sluiten

Inloggen

market

[zelfstandig naamwoord]

a public place where people buy and sell groceries

markt, bazaar

Ex: They visited the farmers ' market on Saturday mornings to buy fresh fruits and vegetables .Ze bezochten de **markt** van de boeren op zaterdagochtend om verse groenten en fruit te kopen.

Sluiten

Inloggen

effect

[zelfstandig naamwoord]

a change in a person or thing caused by another person or thing

effect, impact

Ex: The new policy had an immediate effect on employee productivity .Het nieuwe beleid had direct **effect** op de productiviteit van de werknemers.

Sluiten

Inloggen

picture

[zelfstandig naamwoord]

a visual representation of a scene, person, etc. produced by a camera

foto, afbeelding

Ex: The art gallery displayed a stunning collection of pictures from various artists .De kunstgalerie toonde een verbluffende collectie **schilderijen** van verschillende kunstenaars.

Sluiten

Inloggen

program

[zelfstandig naamwoord]

a broadcast people watch or listen to on television or radio

programma, uitzending

Ex: He recorded his favorite program so he could watch it later .Hij nam zijn favoriete **programma** op zodat hij het later kon bekijken.

Sluiten

Inloggen

morning

[zelfstandig naamwoord]

the time of day that is between when the sun starts to rise and the middle of the day at twelve o'clock

ochtend, morgen

Ex: The morning is a time of new beginnings and possibilities .De **ochtend** is een tijd van nieuwe beginnen en mogelijkheden.

Sluiten

Inloggen

noon

[zelfstandig naamwoord]

the time of day when the sun is at its highest point in the sky, typically around 12 o'clock

middag, middaguur

Ex: The conference call is scheduled to start promptly at noon, so please be on time .De teleconferentie is gepland om precies om **middag** te beginnen, dus wees alsjeblieft op tijd.

Sluiten

Inloggen

afternoon

[zelfstandig naamwoord]

the time of day that is between twelve o'clock and the time that the sun starts to set

middag

Ex: The afternoon sun casts a warm glow on the buildings and trees .De **middagzon** werpt een warme gloed op de gebouwen en bomen.

Sluiten

Inloggen

evening

[zelfstandig naamwoord]

the time of day that is between the time that the sun starts to set and when the sky becomes completely dark

avond, avondtijd

Ex: We enjoyed a peaceful walk in the park during the evening.We genoten van een vreedzame wandeling in het park in de avond.

Sluiten

Inloggen

night

[zelfstandig naamwoord]

the time when the sun goes down, it gets dark outside, and we sleep

nacht, avond

Ex: The night sky is filled with stars and a beautiful moon .De **nachtelijke** hemel is gevuld met sterren en een prachtige maan.

Sluiten

Inloggen

event

[zelfstandig naamwoord]

anything that takes place, particularly something important

gebeurtenis, evenement

Ex: Graduation day is a significant event in the lives of students and their families .De dag van het afstuderen is een belangrijk **evenement** in het leven van studenten en hun families.

Sluiten

Inloggen

news

[zelfstandig naamwoord]

newly received information about recent and important events

nieuws, nieuwtjes

Ex: The news of the accident spread quickly through social media .

Sluiten

Inloggen

husband

[zelfstandig naamwoord]

the man you are officially married to

echtgenoot, man

Ex: She introduced her husband as a successful entrepreneur during the charity event .Ze stelde haar **man** voor als een succesvolle ondernemer tijdens het benefietevenement.

Sluiten

Inloggen

wife

[zelfstandig naamwoord]

the lady you are officially married to

echtgenote, vrouw

Ex: Tom and his wife have been happily married for over 20 years , and they still have a strong bond .Tom en zijn **vrouw** zijn al meer dan 20 jaar gelukkig getrouwd en hebben nog steeds een sterke band.

Sluiten

Inloggen

son

[zelfstandig naamwoord]

a person's male child

zoon, mannelijk kind

Ex: The father and son spent a delightful afternoon playing catch in the park .De vader en de **zoon** brachten een heerlijke middag door met het spelen van bal in het park.

Sluiten

Inloggen

daughter

[zelfstandig naamwoord]

a person's female child

dochter, meisje

Ex: The mother and daughter enjoyed a delightful afternoon of shopping and bonding .De moeder en de **dochter** genoten van een heerlijke middag van winkelen en bonding.

Sluiten

Inloggen

education

[zelfstandig naamwoord]

the process that involves teaching and learning, particularly at a school, university, or college

onderwijs, opleiding

Ex: She dedicated her career to advocating for inclusive education for students with disabilities .Ze wijdde haar carrière aan het pleiten voor inclusief **onderwijs** voor studenten met een handicap.

Sluiten

Inloggen

back

[zelfstandig naamwoord]

the part of our body between our neck and our legs that we cannot see

rug, wervelkolom

Ex: She used her back to push the door open.Ze gebruikte haar **rug** om de deur open te duwen.

Sluiten

Inloggen

class

[zelfstandig naamwoord]

students as a whole that are taught together

klas, groep

Ex: The class elected a representative to voice their concerns and suggestions during student council meetings .De **klas** koos een vertegenwoordiger om hun zorgen en suggesties te uiten tijdens vergaderingen van de studentenraad.

Sluiten

Inloggen

conversation

[zelfstandig naamwoord]

a talk that is between two or more people and they tell each other about different things like feelings, ideas, and thoughts

gesprek, conversatie

Ex: They had a long conversation about their future plans .Ze hadden een lang **gesprek** over hun toekomstplannen.

Sluiten

Inloggen

court

[zelfstandig naamwoord]

the place in which legal proceedings are conducted

rechtbank, hof

Ex: The Supreme Court's decision set a legal precedent.Het besluit van het **Hof** stelde een juridisch precedent.

Sluiten

Inloggen

half

[zelfstandig naamwoord]

either one of two equal parts of a thing

helft, half

Ex: Please take this half and give the other to your brother .Neem alsjeblieft deze **helft** en geef de andere aan je broer.

Sluiten

Inloggen

position

[zelfstandig naamwoord]

the place where someone or something is located in relation to other things

positie

Ex: The outfielder adjusted his position to catch the fly ball .De buitenvelder paste zijn **positie** aan om de vliegende bal te vangen.

Sluiten

Inloggen

rate

[zelfstandig naamwoord]

the number of times something changes or happens during a specific period of time

percentage, misdaadpercentage

Ex: The unemployment rate in the region is higher than the national average.Het **percentage** werkloosheid in de regio is hoger dan het nationale gemiddelde.

Sluiten

Inloggen

500 Meest Voorkomende Engelse Zelfstandige Naamwoorden

LanGeek app downloaden