pattern

Engelse woordenschat voor beginners 1 - Kleuren

Hier leer je enkele Engelse woorden voor kleuren, zoals "groen", "paars" en "oranje", voorbereid voor studenten op startersniveau.

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
Starters 1
color

a quality such as red, green, blue, yellow, etc. that we see when we look at something

kleur

kleur

Google Translate
[zelfstandig naamwoord]
blue

having the color of the ocean or clear sky at daytime

[bijvoeglijk naamwoord]
red

having the color of tomatoes or blood

rode kleur

rode kleur

Google Translate
[bijvoeglijk naamwoord]
yellow

having the color of lemons or the sun

gele kleur

gele kleur

Google Translate
[bijvoeglijk naamwoord]
white

having the color that is the lightest, like snow

witte kleur

witte kleur

Google Translate
[bijvoeglijk naamwoord]
black

having the color that is the darkest, like most crows

zwarte kleur

zwarte kleur

Google Translate
[bijvoeglijk naamwoord]
green

having the color of fresh grass or most plant leaves

[bijvoeglijk naamwoord]
orange

having the color of carrots or pumpkins

Oranje kleur

Oranje kleur

Google Translate
[bijvoeglijk naamwoord]
purple

having the color of most ripe eggplants

paarse kleur

paarse kleur

Google Translate
[bijvoeglijk naamwoord]
pink

having the color of strawberry ice cream

[bijvoeglijk naamwoord]
brown

having the color of chocolate ice cream

bruine kleur

bruine kleur

Google Translate
[bijvoeglijk naamwoord]
gray

having a color between white and black, like most koalas or dolphins

[bijvoeglijk naamwoord]
LanGeek
LanGeek app downloaden