Boek Summit 1B - Eenheid 10 - Les 4

Hier vind je de woordenschat van Unit 10 - Les 4 in het Summit 1B tekstboek, zoals "luidruchtig", "zelfverzekerd", "veilig", enz.

Herzien

Flashcards

Spelling

Quiz

Begin met leren

confident

[bijvoeglijk naamwoord]

having a strong belief in one's abilities or qualities

zelfverzekerd, vol vertrouwen

Ex: The teacher was confident about her students ' progress .De leraar was **zelfverzekerd** over de vooruitgang van haar leerlingen.

Sluiten

Inloggen

confidently

[bijwoord]

in a manner that shows strong belief in one's own skills or qualities

vol vertrouwen, zelfverzekerd

Ex: I confidently answered the question , knowing I was correct .Ik beantwoordde de vraag **vol vertrouwen**, wetende dat ik gelijk had.

Sluiten

Inloggen

mysterious

[bijvoeglijk naamwoord]

difficult or impossible to comprehend or explain

mysterieus, raadselachtig

Ex: The old book had a mysterious aura that intrigued the reader .Het oude boek had een **mysterieuze** aura die de lezer intrigeerde.

Sluiten

Inloggen

mysteriously

[bijwoord]

in a manner that is not easy to explain or understand

mysterieus, op een mysterieuze manier

Ex: The sound echoed mysteriously through the empty hall .Het geluid echode **mysterieus** door de lege hal.

Sluiten

Inloggen

quick

[bijvoeglijk naamwoord]

taking a short time to move, happen, or be done

snel, vlug

Ex: The quick fox darted across the field , disappearing into the forest .De **snelle** vos schoot over het veld, verdwijnend in het bos.

Sluiten

Inloggen

quickly

[bijwoord]

with a lot of speed

snel, vlug

Ex: The river flowed quickly after heavy rainfall .De rivier stroomde **snel** na zware regenval.

Sluiten

Inloggen

quiet

[bijvoeglijk naamwoord]

(of a person) not talking too much

stil, gereserveerd

Ex: The quiet girl in the corner is actually a brilliant writer .Het **stille** meisje in de hoek is eigenlijk een briljante schrijfster.

Sluiten

Inloggen

quietly

[bijwoord]

in a way that produces little or no noise

stil, zachtjes

Ex: She quietly packed her bags , careful not to disturb her roommates .Ze pakte **stiljes** haar tassen, voorzichtig om haar huisgenoten niet te storen.

Sluiten

Inloggen

safe

[bijvoeglijk naamwoord]

protected from any danger

veilig, beschermd

Ex: After the storm passed , they felt safe to return to their houses and assess the damage .Nadat de storm voorbij was, voelden ze zich **veilig** om terug te keren naar hun huizen en de schade te beoordelen.

Sluiten

Inloggen

safely

[bijwoord]

in a way that avoids harm or danger

veilig, zonder gevaar

Ex: The chef handled the sharp knives safely, avoiding accidents in the kitchen .De chef hanteerde de scherpe messen **veilig**, waardoor ongelukken in de keuken werden voorkomen.

Sluiten

Inloggen

noise

[zelfstandig naamwoord]

sounds that are usually unwanted or loud

lawaai, herrie

Ex: He found it hard to concentrate on his work with all the noise coming from the street .Hij vond het moeilijk om zich te concentreren op zijn werk met al het **lawaai** van de straat.

Sluiten

Inloggen

noisily

[bijwoord]

in a way that makes too much sound or disturbance

luidruchtig

Ex: The students shuffled noisily into the auditorium , finding their seats for the assembly .De studenten liepen **lawaaiig** de auditorium binnen, hun zitplaatsen voor de bijeenkomst zoekend.

Sluiten

Inloggen

careful

[bijvoeglijk naamwoord]

giving attention or thought to what we are doing to avoid doing something wrong, hurting ourselves, or damaging something

voorzichtig, zorgvuldig

Ex: We have to be careful not to overwater the plants .We moeten **voorzichtig** zijn om de planten niet te veel water te geven.

Sluiten

Inloggen

carefully

[bijwoord]

thoroughly and precisely, with close attention to detail or correctness

voorzichtig, nauwkeurig

Ex: The surgeon operated carefully, focusing on precision to ensure the best possible outcome for the patient .De kleermaker mat **zorgvuldig** de schouders van zijn klant.

Sluiten

Inloggen

comfortable

[bijvoeglijk naamwoord]

physically feeling relaxed and not feeling pain, stress, fear, etc.

comfortabel, op zijn gemak

Ex: He appeared comfortable during the yoga class , showing flexibility and ease in his poses .Hij leek **comfortabel** tijdens de yogales, met flexibiliteit en gemak in zijn houdingen.

Sluiten

Inloggen

comfortably

[bijwoord]

in a way that allows physical ease and relaxation, without strain or discomfort

comfortabel, op zijn gemak

Ex: He dressed comfortably for the long drive ahead .Hij kleedde zich **comfortabel** aan voor de lange rit die voor hem lag.

Sluiten

Inloggen

Boek Summit 1B

LanGeek app downloaden

Langeek

Boek Summit 1B - Eenheid 10 - Les 4