pattern

Cambridge English: FCE (B2 First) - Uitdagingen, Vaardigheden & Vermogens

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
Cambridge English: FCE (B2 First)
to take a risk
[Zinsdeel]

to decide to do something that may result in something unpleasant or dangerous

Ex: Despite the uncertainties, he decided to take the risk of starting his own tech startup.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
challenge
[zelfstandig naamwoord]

a difficult and new task that puts one's skill, ability, and determination to the test

uitdaging

uitdaging

Ex: The puzzle provided a fun challenge for everyone at the party .De puzzel bood een leuke **uitdaging** voor iedereen op het feest.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to struggle
[werkwoord]

to put a great deal of effort to overcome difficulties or achieve a goal

vechten, zich inspannen

vechten, zich inspannen

Ex: Right now , the climbers are struggling to reach the summit .Op dit moment **vechten** de klimmers om de top te bereiken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
strength
[zelfstandig naamwoord]

the quality or state of being physically or mentally strong

kracht, sterkte

kracht, sterkte

Ex: The company 's financial strength enabled it to withstand economic downturns .De financiële **sterkte** van het bedrijf stelde het in staat om economische neergangen te weerstaan.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
inexperienced
[bijvoeglijk naamwoord]

not having practical knowledge, skill, or familiarity in a particular field or activity

onervaren, beginner

onervaren, beginner

Ex: The inexperienced chef made several rookie mistakes in the kitchen , resulting in a less-than-perfect meal .De **onervaren** chef maakte verschillende beginnersfouten in de keuken, wat resulteerde in een minder dan perfecte maaltijd.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
talent
[zelfstandig naamwoord]

an ability that a person naturally has in doing something well

talent, gave

talent, gave

Ex: The gymnast 's talent for flexibility and strength earned her many medals .Het **talent** van de turnster voor flexibiliteit en kracht leverde haar veel medailles op.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
hopeless
[bijvoeglijk naamwoord]

unable to do something properly, often without the possibility of improvement

hopeloos, onbekwaam

hopeloos, onbekwaam

Ex: The new player was hopeless on the field .De nieuwe speler was **hopeloos** op het veld.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
impressive
[bijvoeglijk naamwoord]

evoking admiration through quality, skill, or performance

indrukwekkend, opmerkelijk

indrukwekkend, opmerkelijk

Ex: She made an impressive presentation that showcased her extensive knowledge of the topic .Ze gaf een **indrukwekkende** presentatie die haar uitgebreide kennis van het onderwerp liet zien.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
fluent
[bijvoeglijk naamwoord]

able to speak or write clearly and effortlessly

vloeiend, welbespraakt

vloeiend, welbespraakt

Ex: They hired a fluent interpreter to help with the negotiations .Haar **vloeiende** antwoorden maakten indruk op het interviewpanel.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to specialize
[werkwoord]

to have the necessary knowledge, experience, or set of skills in a particular field

specialiseren, zich toeleggen

specialiseren, zich toeleggen

Ex: After law school , he specialized in intellectual property law , protecting creative innovations .Na de rechtenstudie **specialiseerde** hij zich in intellectuele eigendomsrecht, waarbij hij creatieve innovaties beschermde.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
humor
[zelfstandig naamwoord]

the ability to understand, enjoy, or communicate what is funny or amusing

humor

humor

Ex: She uses humor to connect with her students and make learning fun .Ze gebruikt **humor** om contact te maken met haar studenten en het leren leuk te maken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to pick up
[werkwoord]

to acquire a new skill or language through practice and application rather than formal instruction

verwerven, leren door te doen

verwerven, leren door te doen

Ex: Many immigrants pick up the local dialect just by conversing with neighbors .Veel immigranten **leren** het lokale dialect gewoon door met buren te praten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
skilled
[bijvoeglijk naamwoord]

having the necessary experience or knowledge to perform well in a particular field

bekwaam, vaardig

bekwaam, vaardig

Ex: The skilled chef creates culinary masterpieces that delight the palate .De **vaardige** chef-kok creëert culinaire meesterwerken die het gehemelte verrukken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Cambridge English: FCE (B2 First)
LanGeek
LanGeek app downloaden