Boek English Result - Pre-intermediate - Eenheid 4 - 4A

Hier vind je de woordenschat van Unit 4 - 4A in het English Result Pre-Intermediate cursusboek, zoals "deken", "zeep", "receptionist", enz.

Herzien

Flashcards

Spelling

Quiz

Begin met leren

hotel

[zelfstandig naamwoord]

a building where we give money to stay and eat food in when we are traveling

hotel, herberg

Ex: They checked out of the hotel and headed to the airport for their flight .Ze checkten uit bij het **hotel** en gingen naar de luchthaven voor hun vlucht.

Sluiten

Inloggen

room

[zelfstandig naamwoord]

a space in a building with walls, a floor, and a ceiling where people do different activities

kamer, ruimte

Ex: I found a quiet room to study for my exams .Ik heb een stille **kamer** gevonden om te studeren voor mijn examens.

Sluiten

Inloggen

blanket

[zelfstandig naamwoord]

a large piece of fabric made of wool, cotton, or other materials that is used to keep warm or to provide comfort, used on beds, sofas, chairs, etc.

deken, plaid

Ex: The colorful quilted blanket added a touch of warmth and style to the otherwise plain bedroom decor .De kleurrijke gequilte **deken** voegde een vleugje warmte en stijl toe aan het verder eenvoudige slaapkamerdecor.

Sluiten

Inloggen

glass

[zelfstandig naamwoord]

a container that is used for drinks and is made of glass

glas, beker

Ex: They happily raised their glasses for a toast.Ze hieven vrolijk hun **glazen** voor een toast.

Sluiten

Inloggen

lamp

[zelfstandig naamwoord]

an object that can give light by using electricity or burning gas or oil

lamp, licht

Ex: They bought a stylish new lamp for their study desk .Ze kochten een stijlvolle nieuwe lamp voor hun studeerbureau.

Sluiten

Inloggen

remote control

[zelfstandig naamwoord]

a small device that lets you control electrical or electronic devices like TVs from a distance

afstandsbediening, verstuurder

Ex: The remote control makes it convenient to operate electronic devices from a distance .De **afstandsbediening** maakt het gemakkelijk om elektronische apparaten op afstand te bedienen.

Sluiten

Inloggen

pillow

[zelfstandig naamwoord]

a cloth bag stuffed with soft materials that we put our head on when we are lying or sleeping

kussen, hoofdkussen

Ex: The hotel provided fluffy pillows for a good night 's sleep .Het hotel zorgde voor pluizige **kussens** voor een goede nachtrust.

Sluiten

Inloggen

ashtray

[zelfstandig naamwoord]

a small container used for holding the ash from cigarettes or cigars

asbak, vuilnisbak

Ex: He took a drag from his cigarette and flicked the ash into the ashtray.Hij nam een trek van zijn sigaret en tikte de as in de **asbak**.

Sluiten

Inloggen

shampoo

[zelfstandig naamwoord]

a liquid used to wash one's hair

shampoo

Ex: The natural shampoo contained organic ingredients and no harsh chemicals .De natuurlijke **shampoo** bevatte biologische ingrediënten en geen agressieve chemicaliën.

Sluiten

Inloggen

sheet

[zelfstandig naamwoord]

a large, thin, and rectangular piece of cloth that is spread on a bed to lie under or on top of it

laken, beddengoed

Ex: The colorful sheet added a cheerful touch to the otherwise plain bedroom decor .Het kleurrijke **laken** voegde een vrolijk tintje toe aan de verder eenvoudige slaapkamerdecoratie.

Sluiten

Inloggen

soap

[zelfstandig naamwoord]

the substance we use with water for washing and cleaning our body

zeep, stuk zeep

Ex: We used antibacterial soap to keep germs away .We hebben **antibacteriële** zeep gebruikt om bacteriën weg te houden.

Sluiten

Inloggen

minibar

[zelfstandig naamwoord]

a small refrigerator in a hotel room with different types of drinks or snacks inside

minibar

Ex: As part of the hotel 's amenities , guests could enjoy complimentary items from the minibar, replenished daily for their enjoyment .Als onderdeel van de voorzieningen van het hotel konden gasten genieten van gratis artikelen uit de **minibar**, dagelijks bijgevuld voor hun plezier.

Sluiten

Inloggen

tap

[zelfstandig naamwoord]

an object that controls the flow of liquid or gas from a container or pipe

kraan, klep

Ex: The plumber fixed the tap, stopping the leak completely .De loodgieter repareerde de **kraan** en stopte het lek volledig.

Sluiten

Inloggen

towel

[zelfstandig naamwoord]

a piece of cloth or paper that you use for drying your body or things such as dishes

handdoek, doek

Ex: The hotel provides fresh towels for the guests every day .Het hotel biedt elke dag verse **handdoeken** voor de gasten.

Sluiten

Inloggen

toilet roll

[zelfstandig naamwoord]

a cylindrical roll of paper used for personal hygiene after using the toilet, typically placed on a holder or stand in a bathroom

rol toiletpapier, toiletpapier

Ex: The hotel room had a fresh toilet roll every day .De hotelkamer had elke dag een fris **toiletrolletje**.

Sluiten

Inloggen

floor

[zelfstandig naamwoord]

the bottom of a room that we walk on

vloer, grond

Ex: She spilled juice on the floor and immediately cleaned it up .Ze morste sap op de **vloer** en veegde het direct op.

Sluiten

Inloggen

receptionist

[zelfstandig naamwoord]

a person who greets and deals with people arriving at or calling a hotel, office building, doctor's office, etc.

receptionist, baliebediende

Ex: You should ask the receptionist for directions to the conference room .Je moet de **receptionist** om aanwijzingen naar de vergaderzaal vragen.

Sluiten

Inloggen

guest

[zelfstandig naamwoord]

someone who is invited to visit someone else's home or attend a social event

gast, genodigde

Ex: We have a guest staying with us this weekend .We hebben dit weekend een **gast** die bij ons blijft.

Sluiten

Inloggen

Boek English Result - Pre-intermediate

LanGeek app downloaden

Langeek

Boek English Result - Pre-intermediate - Eenheid 4 - 4A