pattern

Cambridge IELTS 19 - Academisch - Test 2 - Lezen - Passage 1 (2)

Hier vind je de woordenschat uit Test 2 - Lezen - Passage 1 (2) in het Cambridge IELTS 19 - Academic cursusboek, om je te helpen voorbereiden op je IELTS-examen.

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
Cambridge IELTS 19 - Academic
cottage industry
[zelfstandig naamwoord]

a small-scale business or manufacturing activity that is done at home or in small workshops, often by individuals or families

huisindustrie, kleinschalige industrie

huisindustrie, kleinschalige industrie

Ex: Many cottage industries operate with minimal machinery and a small workforce .Veel **huisnijverheden** werken met minimale machines en een kleine arbeidskracht.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to perform
[werkwoord]

to carry out or execute a task, duty, action, or ceremony, often in a formal or official capacity

uitvoeren, verrichten

uitvoeren, verrichten

Ex: To assess the software 's functionality , the quality assurance team will perform rigorous testing procedures .Om de functionaliteit van de software te beoordelen, zal het kwaliteitsteam strenge testprocedures **uitvoeren**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
workshop
[zelfstandig naamwoord]

a building or room in which particular goods are made or fixed by different means

werkplaats, atelier

werkplaats, atelier

Ex: He spent the weekend at the woodworking workshop, crafting a new bookshelf .Hij bracht het weekend door in de houtbewerkings**werkplaats**, waar hij een nieuwe boekenkast maakte.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
spinner
[zelfstandig naamwoord]

a person who spins fibers, such as wool, cotton, or silk, into yarn or thread using various tools

spinner, spinster

spinner, spinster

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
weaver
[zelfstandig naamwoord]

a skilled craftsman or craftswoman who creates woven fabrics and textiles by interlacing threads or yarns on a loom using various techniques and patterns

wever, weefster

wever, weefster

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
dyer
[zelfstandig naamwoord]

a person who dyes or colors fabrics or materials, often as a profession

verver, kleurdeskundige

verver, kleurdeskundige

Ex: Many dyers used plants and minerals to make their dyes .Veel **ververs** gebruikten planten en mineralen om hun verfstoffen te maken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
spinning jenny
[zelfstandig naamwoord]

a machine invented in the 18th century that spins multiple threads at once, making the process of producing yarn much faster and more efficient

De spinning jenny, De spinnende jenny

De spinning jenny, De spinnende jenny

Ex: The invention of the spinning jenny changed the way fabrics were produced .De uitvinding van de **spinning jenny** veranderde de manier waarop stoffen werden geproduceerd.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
power loom
[zelfstandig naamwoord]

a mechanical device used in weaving fabric, which makes the process faster and more efficient than hand weaving

mechanisch weefgetouw, machine-aangedreven weefgetouw

mechanisch weefgetouw, machine-aangedreven weefgetouw

Ex: The power loom uses electricity to operate and weave fabric .Het **mechanisch weefgetouw** gebruikt elektriciteit om te werken en stof te weven.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
weaving
[zelfstandig naamwoord]

the process of interlacing two sets of yarn or thread, called the warp and the weft, using a loom or other weaving device, to create fabric or textiles

weven, weefsel

weven, weefsel

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
cloth
[zelfstandig naamwoord]

material used for making clothes, which is made by knitting or weaving silk, cotton, etc.

stof, doek

stof, doek

Ex: They used fine silk cloth to create elegant evening gowns .Ze gebruikten fijne zijden **stof** om elegante avondjurken te maken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
spinning
[zelfstandig naamwoord]

the process of manually or mechanically twisting fibers such as wool, cotton, silk, or synthetic materials, into yarn or thread that can be used for various textile applications

spinnen, twisten

spinnen, twisten

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
yarn
[zelfstandig naamwoord]

a long continuous length of fibers that have been spun together to be used in knitting, weaving, or sewing

garen, wol

garen, wol

Ex: The store offers a wide selection of yarns, including cotton , acrylic , and wool blends .De winkel biedt een ruime keuze aan **garens**, waaronder mengsels van katoen, acryl en wol.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
thread
[zelfstandig naamwoord]

a thin strand of material, such as cotton, nylon, or silk, used for sewing or weaving

draad, vezel

draad, vezel

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
labor
[zelfstandig naamwoord]

work, particularly difficult physical work

arbeid, werk

arbeid, werk

Ex: She hired additional labor to help with the extensive renovations on her house .Ze huurde extra **arbeidskrachten** in om te helpen met de uitgebreide renovaties aan haar huis.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
mechanized
[bijvoeglijk naamwoord]

using machines to perform tasks that were previously done by hand

gemechaniseerd, geautomatiseerd

gemechaniseerd, geautomatiseerd

Ex: Mechanized farming has increased crop production significantly .**Gemechaniseerde** landbouw heeft de gewasproductie aanzienlijk verhoogd.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
customer
[zelfstandig naamwoord]

a person, organization, company, etc. that pays to get things from businesses or stores

klant, koper

klant, koper

Ex: The store 's policy is ' the customer is always right ' .Het beleid van de winkel is 'de **klant** heeft altijd gelijk'.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to undergo
[werkwoord]

to experience or endure a process, change, or event

ondergaan, doormaken

ondergaan, doormaken

Ex: Students are undergoing intensive training for the upcoming competition .De studenten **ondergaan** een intensieve training voor de aanstaande wedstrijd.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
major
[bijvoeglijk naamwoord]

serious and of great importance

belangrijk, ernstig

belangrijk, ernstig

Ex: The major decision to expand operations overseas was met with cautious optimism .Het **grote** besluit om de activiteiten overzee uit te breiden werd ontvangen met voorzichtig optimisme.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to adopt
[werkwoord]

to accept, embrace, or incorporate a particular idea, practice, or belief into one's own behavior or lifestyle

adopteren, omarmen

adopteren, omarmen

Ex: Many individuals adopt a minimalist lifestyle to promote sustainabilityVeel individuen **adopteren** een minimalistische levensstijl om duurzaamheid te bevorderen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
chief
[zelfstandig naamwoord]

the most prominent part of something

hoofd-, meest prominente deel

hoofd-, meest prominente deel

Ex: The chief of the report contained the most critical findings .Het **hoofd** van het rapport bevatte de meest kritieke bevindingen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
ore
[zelfstandig naamwoord]

a rock that contains valuable mineral or metal

erts, mineraal

erts, mineraal

Ex: The geologist identified the ore as bauxite , a source of aluminum .De geoloog identificeerde het **erts** als bauxiet, een bron van aluminium.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
coke
[zelfstandig naamwoord]

a type of fuel made by heating coal in the absence of air, which results in a solid material high in carbon

cokes, steenkoolcokes

cokes, steenkoolcokes

Ex: Coke is used to heat furnaces in steel mills.**Cokes** wordt gebruikt om ovens in staalfabriken te verhitten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to heat
[werkwoord]

to raise the temperature of something

verwarmen, opwarmen

verwarmen, opwarmen

Ex: They used a blow dryer to heat the wax for the project .Ze gebruikten een föhn om de was voor het project te **verwarmen**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
traditional
[bijvoeglijk naamwoord]

belonging to or following the methods or thoughts that are old as opposed to new or different ones

traditioneel, klassiek

traditioneel, klassiek

Ex: The company ’s traditional dress code requires formal attire , while other workplaces are adopting casual policies .De **traditionele** kledingcode van het bedrijf vereist formele kleding, terwijl andere werkplekken een casual beleid hanteren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
charcoal
[zelfstandig naamwoord]

a hard black substance consisting of an amorphous form of carbon which is made by slowly burning wood and is used as fuel or for drawing

houtskool, kool

houtskool, kool

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to expand
[werkwoord]

to become something greater in quantity, importance, or size

uitbreiden, vergroten

uitbreiden, vergroten

Ex: Over time , his interests expanded beyond literature to include philosophy , art , and music .In de loop der tijd **breidden** zijn interesses zich uit voorbij literatuur om filosofie, kunst en muziek te omvatten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
in response to
[Voorzetsel]

as a reaction or answer to something

als antwoord op, als reactie op

als antwoord op, als reactie op

Ex: In response to the feedback received , we have made several improvements to the product .**Als reactie op** de ontvangen feedback hebben we verschillende verbeteringen aan het product aangebracht.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
expansion
[zelfstandig naamwoord]

an increase in the amount, size, importance, or degree of something

uitbreiding, expansie

uitbreiding, expansie

Ex: The expansion of the company led to new job opportunities in the region .De **uitbreiding** van het bedrijf leidde tot nieuwe banen in de regio.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
railway
[zelfstandig naamwoord]

a system or network of tracks with the trains, organization, and people needed to operate them

spoorweg, spoorlijn

spoorweg, spoorlijn

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
the latter
[Voornaamwoord]

used to refer to the second of two individuals or things mentioned in a preceding statement

laatstgenoemde

laatstgenoemde

Ex: Between tea and coffee , the latter has a stronger effect on my energy levels .Tussen thee en koffie heeft **laatstgenoemde** een sterker effect op mijn energieniveau.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to see
[werkwoord]

to be the setting or time of an event

zien, meemaken

zien, meemaken

Ex: The year 2020 saw significant changes in the way we live and work due to the pandemic.Het jaar 2020 **zag** aanzienlijke veranderingen in de manier waarop we leven en werken vanwege de pandemie.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
advance
[zelfstandig naamwoord]

progress or improvement in a particular area

vooruitgang, voortgang

vooruitgang, voortgang

Ex: Her skills have shown a notable advance since last year .Haar vaardigheden hebben sinds vorig jaar een opmerkelijke **vooruitgang** getoond.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
increasingly
[bijwoord]

in a manner that is gradually growing in degree, extent, or frequency over time

steeds meer

steeds meer

Ex: The project 's complexity is increasingly challenging , requiring more resources .De complexiteit van het project wordt **steeds** uitdagender, wat meer middelen vereist.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to patent
[werkwoord]

to obtain legal ownership and protection for an invention or innovation

octrooieren, een octrooi aanvragen

octrooieren, een octrooi aanvragen

Ex: Entrepreneurs may seek to patent their unique business processes to safeguard against imitators .Ondernemers kunnen proberen hun unieke bedrijfsprocessen te **octrooieren** om zich te beschermen tegen navolgers.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
telegraphy
[zelfstandig naamwoord]

a device used to send messages over long distances through wires using electrical signals, often in the form of Morse code

telegrafie, telegraaf

telegrafie, telegraaf

Ex: Telegraphy replaced slower forms of communication like letters .**Telegrafie** verving langzamere communicatievormen zoals brieven.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
means
[zelfstandig naamwoord]

a way, system, object, etc. through which one can achieve a goal or accomplish a task

middel, gereedschap

middel, gereedschap

Ex: Art can be a means of expressing complex emotions and ideas .Kunst kan een **middel** zijn om complexe emoties en ideeën uit te drukken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
collision
[zelfstandig naamwoord]

an accident that occurs when two or more objects, often in motion, come into violent contact with each other, resulting in damage or destruction

botsing, ongeluk

botsing, ongeluk

Ex: There was a minor collision in the parking lot when two cars backed into each other .Er was een kleine **botsing** op de parkeerplaats toen twee auto's achteruit tegen elkaar reden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
immense
[bijvoeglijk naamwoord]

extremely vast in degree or intensity

immens, enorm

immens, enorm

Ex: The relief they felt after hearing the good news was immense, lifting a huge weight off their shoulders .De opluchting die ze voelden na het horen van het goede nieuws was **enorm**, alsof er een grote last van hun schouders was gehaald.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to accelerate
[werkwoord]

to rise in amount, rate, etc.

versnellen, toenemen

versnellen, toenemen

Ex: As the population ages , the demand for healthcare services is anticipated to accelerate.Naarmate de bevolking ouder wordt, wordt verwacht dat de vraag naar gezondheidsdiensten **versnelt**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
dramatically
[bijwoord]

to a significantly large extent or by a considerable amount

dramatisch, aanzienlijk

dramatisch, aanzienlijk

Ex: Her mood shifted dramatically within minutes .Haar stemming veranderde **dramatisch** binnen enkele minuten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
industrialization
[zelfstandig naamwoord]

the process of developing and expanding industries within a region or country, involving the increased production of goods through the use of advanced machinery, technology, and organized labor

industrialisatie, industriële ontwikkeling

industrialisatie, industriële ontwikkeling

Ex: Urbanization often accompanies industrialization, as people move to cities in search of employment in factories .**Industrialisatie** gaat vaak gepaard met verstedelijking, omdat mensen naar steden verhuizen om werk te zoeken in fabrieken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
rise
[zelfstandig naamwoord]

an increase in something's number, amount, size, power, or value

stijging, toename

stijging, toename

Ex: She was concerned about the rise in her utility bills this month .Ze maakte zich zorgen over de **stijging** van haar nutskosten deze maand.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to turn into
[werkwoord]

to make something change and become something else

veranderen in, omzetten in

veranderen in, omzetten in

Ex: Can you turn this text into Spanish for our international audience?Kunt u deze tekst voor ons internationale publiek in het Spaans **omzetten**?
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
rapid
[bijvoeglijk naamwoord]

occurring or moving with great speed

snel, vlug

snel, vlug

Ex: The rapid growth of the city led to urban development.De **snelle groei** van de stad leidde tot stedelijke ontwikkeling.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
urbanization
[zelfstandig naamwoord]

the process of people moving from rural areas to urban areas, resulting in the growth of cities and the expansion of urban areas

verstedelijking, urbanisatie

verstedelijking, urbanisatie

Ex: The book discusses the history of urbanization.Het boek bespreekt de geschiedenis van **verstedelijking**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
significant
[bijvoeglijk naamwoord]

important or great enough to be noticed or have an impact

belangrijk, aanzienlijk

belangrijk, aanzienlijk

Ex: The company 's decision to expand into international markets was significant for its growth strategy .Het besluit van het bedrijf om uit te breiden naar internationale markten was **belangrijk** voor zijn groeistrategie.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
overcrowded
[bijvoeglijk naamwoord]

(of a space or area) filled with too many people or things, causing discomfort or lack of space

overvol, overbevolkt

overvol, overbevolkt

Ex: The train was overcrowded, and there was barely enough room to stand .De trein was **overvol**, en er was nauwelijks genoeg ruimte om te staan.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to suffer
[werkwoord]

to experience and be affected by something bad or unpleasant

lijden, ondergaan

lijden, ondergaan

Ex: He suffered a lot of pain after the accident .Hij heeft veel pijn **geleden** na het ongeluk.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
pollution
[zelfstandig naamwoord]

the condition or state in which something such as air, water, or land is polluted

vervuiling, verontreiniging

vervuiling, verontreiniging

Ex: The forest is in a state of pollution, with waste and chemicals scattered across the ground .Het bos verkeert in een staat van **vervuiling**, met afval en chemicaliën verspreid over de grond.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
inadequate
[bijvoeglijk naamwoord]

not meeting the expected level of quality, skill, or ability

Ex: The software 's inadequate design caused frequent crashes .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
sanitation
[zelfstandig naamwoord]

the condition or practice of maintaining clean and healthy environments, especially in public places, to prevent the spread of disease

sanitatie, openbare hygiëne

sanitatie, openbare hygiëne

Ex: Sanitation in the community includes waste management and sewage treatment .**Sanitatie** in de gemeenschap omvat afvalbeheer en afvalwaterzuivering.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
wool
[zelfstandig naamwoord]

a warm and soft material that comes from the fur of sheep or lamb, which is commonly used to make clothing such as sweaters, coats, and hats

wol, wolvezel

wol, wolvezel

Ex: He preferred wool socks for their comfort and warmth .Hij gaf de voorkeur aan **wollen** sokken vanwege hun comfort en warmte.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
linen
[zelfstandig naamwoord]

cloth that is made from the fibers of a plant called flax, used to make fine clothes, etc.

linnen, linnen stof

linnen, linnen stof

Ex: The table was elegantly set with a linen tablecloth , adding a touch of sophistication to the dinner party .De tafel was elegant gedekt met een **linnen** tafelkleed, wat een vleugje verfijning toevoegde aan het diner.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
cotton
[zelfstandig naamwoord]

cloth made from the fibers of the cotton plant, naturally soft and comfortable against the skin

katoen

katoen

Ex: I love the versatility of cotton clothing , from casual T-shirts for lounging at home to elegant cotton dresses for special occasions .Ik hou van de veelzijdigheid van **katoenen** kleding, van casual T-shirts om thuis te ontspannen tot elegante **katoenen** jurken voor speciale gelegenheden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
prior
[bijvoeglijk naamwoord]

happening or existing before something else

vorig, eerdere

vorig, eerdere

Ex: Her prior experience in marketing helped her secure the new job .Haar **eerdere** ervaring in marketing hielp haar de nieuwe baan te krijgen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
British
[bijvoeglijk naamwoord]

relating to the country, people, or culture of the United Kingdom

Brits

Brits

Ex: They visited a quaint British village during their vacation .Ze bezochten een pittoresk **Brits** dorpje tijdens hun vakantie.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
abroad
[zelfstandig naamwoord]

foreign countries outside one's own country

het buitenland, buitenlandse landen

het buitenland, buitenlandse landen

Ex: Goods imported from abroad are usually expensive.Goederen geïmporteerd uit het **buitenland** zijn meestal duur.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
smelting
[zelfstandig naamwoord]

the process of heating and melting rocks or ores to take out metals from them

smelten, uitsmelten

smelten, uitsmelten

Ex: Copper is separated from ore by smelting.Koper wordt van erts gescheiden door **smelten**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Napoleonic
[bijvoeglijk naamwoord]

relating to Napoleon Bonaparte, the French military leader and emperor, or the period during his rule

napoleontisch,  gerelateerd aan Napoleon Bonaparte

napoleontisch, gerelateerd aan Napoleon Bonaparte

Ex: Napoleonic battles were often marked by tactical innovation and large armies .**Napoleontische** veldslagen werden vaak gekenmerkt door tactische innovatie en grote legers.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
signaling
[zelfstandig naamwoord]

the act of sending or receiving messages or information through gestures, sounds, or symbols to communicate over a distance

signalering, het verzenden van signalen

signalering, het verzenden van signalen

Ex: In the military, signaling can be done with flags or lights for clear communication.In het leger kan **signalering** worden gedaan met vlaggen of lichten voor duidelijke communicatie.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Cambridge IELTS 19 - Academisch
LanGeek
LanGeek app downloaden