pattern

Cambridge IELTS 16 - Academisch - Test 1 - Lezen - Passage 1

Hier vind je de woordenschat uit Test 1 - Lezen - Passage 1 in het Cambridge IELTS 16 - Academic cursusboek, om je te helpen voorbereiden op je IELTS-examen.

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
Cambridge IELTS 16 - Academic
deliberate
[bijvoeglijk naamwoord]

carefully thought out in advance

opzettelijk, weloverwogen

opzettelijk, weloverwogen

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
pile
[zelfstandig naamwoord]

a number of objects placed one on top of the other

stapel, hoop

stapel, hoop

Ex: She dropped the letters onto a growing pile of papers .Ze liet de brieven vallen op een groeiende **stapel** papieren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to knock over
[werkwoord]

to cause something or someone to fall

omver gooien, laten vallen

omver gooien, laten vallen

Ex: I accidentally knocked a stack of books over while trying to reach for a specific one on the shelf.Ik heb per ongeluk een stapel boeken **omvergestoten** terwijl ik probeerde een specifiek boek van de plank te pakken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to demonstrate
[werkwoord]

to show clearly that something is true or exists by providing proof or evidence

aantonen, bewijzen

aantonen, bewijzen

Ex: She demonstrated her leadership abilities by organizing a successful event .Ze **demonstreerde** haar leiderschapsvaardigheden door een succesvol evenement te organiseren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
agile
[bijvoeglijk naamwoord]

mentally quick

lenig, snel van begrip

lenig, snel van begrip

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
frustration
[zelfstandig naamwoord]

the feeling of being impatient, annoyed, or upset because of being unable to do or achieve what is desired

frustratie, ergernis

frustratie, ergernis

Ex: The frustration of not being able to solve the puzzle made him give up .De **frustratie** van het niet kunnen oplossen van de puzzel deed hem opgeven.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to miss out
[werkwoord]

to lose the opportunity to do or participate in something useful or fun

missen, kans missen

missen, kans missen

Ex: Do n't skip the workshop ; you would n't want to miss out on valuable insights .Sla de workshop niet over; je zou waardevolle inzichten niet willen **missen**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
sled
[zelfstandig naamwoord]

a vehicle often pulled by horses used for carrying people over snow from one place to the other

slee, sneeuwvoertuig

slee, sneeuwvoertuig

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
remarkably
[bijwoord]

in a way that is unusually impressive, effective, or surprising

opmerkelijk, op een opmerkelijke manier

opmerkelijk, op een opmerkelijke manier

Ex: Despite the challenges , she responded remarkably with poise and clarity .Ondanks de uitdagingen reageerde ze **opmerkelijk** met kalmte en duidelijkheid.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
astonishing
[bijvoeglijk naamwoord]

causing great surprise or amazement due to being impressive, unexpected, or remarkable

verbazingwekkend, verbluffend

verbazingwekkend, verbluffend

Ex: Astonishing discoveries were made during the archaeological excavation .**Verbluffende** ontdekkingen werden gedaan tijdens de archeologische opgraving.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
extinction
[zelfstandig naamwoord]

a situation in which a particular animal or plant no longer exists

uitsterven

uitsterven

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
breakthrough
[zelfstandig naamwoord]

an important discovery or development that helps improve a situation or answer a problem

doorbraak, belangrijke ontdekking

doorbraak, belangrijke ontdekking

Ex: The breakthrough in negotiations between the two countries paved the way for lasting peace in the region .De **doorbraak** in de onderhandelingen tussen de twee landen baande de weg voor een blijvende vrede in de regio.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
majestic
[bijvoeglijk naamwoord]

impressive and noble, often with a grand or dignified appearance

majestueus, imposant

majestueus, imposant

Ex: The majestic palace was a testament to the wealth and power of its rulers .Het **majestueuze** paleis was een bewijs van de rijkdom en macht van zijn heersers.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
build-up
[zelfstandig naamwoord]

an increase in power, intensity, or quantity, usually one that happens gradually

opbouw, geleidelijke toename

opbouw, geleidelijke toename

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
branch
[zelfstandig naamwoord]

a part of a tree divided into some other parts on which the leaves grow

tak

tak

Ex: They used a branch to hang the bird feeder , making it accessible to the backyard wildlife .Ze gebruikten een **tak** om de vogelvoeder op te hangen, waardoor deze toegankelijk werd voor het wildleven in de achtertuin.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
conscious
[bijvoeglijk naamwoord]

done with purpose

opzettelijk, bewust

opzettelijk, bewust

Ex: The company took conscious measures to improve safety standards .Het bedrijf nam **bewuste** maatregelen om de veiligheidsnormen te verbeteren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
disappearance
[zelfstandig naamwoord]

ceasing to exist

verdwijning, uitsterven

verdwijning, uitsterven

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
far-reaching
[bijvoeglijk naamwoord]

having significant effects, implications, or consequences that extend over a wide area or range

verstrekkend, met verstrekkende gevolgen

verstrekkend, met verstrekkende gevolgen

Ex: The far-reaching reach of the charity 's programs helps improve the lives of people in need across the globe .De **verreikende** reikwijdte van de programma's van de liefdadigheidsinstelling helpt het leven van mensen in nood over de hele wereld te verbeteren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
arctic circle
[zelfstandig naamwoord]

a line of latitude near but to the south of the north pole; it marks the northernmost point at which the sun is visible on the northern winter solstice and the southernmost point at which the midnight sun can be seen on the northern summer solstice

noordpoolcirkel, arctische cirkel

noordpoolcirkel, arctische cirkel

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
comparative
[bijvoeglijk naamwoord]

relating to or including the evaluation of similarities and differences between two or more things

vergelijkend, relatief

vergelijkend, relatief

Ex: Their research provided a comparative perspective on the economic growth of urban versus rural areas .Hun onderzoek bood een **vergelijkend** perspectief op de economische groei van stedelijke versus landelijke gebieden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
adipose tissue
[zelfstandig naamwoord]

a kind of body tissue containing stored fat that serves as a source of energy; it also cushions and insulates vital organs

vetweefsel, lichaamsvet

vetweefsel, lichaamsvet

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
obese
[bijvoeglijk naamwoord]

extremely overweight, with excess body fat that significantly increases health risks

obees, overgewicht

obees, overgewicht

Ex: Obese children are at a higher risk of developing chronic diseases later in life .**Dikke** kinderen lopen een hoger risico om later in hun leven chronische ziekten te ontwikkelen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
diabetes
[zelfstandig naamwoord]

a serious medical condition in which the body is unable to regulate the blood sugar levels because it does not produce enough insulin

diabetes

diabetes

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen

to provide clarification, understanding, or insight into a topic, situation, or problem

Ex: The therapist's questions were designed to shed light on the underlying reasons for the patient's anxiety.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
mystery
[zelfstandig naamwoord]

something that is hard to explain or understand, often involving a puzzling event or situation with an unknown explanation

mysterie, raadsel

mysterie, raadsel

Ex: The scientist is trying to solve the mystery of how the disease spreads .De wetenschapper probeert het **mysterie** op te lossen van hoe de ziekte zich verspreidt.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
genetic
[bijvoeglijk naamwoord]

connected to the parts of the DNA in cells, called genes, that determine hereditary traits

genetisch

genetisch

Ex: Genetic counseling helps individuals and families understand the implications of their genetic makeup and make informed decisions about their health .**Genetische** counseling helpt individuen en families de implicaties van hun genetische samenstelling te begrijpen en geïnformeerde beslissingen te nemen over hun gezondheid.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
relative
[zelfstandig naamwoord]

an animal or plant that bears a relationship to another (as related by common descent or by membership in the same genus)

verwant, gerelateerde soort

verwant, gerelateerde soort

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to determine
[werkwoord]

to learn of and confirm the facts about something through calculation or research

bepalen, vaststellen

bepalen, vaststellen

Ex: Right now , the researchers are actively determining the impact of the new policy .Op dit moment **bepalen** de onderzoekers actief de impact van het nieuwe beleid.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
gene
[zelfstandig naamwoord]

(genetics) a basic unit of heredity and a sequence of nucleotides in DNA that is located on a chromosome in a cell and controls a particular quality

gen, genetische eenheid

gen, genetische eenheid

Ex: The study revealed that some genes could influence intelligence .De studie onthulde dat sommige **genen** intelligentie kunnen beïnvloeden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
tough
[bijvoeglijk naamwoord]

difficult to endure

moeilijk, hard

moeilijk, hard

Ex: Their startup encountered tough challenges securing funding from investors .Hun startup kwam **moeilijke** uitdagingen tegen bij het veiligstellen van financiering van investeerders.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
mutation
[zelfstandig naamwoord]

(biology) a change in the structure of the genes of an individual that causes them to develop different physical features

mutatie, genetische verandering

mutatie, genetische verandering

Ex: Due to a mutation in his genes , the child was born with blue eyes , even though both parents had brown eyes .Vanwege een **mutatie** in zijn genen werd het kind geboren met blauwe ogen, ook al hadden beide ouders bruine ogen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to associate
[werkwoord]

to make a connection between someone or something and another in the mind

associëren, verbinden

associëren, verbinden

Ex: The color red is commonly associated with passion and intensity across various cultures .De kleur rood wordt in verschillende culturen vaak **geassocieerd** met passie en intensiteit.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
model
[zelfstandig naamwoord]

a representative form or pattern

model, voorbeeld

model, voorbeeld

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
density
[zelfstandig naamwoord]

(physics) the degree to which a substance is compacted, measured by dividing its mass by its volume

dichtheid, massadichtheid

dichtheid, massadichtheid

Ex: To determine the density of an object , you divide its mass by its volume .Om de **dichtheid** van een object te bepalen, deel je zijn massa door zijn volume.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
insufficient
[bijvoeglijk naamwoord]

not enough in degree or amount

onvoldoende, ontoereikend

onvoldoende, ontoereikend

Ex: The teacher provided feedback that the student 's answer was insufficient in explaining the concept .De leraar gaf feedback dat het antwoord van de leerling **onvoldoende** was om het concept uit te leggen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
intake
[zelfstandig naamwoord]

the process of taking food into the body through the mouth (as by eating)

inname, consumptie

inname, consumptie

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
starvation
[zelfstandig naamwoord]

the act of depriving of food or subjecting to famine

hongersnood, verhongering

hongersnood, verhongering

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to remodel
[werkwoord]

to change the figure, appearance or structure of something

verbouwen, renoveren

verbouwen, renoveren

Ex: The homeowners hired a contractor to remodel their living room to accommodate a growing family .De huiseigenaren huurden een aannemer in om hun woonkamer te **verbouwen** om een groeiend gezin te huisvesten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
tissue
[zelfstandig naamwoord]

a group of cells in the body of living things, forming their different parts

weefsel, celweefsel

weefsel, celweefsel

Ex: Adipose tissue , commonly known as fat tissue, stores energy and cushions organs in the body .Vetweefsel, algemeen bekend als vetweefsel, slaat energie op en beschermt de organen in het lichaam.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
nutrient
[zelfstandig naamwoord]

a substance such as a vitamin, protein, fat, etc. that is essential for good health and growth

voedingsstof, voedingsbestanddeel

voedingsstof, voedingsbestanddeel

Ex: Lack of certain nutrients can lead to health problems .Een gebrek aan bepaalde **voedingsstoffen** kan leiden tot gezondheidsproblemen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to undergo
[werkwoord]

to experience or endure a process, change, or event

ondergaan, doormaken

ondergaan, doormaken

Ex: Students are undergoing intensive training for the upcoming competition .De studenten **ondergaan** een intensieve training voor de aanstaande wedstrijd.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
pregnancy
[zelfstandig naamwoord]

the state of being with child

zwangerschap

zwangerschap

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
maternity
[zelfstandig naamwoord]

the quality or fact of being a mother to a child or children

moederschap

moederschap

Ex: The organization provides maternity support programs to help women balance their careers and family life .De organisatie biedt ondersteuningsprogramma's voor **moederschap** om vrouwen te helpen hun carrière en gezinsleven in evenwicht te brengen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
den
[zelfstandig naamwoord]

the hidden place where a wild predatory animal lives

hol,  schuilplaats

hol, schuilplaats

Ex: Rabbits excavate burrows in the soil to create cozy dens where they can hide from predators and rear their offspring .Konijnen graven holen in de grond om gezellige **holen** te creëren waar ze zich kunnen verstoppen voor roofdieren en hun jongen kunnen grootbrengen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
cub
[zelfstandig naamwoord]

a young carnivorous mammal, such as a bear, lion, fox, etc.

jong, welp

jong, welp

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
fasting
[zelfstandig naamwoord]

abstaining from food

vasten, onthouding van voedsel

vasten, onthouding van voedsel

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to deplete
[werkwoord]

to use up or diminish the quantity or supply of a resource, material, or substance

uitputten, verminderen

uitputten, verminderen

Ex: The demand for rare minerals in electronic devices may deplete certain mineral deposits .De vraag naar zeldzame mineralen in elektronische apparaten kan bepaalde minerale afzettingen **uitputten**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
reserve
[zelfstandig naamwoord]

something kept back or saved for future use or a special purpose

reserve, voorraad

reserve, voorraad

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to emerge
[werkwoord]

to become visible after coming out of somewhere

tevoorschijn komen, opduiken

tevoorschijn komen, opduiken

Ex: With the changing seasons , the first signs of spring emerged, bringing life back to the dormant landscape .Met de veranderende seizoenen **komen** de eerste tekenen van de lente **tevoorschijn**, waardoor het leven terugkeert in het slapende landschap.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
hibernating
[bijvoeglijk naamwoord]

in a condition of biological rest or suspended animation

winterslaap houdend,  in biologische rust

winterslaap houdend, in biologische rust

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
capacity
[zelfstandig naamwoord]

the ability or power to achieve something or develop into a certain state in the future

capaciteit, potentieel

capaciteit, potentieel

Ex: The city has the capacity to handle a larger population with the planned infrastructure upgrades .De stad heeft de **capaciteit** om een grotere bevolking aan te kunnen met de geplande infrastructuurupgrades.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to resort
[werkwoord]

to turn to or use something as a solution or means of help, especially as a last option

toevlucht nemen tot, een beroep doen op

toevlucht nemen tot, een beroep doen op

Ex: When peaceful protests were ignored, the activists resorted to more drastic measures.Toen vreedzame protesten werden genegeerd, namen de activisten hun toevlucht tot drastischer maatregelen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
bedridden
[bijvoeglijk naamwoord]

having to stay in bed, usually for a long time, due to illness or injury

bedlegerig, aan bed gekluisterd

bedlegerig, aan bed gekluisterd

Ex: The elderly man became bedridden due to severe arthritis .De oudere man werd **bedlegerig** vanwege ernstige artritis.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
humanity
[zelfstandig naamwoord]

all of the living human inhabitants of the earth

mensheid, menselijk geslacht

mensheid, menselijk geslacht

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
conservation
[zelfstandig naamwoord]

the protection of the natural environment and resources from wasteful human activities

behoud, bescherming

behoud, bescherming

Ex: Many organizations focus on wildlife conservation to prevent species from becoming extinct .Veel organisaties richten zich op **bescherming** van wilde dieren om te voorkomen dat soorten uitsterven.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen

to give thought to a certain fact before making a decision

Ex: The architect took the client's preferences into consideration when designing the new building.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to tend
[werkwoord]

to be likely to develop or occur in a certain way because that is the usual pattern

neigen, de neiging hebben

neigen, de neiging hebben

Ex: In colder climates , temperatures tend to drop significantly during the winter months .In koudere klimaten **hebben** temperaturen de neiging om aanzienlijk te dalen tijdens de wintermaanden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
primate
[zelfstandig naamwoord]

any mammalian animal that belongs to the same group as humans, such as monkeys, apes, lemurs, etc.

primaat, aap

primaat, aap

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
anecdotal
[bijvoeglijk naamwoord]

derived from personal experiences or stories, rather than from systematic research or data

anekdotisch, gebaseerd op persoonlijke ervaringen

anekdotisch, gebaseerd op persoonlijke ervaringen

Ex: The article relied on anecdotal accounts from residents to describe the impact of the new policy .Het artikel vertrouwde op **anekdotische** verslagen van bewoners om de impact van het nieuwe beleid te beschrijven.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to manipulate
[werkwoord]

to skillfully control or work with information, a system, tool, etc.

manipuleren

manipuleren

Ex: She learned to manipulate the controls of the aircraft with confidence during her flight training .Ze leerde tijdens haar vliegopleiding vol vertrouwen de bedieningselementen van het vliegtuig te **manipuleren**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to dislodge
[werkwoord]

to forcefully remove something that is stuck or fixed in a particular position

verwijderen, losmaken

verwijderen, losmaken

Ex: She carefully dislodged the old painting from the wall without damaging it .Ze heeft voorzichtig het oude schilderij van de muur **verwijderd** zonder het te beschadigen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to witness
[werkwoord]

to have firsthand knowledge of a development or event through observation or personal experience

getuigen, bijwonen

getuigen, bijwonen

Ex: He witnessed the moment when his favorite team won the championship game .Hij was **getuige** van het moment waarop zijn favoriete team het kampioenschapsspel won.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
calculated
[bijvoeglijk naamwoord]

carefully thought out in advance

berekend, voorbedacht

berekend, voorbedacht

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
reformation
[zelfstandig naamwoord]

rescuing from error and returning to a rightful course

hervorming, reformatie

hervorming, reformatie

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
mechanism
[zelfstandig naamwoord]

a natural object resembling a machine in structure or function

mechanisme

mechanisme

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to perceive
[werkwoord]

to understand or think about someone or something in a certain way

waarnemen, beschouwen

waarnemen, beschouwen

Ex: He perceives failure as a chance to grow .Hij **ziet** falen als een kans om te groeien.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
thought-out
[bijvoeglijk naamwoord]

carefully planned or considered before being done or decided

doordacht, zorgvuldig gepland

doordacht, zorgvuldig gepland

Ex: The proposal was clear and thought-out.Het voorstel was duidelijk en **doordacht**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to hand-raise
[werkwoord]

(of a person) to feed and care for a baby animal from birth instead of letting its mother do it

met de hand grootbrengen, met de hand voeden

met de hand grootbrengen, met de hand voeden

Ex: He was hand-raising a fawn that was left alone.Hij was een reeënkalfje **met de hand groot aan het brengen** dat alleen was achtergelaten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Cambridge IELTS 16 - Academisch
LanGeek
LanGeek app downloaden