Boek Insight - Gevorderd - Eenheid 5 - 5E

Hier vind je de woordenschat van Unit 5 - 5E in het Insight Advanced cursusboek, zoals "foremost", "sheer", "principal", etc.

Herzien

Flashcards

Spelling

Quiz

Begin met leren

chief

[bijvoeglijk naamwoord]

having the highest importance

hoofd-, belangrijkste

Ex: In this project , the chief objective is to develop sustainable solutions for environmental conservation .In dit project is het **hoofddoel** om duurzame oplossingen te ontwikkelen voor milieubehoud.

Sluiten

Inloggen

exact

[bijvoeglijk naamwoord]

completely accurate in every detail

exact, precies

Ex: The exact location of the treasure was marked on the map .De **exacte** locatie van de schat was op de kaart gemarkeerd.

Sluiten

Inloggen

foremost

[bijvoeglijk naamwoord]

having the leading or primary position in terms of significance or rank

voornaamste, eerste

Ex: The country 's foremost goal is to promote economic growth and stability .Het **voornaamste** doel van het land is het bevorderen van economische groei en stabiliteit.

Sluiten

Inloggen

major

[bijvoeglijk naamwoord]

serious and of great importance

belangrijk, ernstig

Ex: The major decision to expand operations overseas was met with cautious optimism .Het **grote** besluit om de activiteiten overzee uit te breiden werd ontvangen met voorzichtig optimisme.

Sluiten

Inloggen

sole

[bijvoeglijk naamwoord]

existing without any others of the same type

enige, alleen

Ex: He was the sole heir to his grandfather 's estate .Hij was de **enige** erfgenaam van het landgoed van zijn grootvader.

Sluiten

Inloggen

specific

[bijvoeglijk naamwoord]

related to or involving only one certain thing

specifiek, bepaald

Ex: The teacher asked the students to provide specific examples of historical events for their assignment .De leraar vroeg de leerlingen om **specifieke** voorbeelden van historische gebeurtenissen voor hun opdracht te geven.

Sluiten

Inloggen

only

[bijwoord]

with anyone or anything else excluded

alleen, slechts

Ex: We go to the park only on weekends .We gaan **alleen** in het weekend naar het park.

Sluiten

Inloggen

absolute

[bijvoeglijk naamwoord]

complete and total, with no imperfections or exceptions

absoluut, volledig

Ex: By surgically repairing the damage , the doctors were able to restore her vision to an absolute 20/20 .Door de schade chirurgisch te herstellen, konden de artsen haar zicht herstellen tot een **absoluut** 20/20.

Sluiten

Inloggen

entire

[bijvoeglijk naamwoord]

involving or describing the whole of something

geheel, volledig

Ex: She ate the entire cake by herself , savoring each delicious bite .Ze at de **hele taart** alleen op, genietend van elke heerlijke hap.

Sluiten

Inloggen

extreme

[bijvoeglijk naamwoord]

very high in intensity or degree

extreem, intens

Ex: The movie depicted extreme acts of courage and heroism in the face of adversity .De film beeldde **extreme** daden van moed en heldendom uit in het aangezicht van tegenspoed.

Sluiten

Inloggen

sheer

[bijvoeglijk naamwoord]

emphasizing the intensity or pureness of a particular quality or emotion

puur, absoluut

Ex: The sheer delight in her laughter was infectious .Het **pure** plezier in haar gelach was aanstekelijk.

Sluiten

Inloggen

total

[bijvoeglijk naamwoord]

including the whole quantity

totaal, volledig

Ex: She calculated the total cost of the project , factoring in materials , labor , and additional expenses .Ze berekende de **totale kosten** van het project, rekening houdend met materialen, arbeid en extra uitgaven.

Sluiten

Inloggen

utter

[bijvoeglijk naamwoord]

emphasizing the extreme or total nature of a situation

totaal, absoluut

Ex: The final scene of the movie left the audience in utter silence , captivated by its emotional impact .De laatste scène van de film liet het publiek in **volkomen** stilte achter, gevangen door zijn emotionele impact.

Sluiten

Inloggen

real

[bijwoord]

used to emphasize something to a high degree or extent

echt, werkelijk

Ex: It ’s real cold outside today .Het is **echt** koud buiten vandaag.

Sluiten

Inloggen

gross

[bijvoeglijk naamwoord]

describing something that is completely pure and untouched, without any added substances, alterations, or changes

ruw, puur

Sluiten

Inloggen

main

[bijvoeglijk naamwoord]

having the highest level of significance or central importance

hoofd, centraal

Ex: The main goal of the marketing campaign is to increase brand awareness and customer engagement .Het **hoofddoel** van de marketingcampagne is om de merkbekendheid en klantbetrokkenheid te vergroten.

Sluiten

Inloggen

complete

[bijvoeglijk naamwoord]

having all the necessary parts

volledig, compleet

Ex: This is the complete collection of her poems .Dit is de **volledige** collectie van haar gedichten.

Sluiten

Inloggen

principal

[bijvoeglijk naamwoord]

having the highest importance or influence

hoofd-, belangrijkste

Ex: His principal role in the company is to oversee international operations .Zijn **hoofdrol** in het bedrijf is het toezicht houden op internationale operaties.

Sluiten

Inloggen

Boek Insight - Gevorderd

LanGeek app downloaden

Langeek

Boek Insight - Gevorderd - Eenheid 5 - 5E