Boek Face2face - Elementair - Eenheid 11 - 11C

Hier vind je de woordenschat van Unit 11 - 11C in het Face2Face Elementary cursusboek, zoals "draaien", "over", "brug", etc.

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
Boek Face2face - Elementair
to turn [werkwoord]

to move in a circular direction around a fixed line or point

اجرا کردن

draaien

Ex: The windmill 's sails started to turn as the breeze picked up .

De zeilen van de windmolen begonnen te draaien toen de bries opstak.

right [zelfstandig naamwoord]

the direction or side that is toward the east when someone or something is facing north

اجرا کردن

rechts

Ex: The sun rises from the east , which is to the right if you 're facing north .

De zon komt op in het oosten, dat aan de rechterkant is als je naar het noorden kijkt.

left [bijvoeglijk naamwoord]

located or directed toward the side of a human body where the heart is

اجرا کردن

links

Ex: Placing his hand over his heart , he proudly wore the badge on the left side of his chest .

Met zijn hand op zijn hart droeg hij trots de badge aan de linker kant van zijn borst.

to go [werkwoord]

to travel or move from one location to another

اجرا کردن

gaan

Ex: He went into the kitchen to prepare dinner for the family.

Hij ging naar de keuken om het avondeten voor het gezin te bereiden.

over [bijwoord]

across from one side to the other

اجرا کردن

over

Ex: The ball bounced over and landed in the neighbor's yard.

De bal stuiterde over en landde in de tuin van de buurman.

bridge [zelfstandig naamwoord]

a structure built over a river, road, etc. that enables people or vehicles to go from one side to the other

اجرا کردن

brug

Ex: They crossed the bridge to reach the other side of the river .

Ze staken de brug over om de andere kant van de rivier te bereiken.

past [bijwoord]

from one side of something to the other

اجرا کردن

langs

Ex: The students walked past the library on their way to class.

De leerlingen liepen langs de bibliotheek op weg naar de les.

pub [zelfstandig naamwoord]

a place where alcoholic and non-alcoholic drinks, and often food, are served

اجرا کردن

bar

Ex: They went to the pub after work for a few drinks .

Ze gingen na het werk naar de pub voor een paar drankjes.

along [Voorzetsel]

used to indicate motion in a continuous direction on a surface or path

اجرا کردن

langs

Ex: We walked along the beach , enjoying the sunset .

We liepen langs het strand en genoten van de zonsondergang.

street [zelfstandig naamwoord]

a public path for vehicles in a village, town, or city, usually with buildings, houses, etc. on its sides

اجرا کردن

straat

Ex: He parked his car on the street and walked to the nearby café.

Hij parkeerde zijn auto op de straat en liep naar het nabijgelegen café.

road [zelfstandig naamwoord]

a wide path made for cars, buses, etc. to travel along

اجرا کردن

weg

Ex: They drove down a winding road to reach the countryside .

Ze reden een kronkelende weg af om het platteland te bereiken.

opposite [bijvoeglijk naamwoord]

located across from a particular thing, typically separated by an intervening space

اجرا کردن

tegenovergesteld

Ex: The library is on the opposite side of the street .

De bibliotheek is aan de overkant van de straat.

next to [Voorzetsel]

in a position very close to someone or something

اجرا کردن

naast

Ex: The basketball court is situated next to the fitness center , encouraging physical activities and sports .

Het basketbalveld bevindt zich naast het fitnesscentrum, wat lichamelijke activiteiten en sport aanmoedigt.