angstaanjagend
De film had een angstaanjagend einde.
Deze bijvoeglijke naamwoorden beschrijven eigenschappen of attributen die gevoelens van angst, terreur of bezorgdheid oproepen, zoals "angstaanjagend", "verschrikkelijk", enz.
Herzien
Flashcards
Spelling
Quiz
angstaanjagend
De film had een angstaanjagend einde.
angstaanjagend
Het angstaanjagende gezicht van het monster onder het bed hield het kind de hele nacht wakker.
verontrustend
Zijn verontrustende gedrag op het feestje maakte iedereen ongemakkelijk en zorgde ervoor dat velen vroeg vertrokken.
verontrustend
Het verontrustende gedrag van haar vriend wekte rode vlaggen op over hun welzijn.
bedreigend
Het bedreigende gedrag van de agressieve hond deed voetgangers de straat oversteken om hem te vermijden.
intimiderend
De intimiderende blik van de bewaker deed indringers twee keer nadenken voordat ze het beperkte gebied betraden.
alarmend
Het plotselinge en alarmerende geluid midden in de nacht schrok de bewoners.
afschuwelijk
De horrorfilm had een reeks angstaanjagende scènes die het publiek op het puntje van hun stoel lieten zitten.
huiveringwekkend
De huiveringwekkende sfeer op de begraafplaats deed haar het gevoel geven alsof ze werd bekeken.
zorgwekkend
De zorgwekkende trend van dalende academische prestaties onder studenten heeft zorgen gewekt onder opvoeders.
dreigend
De dreigende silhouet die in de steeg loerde, vulde haar met angst.
hartverscheurend
De hartverscheurende ervaring van dagenlang verdwaald zijn in de wildernis heeft hem getraumatiseerd achtergelaten.
verontrustend
De plotselinge verandering in zijn gedrag was verontrustend voor zijn vrienden.
stressvol
Een bruiloft plannen kan een stressvolle ervaring zijn.
griezelig
De griezelige stilte op de begraafplaats was ronduit griezelig.
eng
Ze vindt onweersbuien eng.
vreesaanjagend
Het leger marcheerde de strijd in, geleid door hun geduchte commandant.
afschuwelijk
Het gezin van het slachtoffer moest de afschuwelijke details van het misdrijf tijdens de gerechtelijke procedures verdragen.
afschuwelijk
Ze had een afschuwelijke nachtmerrie die haar trillend in bed achterliet.
zorgwekkend
De leraar vond zijn gebrek aan vooruitgang in wiskunde behoorlijk zorgwekkend.
griezelig
De griezelige verhalen die rond het kampvuur werden verteld, deden ons rillen.
onheilspellend
De onheilspellende wolken aan de hemel gaven het landschap een sinistere sfeer, wat wees op een naderende storm.
onheilspellend
De donkere wolken die zich aan de horizon verzamelen, werpen een onheilspellende schaduw over de stad.
griezelig
Het griezelige schijnsel van de maan wierp een buitenaards licht op het verlaten landschap.
verontrustend
Zijn koude, doordringende blik was diep verontrustend voor de mensen om hem heen.
vreselijk
Zijn vreselijke nachtmerries lieten hem vaak zwetend en trillend in bed achter.