pattern

Cambridge IELTS 15 - Academisch - Test 3 - Luisteren - Deel 4

Hier kun je de woordenschat vinden uit Test 3 - Luisteren - Deel 4 in het Cambridge IELTS 15 - Academic cursusboek, om je te helpen voorbereiden op je IELTS-examen.

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
Cambridge IELTS 15 - Academic
cleanliness
[zelfstandig naamwoord]

diligence in keeping clean

netheid, zindelijkheid

netheid, zindelijkheid

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
prehistoric
[bijvoeglijk naamwoord]

relating or belonging to the time before history was recorded

prehistorisch, voorgeschiedkundig

prehistorisch, voorgeschiedkundig

Ex: Researchers use carbon dating to determine the age of prehistoric artifacts .Onderzoekers gebruiken koolstofdatering om de leeftijd van **prehistorische** artefacten te bepalen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
cleansing
[bijvoeglijk naamwoord]

acting like an antiseptic

reinigend, ontsmettend

reinigend, ontsmettend

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to rinse
[werkwoord]

to clean something quickly with water, often without using soap, in order to remove dirt or other substances

spoelen, snel wassen

spoelen, snel wassen

Ex: After playing in the mud , the children rinsed their hands at the outdoor faucet before going inside .Na het spelen in de modder **spoelden** de kinderen hun handen af bij de buitenkraan voordat ze naar binnen gingen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
before Christ
[bijwoord]

marking the years before Christ's supposed birth

voor Christus

voor Christus

Ex: The ancient city of Rome was traditionally founded in 753 BC.De oude stad Rome werd traditioneel gesticht in 753 **voor Christus**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
cylinder
[zelfstandig naamwoord]

(geometry) a solid or hollow shape with two circular bases at each end and straight parallel sides

cilinder, cilindrische vorm

cilinder, cilindrische vorm

Ex: The ancient columns were made in the shape of massive stone cylinders, supporting the grand structure .De oude zuilen waren gemaakt in de vorm van massieve stenen **cilinders**, die de grote structuur ondersteunden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
inscription
[zelfstandig naamwoord]

words, letters, or symbols that are engraved, carved, or written on a surface, often for commemorative, informational, or decorative purposes

inscriptie, gravure

inscriptie, gravure

Ex: The memorial statue featured an inscription honoring the fallen soldiers of the war .Het herdenkingsbeeld bevatte een **inscriptie** ter ere van de gevallen soldaten van de oorlog.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
ash
[zelfstandig naamwoord]

a grey powder that is produced as a result of a substance getting burned

as, grijs poeder van verbranding

as, grijs poeder van verbranding

Ex: After the wildfire , the forest was blanketed in ash.Na de bosbrand was het bos bedekt met **as**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
reference
[zelfstandig naamwoord]

a mention or citation of something, often to provide context or support for an idea

referentie, citaat

referentie, citaat

Ex: He used a reference from the dictionary to explain the term .Hij gebruikte een **referentie** uit het woordenboek om de term uit te leggen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to bathe
[werkwoord]

to wash or clean the body by putting it in water or pouring water over it

baden, zich wassen

baden, zich wassen

Ex: He prefers to bathe in the morning to start his day feeling refreshed .Hij geeft er de voorkeur aan om 's ochtends te **baden** om zijn dag verfrist te beginnen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
aesthetic
[bijvoeglijk naamwoord]

relating to the enjoyment or appreciation of beauty or art, especially visual art

esthetisch

esthetisch

Ex: Her blog is dedicated to exploring the aesthetic aspects of contemporary architecture .Haar blog is gewijd aan het verkennen van de **esthetische** aspecten van hedendaagse architectuur.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
apparently
[bijwoord]

used to convey that something seems to be true based on the available evidence or information

blijkbaar, kennelijk

blijkbaar, kennelijk

Ex: The restaurant is apparently famous for its seafood dishes .Het restaurant is **blijkbaar** beroemd om zijn zeevruchten gerechten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
block
[zelfstandig naamwoord]

a large solid piece of material that is square or rectangular in shape and has flat sides

blok, kubus

blok, kubus

Ex: They moved the heavy granite block with a forklift .Ze verplaatsten het zware granieten **blok** met een vorkheftruck.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
pumice
[zelfstandig naamwoord]

a volcanic stone that is used to rub and polish the skin in order to make it clean and smooth

puimsteen, puim

puimsteen, puim

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to anoint
[werkwoord]

to apply oil, ointment, or a similar substance in a religious or ceremonial act

zalven, wijden

zalven, wijden

Ex: By the time the ceremony ended , the minister had anointed all the newborns with consecrated oil .Tegen de tijd dat de ceremonie eindigde, had de minister alle pasgeborenen met gewijde olie **gezalfd**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to scrape
[werkwoord]

to remove a thin layer or small amount of something from a surface using a sharp or rough edge

schrapen, krabben

schrapen, krabben

Ex: She scrapes the mud off her shoes before entering the house .Ze **schraapt** de modder van haar schoenen voordat ze het huis binnenkomt.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
instrument
[zelfstandig naamwoord]

a device or tool that requires specific knowledge on how to be used

instrument, apparaat

instrument, apparaat

Ex: The laboratory technician handled the delicate instrument with care to avoid any errors .De laboratoriumtechnicus behandelde het delicate **instrument** voorzichtig om fouten te voorkomen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
stream
[zelfstandig naamwoord]

a small and narrow river that runs on or under the earth

beek, stroompje

beek, stroompje

Ex: A small stream flows behind their house .Een kleine **beek** stroomt achter hun huis.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to credit
[werkwoord]

to acknowledge someone as the source, agent, or possessor of an action, achievement, or quality

toeschrijven, erkennen

toeschrijven, erkennen

Ex: The professor credited the student with the original research findings presented in the academic paper .De professor **schreef** de student toe met de originele onderzoeksresultaten die in het academische artikel werden gepresenteerd.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to tint
[werkwoord]

to color someone's hair using a chemical

tinten, kleuren

tinten, kleuren

Ex: Over time , the sun has tinted her hair to a lighter tone .In de loop der tijd heeft de zon haar haar **getint** tot een lichtere tint.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
legend
[zelfstandig naamwoord]

an old story that is sometimes considered historical although it is not usually proved to be true

legende, mythe

legende, mythe

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to sacrifice
[werkwoord]

to kill an animal or person as a religious act

offeren, slachten

offeren, slachten

Ex: The tribe believed that sacrificing a warrior would ensure victory in battle .De stam geloofde dat het **offeren** van een krijger de overwinning in de strijd zou verzekeren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
deposit
[zelfstandig naamwoord]

a layer of matter that has been accumulated, particularly by a body of water

afzetting, voorkomen

afzetting, voorkomen

Ex: Engineers study sediment deposits in rivers to predict flooding risks .Ingenieurs bestuderen **afzettingen** van sediment in rivieren om overstromingsrisico's te voorspellen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
soil
[zelfstandig naamwoord]

the black or brownish substance consisted of organic remains, rock particles, and clay that forms the upper layer of earth where trees or other plants grow

aarde, bodem

aarde, bodem

Ex: Farmers test the soil regularly to ensure it has the necessary nutrients for crops .Boeren testen regelmatig de **bodem** om ervoor te zorgen dat deze de nodige voedingsstoffen voor gewassen bevat.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
civilization
[zelfstandig naamwoord]

a society that has developed its own culture and institutions in a particular period of time or place

beschaving, maatschappij

beschaving, maatschappij

Ex: The rise of civilization in Mesopotamia marked the beginning of recorded history .De opkomst van de **beschaving** in Mesopotamië markeerde het begin van de geregistreerde geschiedenis.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to advance
[werkwoord]

to move towards a goal or desired outcome

vooruitgaan, vorderen

vooruitgaan, vorderen

Ex: As the marathon runners approached the finish line , their determination drove them to advance at an impressive pace .Toen de marathonlopers de finishlijn naderden, dreef hun vastberadenheid hen ertoe om in een indrukwekkend tempo **vooruit te gaan**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
aqueduct
[zelfstandig naamwoord]

a channel or pipeline used to transport water over a long distance, usually from a remote source to a town or city

aquaduct, waterleiding

aquaduct, waterleiding

Ex: Villagers relied on the aqueduct for their daily supply of water .De dorpsbewoners vertrouwden op het **aquaduct** voor hun dagelijkse watervoorziening.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
luxurious
[bijvoeglijk naamwoord]

extremely comfortable, elegant, and often made with high-quality materials or features

luxueus, weelderig

luxueus, weelderig

Ex: He enjoyed a luxurious lifestyle , traveling in private jets and staying at five-star hotels .Hij genoot van een **luxueuze** levensstijl, reisde met privévliegtuigen en verbleef in vijfsterrenhotels.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
anno Domini
[bijwoord]

used to refer to a date that is after the birth of Jesus Christ

na Christus, n.Chr.

na Christus, n.Chr.

Ex: The Renaissance, a period of cultural and intellectual flourishing, occurred in Europe from the 14th to the 17th centuries AD, leading to significant advancements in art, science, and philosophy.De Renaissance, een periode van culturele en intellectuele bloei, vond plaats in Europa van de 14e tot de 17e eeuw **na Christus**, wat leidde tot significante vooruitgang in kunst, wetenschap en filosofie.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
medicinal
[bijvoeglijk naamwoord]

having properties or qualities suitable for treating or curing illnesses or promoting health

medicinaal

medicinaal

Ex: The company specializes in producing medicinal supplements derived from natural sources .Het bedrijf is gespecialiseerd in de productie van **medicinale** supplementen afkomstig uit natuurlijke bronnen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
filth
[zelfstandig naamwoord]

any substance that is dirty, disgusting, or unpleasant

vuil, smurrie

vuil, smurrie

Ex: The detective carefully sifted through the filth of the crime scene , searching for clues amidst the chaos and disorder .De detective ziftte zorgvuldig door het **vuil** van de plaats delict, op zoek naar aanwijzingen te midden van chaos en wanorde.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
unsanitary
[bijvoeglijk naamwoord]

not sanitary or healthful

onhygiënisch, ongezond

onhygiënisch, ongezond

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
outbreak
[zelfstandig naamwoord]

the unexpected start of something terrible, such as a disease

uitbraak, epidemie

uitbraak, epidemie

Ex: The outbreak of wildfires prompted emergency evacuations across the region .**De uitbraak** van bosbranden leidde tot noodevacuaties in de hele regio.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
the Middle Ages
[zelfstandig naamwoord]

an era in European history, between about AD 1000 and AD 1500, when the authority of kings, people of high rank, and the Christian Church was unquestionable

de Middeleeuwen, de middeleeuwse periode

de Middeleeuwen, de middeleeuwse periode

Ex: The Black Death was a devastating pandemic that struck Europe in the late Middle Ages, killing millions.De Zwarte Dood was een verwoestende pandemie die Europa trof in de late **Middeleeuwen**, waarbij miljoenen mensen omkwamen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
black death
[zelfstandig naamwoord]

the epidemic form of bubonic plague experienced during the Middle Ages when it killed nearly half the people of western Europe

de zwarte dood, de zwarte pest

de zwarte dood, de zwarte pest

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
established
[bijvoeglijk naamwoord]

widely acknowledged as valid or customary

gevestigd, erkend

gevestigd, erkend

Ex: The artist gained recognition for breaking away from established artistic norms and introducing innovative techniques .De kunstenaar kreeg erkenning voor het afwijken van **gevestigde** artistieke normen en het introduceren van innovatieve technieken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
craft
[zelfstandig naamwoord]

a practice requiring experience and skill, in which objects are made with one's hands

ambacht, handwerk

ambacht, handwerk

Ex: The market showcased local crafts, from handmade jewelry to ceramics .De markt toonde lokale **ambachten**, van handgemaakte sieraden tot keramiek.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
laundering
[zelfstandig naamwoord]

washing clothes and bed linens

wassen, schoonmaken

wassen, schoonmaken

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
chemist
[zelfstandig naamwoord]

a scientist who studies chemistry

chemicus, wetenschapper in de chemie

chemicus, wetenschapper in de chemie

Ex: The young chemist won a prize for her research .De jonge **chemicus** won een prijs voor haar onderzoek.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to patent
[werkwoord]

to officially grant legal rights for an invention, innovation, or process

Ex: The startup plans to patent its innovative software application , aiming to protect its intellectual property .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
soda ash
[zelfstandig naamwoord]

a sodium salt of carbonic acid; used in making soap powders and glass and paper

natriumcarbonaat, soda

natriumcarbonaat, soda

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
alkali
[zelfstandig naamwoord]

any substance with a pH of more than seven that neutralizes acids creating salt and water

alkali, base

alkali, base

Ex: Mixing an alkali with vinegar produces a salt and water .**Alkalien** worden vaak gebruikt in de productie van zeep, wasmiddelen en andere schoonmaakmiddelen vanwege hun vermogen om vetten en oliën op te lossen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
glycerine
[zelfstandig naamwoord]

a sweet syrupy trihydroxy alcohol obtained by saponification of fats and oils

glycerine, glycerol

glycerine, glycerol

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
fatty acid
[zelfstandig naamwoord]

a type of acid that is found in nuts, fish, some fruits, etc.

vetzuur, lipidzuur

vetzuur, lipidzuur

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
basis
[zelfstandig naamwoord]

a consistent method, system, or way of doing something

basis, grondslag

basis, grondslag

Ex: We communicate with clients on a daily basis.We communiceren met klanten op dagelijkse **basis**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to manufacture
[werkwoord]

to produce products in large quantities by using machinery

produceren, vervaardigen

produceren, vervaardigen

Ex: They manufacture medical equipment for hospitals .Ze **produceren** medische apparatuur voor ziekenhuizen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to regard as
[werkwoord]

to think of someone or something in a particular way

beschouwen als, zien als

beschouwen als, zien als

Ex: The movie is regarded as a classic .De film wordt **beschouwd als** een klassieker.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to tax
[werkwoord]

to impose a financial charge by the government on income, goods, services, or properties to generate revenue for public services and functions

belasten, belasting heffen

belasten, belasting heffen

Ex: Property owners are taxed based on the assessed value of their real estate.Eigenaren worden **belast** op basis van de geschatte waarde van hun onroerend goed.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
readily
[bijwoord]

with little difficulty or trouble

gemakkelijk, zonder moeite

gemakkelijk, zonder moeite

Ex: The stains did not wash out as readily as expected .De vlekken gingen niet zo **gemakkelijk** uit als verwacht.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
necessity
[zelfstandig naamwoord]

a thing that is essential or required for basic living or functioning

noodzaak, behoefte

noodzaak, behoefte

Ex: In cold climates , heating becomes an absolute necessity during winter .In koude klimaten wordt verwarming in de winter een absolute **noodzaak**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to reinforce
[werkwoord]

to enhance or make something more effective by providing additional resources, encouragement, or positive feedback

versterken, verstevigen

versterken, verstevigen

Ex: Studying regularly helps reinforce understanding and memory .Regelmatig studeren helpt bij het **versterken** van begrip en geheugen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
mild
[bijvoeglijk naamwoord]

having a gentle or not very strong effect

zacht, mild

zacht, mild

Ex: The earthquake was mild, causing no significant damage .De aardbeving was **mild** en veroorzaakte geen significante schade.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
turn of the century
[zelfstandig naamwoord]

the period from about ten years before to ten years after a new century

eeuwwisseling, verandering van de eeuw

eeuwwisseling, verandering van de eeuw

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
excavation
[zelfstandig naamwoord]

the act of digging

opgraving

opgraving

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Cambridge IELTS 15 - Academisch
LanGeek
LanGeek app downloaden