pattern

Cambridge IELTS 15 - Academisch - Test 4 - Lezen - Passage 2

Hier kunt u de woordenschat vinden uit Test 4 - Lezen - Passage 2 in het Cambridge IELTS 15 - Academic cursusboek, om u te helpen bij de voorbereiding op uw IELTS-examen.

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
Cambridge IELTS 15 - Academic
off
[bijwoord]

at or to a certain distance away in physical space

verwijderd, ver weg

verwijderd, ver weg

Ex: They built the new barn a bit off from the old one.Ze bouwden de nieuwe schuur een beetje **verwijderd** van de oude.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
mountainous
[bijvoeglijk naamwoord]

(of an area) having a lot of mountains

bergachtig, heuvelachtig

bergachtig, heuvelachtig

Ex: Exploring the mountainous terrain required careful preparation and gear .Het verkennen van het **bergachtige** terrein vereiste zorgvuldige voorbereiding en uitrusting.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
steep
[bijvoeglijk naamwoord]

(of a surface) having a sharp slope or angle, making it difficult to climb or walk up

steil, hellend

steil, hellend

Ex: He hesitated to ski down the steep slope , knowing it would be a thrilling but risky adventure .Hij aarzelde om de **steile** helling af te skiën, wetende dat het een spannend maar riskant avontuur zou zijn.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
rocky
[bijvoeglijk naamwoord]

having a surface that is covered with large, uneven, or rough rocks, stones, or boulders

rotsachtig, stenig

rotsachtig, stenig

Ex: The landscape was rocky and craggy , with cliffs rising steeply from the valley below .Het landschap was **rotsachtig** en ruig, met kliffen die steil oprezen uit de vallei beneden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
slope
[zelfstandig naamwoord]

a stretch of land forming part of a hill or mountain

helling, glooiing

helling, glooiing

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
wooded
[bijvoeglijk naamwoord]

covered with growing trees and bushes etc

bebost, beboomd

bebost, beboomd

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
ravine
[zelfstandig naamwoord]

a deep narrow valley with steep sides, usually worn by a stream

ravijn,  kloof

ravijn, kloof

Ex: Geologists study the formation of ravines to understand how water shapes the Earth 's surface over millennia .Geologen bestuderen de vorming van **ravijnen** om te begrijpen hoe water het aardoppervlak gedurende millennia vormt.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
whistle
[zelfstandig naamwoord]

the act of signalling (e.g., summoning) by whistling or blowing a whistle

fluitje

fluitje

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
means
[zelfstandig naamwoord]

a way, system, object, etc. through which one can achieve a goal or accomplish a task

middel, gereedschap

middel, gereedschap

Ex: Art can be a means of expressing complex emotions and ideas .Kunst kan een **middel** zijn om complexe emoties en ideeën uit te drukken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to transmit
[werkwoord]

to convey or communicate something, such as information, ideas, or emotions, from one person to another

overbrengen, communiceren

overbrengen, communiceren

Ex: Skilled diplomats work to transmit the intentions and concerns of their respective governments to reach mutual agreements .Bekwame diplomaten werken om de intenties en zorgen van hun respectieve regeringen over te **brengen** om wederzijdse overeenkomsten te bereiken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
terrain
[zelfstandig naamwoord]

an area of land, particularly in reference to its physical or natural features

terrein, landschap

terrein, landschap

Ex: Farmers adapted their cultivation techniques to suit the varying terrain of their land , employing terracing on slopes and irrigation systems in low-lying areas to optimize agricultural productivity .Boeren pasten hun teelttechnieken aan om te passen bij het gevarieerde **terrein** van hun land, waarbij ze terrassen op hellingen en irrigatiesystemen in lager gelegen gebieden gebruikten om de landbouwproductiviteit te optimaliseren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen

to provide clarification, understanding, or insight into a topic, situation, or problem

Ex: The therapist's questions were designed to shed light on the underlying reasons for the patient's anxiety.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to associate
[werkwoord]

to make a connection between someone or something and another in the mind

associëren, verbinden

associëren, verbinden

Ex: The color red is commonly associated with passion and intensity across various cultures .De kleur rood wordt in verschillende culturen vaak **geassocieerd** met passie en intensiteit.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
remarkably
[bijwoord]

in a way that is unusually impressive, effective, or surprising

opmerkelijk, op een opmerkelijke manier

opmerkelijk, op een opmerkelijke manier

Ex: Despite the challenges , she responded remarkably with poise and clarity .Ondanks de uitdagingen reageerde ze **opmerkelijk** met kalmte en duidelijkheid.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
flexible
[bijvoeglijk naamwoord]

capable of adjusting easily to different situations, circumstances, or needs

flexibel, aanpasbaar

flexibel, aanpasbaar

Ex: His flexible attitude made it easy for friends to rely on him in tough times .Zijn **flexibele** houding maakte het gemakkelijk voor vrienden om op hem te vertrouwen in moeilijke tijden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to interpret
[werkwoord]

to understand or assign meaning to something

interpreteren, begrijpen

interpreteren, begrijpen

Ex: Criminal investigators interpret clues to reconstruct the sequence of events in a crime .Strafrechercheurs **interpreteren** aanwijzingen om de volgorde van gebeurtenissen in een misdaad te reconstrueren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
scope
[zelfstandig naamwoord]

the area or extent within which something operates, has influence, or exercises control

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to recognize
[werkwoord]

to completely understand, acknowledge, or become aware of the existence, validity, or importance of something

herkennen, erkennen

herkennen, erkennen

Ex: Recognizing her own limitations , she sought help from a professional to improve her skills .**Erkennend** haar eigen beperkingen, zocht ze hulp van een professional om haar vaardigheden te verbeteren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
co-author
[zelfstandig naamwoord]

someone who writes a book, article, etc. with another author

coauteur

coauteur

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
associate professor
[zelfstandig naamwoord]

a teacher lower in rank than a full professor but higher than an assistant professor

universitair hoofddocent, associate professor

universitair hoofddocent, associate professor

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
substitute
[zelfstandig naamwoord]

an object or thing used in place of another

vervanger, substituut

vervanger, substituut

Ex: Almond flour is often used as a substitute for wheat flour in gluten-free baking .Amandelmeel wordt vaak gebruikt als **vervanger** van tarwemeel in glutenvrij bakken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
individual
[bijvoeglijk naamwoord]

considered a separate or distinct entity

individueel, afzonderlijk

individueel, afzonderlijk

Ex: The study focused on individual differences in learning styles among children .De studie richtte zich op **individuele** verschillen in leerstijlen onder kinderen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
frequency
[zelfstandig naamwoord]

the specific number of waves that pass a point every second

frequentie

frequentie

Ex: Higher frequencies of light , such as ultraviolet and X-rays , have shorter wavelengths .Hogere **frequenties** van licht, zoals ultraviolet en röntgenstralen, hebben kortere golflengten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
tone
[zelfstandig naamwoord]

a vocal or musical sound with a particular pitch, intensity, and quality

toon, tonaliteit

toon, tonaliteit

Ex: The violinist ’s tone, which was smooth and expressive , perfectly captured the emotional essence of the classical piece being performed .De **toon** van de violist, die soepel en expressief was, legde perfect de emotionele essentie van het uitgevoerde klassieke stuk vast.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
pitch
[zelfstandig naamwoord]

the degree of highness or lowness of a tone that is determined by the frequency of waves producing it

toonhoogte, toon

toonhoogte, toon

Ex: The orchestra conductor emphasized the importance of maintaining consistent pitch throughout the performance .De orkestdirigent benadrukte het belang van het handhaven van een consistente **toonhoogte** gedurende de uitvoering.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to cup
[werkwoord]

to shape one's hands in a rounded or curved manner

hol maken, tot een kom vormen

hol maken, tot een kom vormen

Ex: He cupped his hands together , creating a makeshift container for the stray kitten .Hij **vormde zijn handen tot een kom**, waardoor een geïmproviseerde container voor het zwerfkatje ontstond.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to adjust
[werkwoord]

to slightly alter or move something in order to improve it or make it work better

aanpassen, afstellen

aanpassen, afstellen

Ex: Right now , the technician is adjusting the thermostat for better temperature control .Op dit moment is de technicus de thermostaat aan het **aanpassen** voor een betere temperatuurregeling.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
direction
[zelfstandig naamwoord]

the position that someone or something faces, points, or moves toward

richting, kant

richting, kant

Ex: The teacher pointed in the direction of the library when the students asked where to find more resources .De leraar wees in de **richting** van de bibliotheek toen de studenten vroegen waar ze meer bronnen konden vinden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
ambiguity
[zelfstandig naamwoord]

the state of being unclear due to multiple possible meanings

dubbelzinnigheid, ambiguïteit

dubbelzinnigheid, ambiguïteit

Ex: To avoid any ambiguity, it 's important to define all the terms before drafting the agreement .Om elke **dubbelzinnigheid** te voorkomen, is het belangrijk om alle termen te definiëren voordat de overeenkomst wordt opgesteld.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to distinguish
[werkwoord]

to recognize and mentally separate two things, people, etc.

onderscheiden, differentiëren

onderscheiden, differentiëren

Ex: She easily distinguishes between different types of flowers in the garden .Ze **onderscheidt** gemakkelijk tussen verschillende soorten bloemen in de tuin.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
repetition
[zelfstandig naamwoord]

the act of doing or performing something again

herhaling

herhaling

Ex: The project 's success relied on the repetition of standard procedures .Het succes van het project was afhankelijk van de **herhaling** van standaardprocedures.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
context
[zelfstandig naamwoord]

the surrounding discourse that provides clarity and understanding to a language unit, helping to determine its interpretation

context, kader

context, kader

Ex: The context provided by the surrounding paragraphs made the meaning of the word clear .De **context** die door de omringende alinea's werd geboden, maakte de betekenis van het woord duidelijk.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen

to express one's thoughts and ideas clearly and effectively so that others can understand them easily

Ex: They needed to find a way to make themselves understood despite the language barrier.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
shepherd
[zelfstandig naamwoord]

a person who protects a large group of sheep as a job

herder, schaapherder

herder, schaapherder

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
folk
[zelfstandig naamwoord]

a group of people who share the same culture, usually in traditional societies

volk, mensen

volk, mensen

Ex: The music of the folk is rich with historical and cultural significance .De muziek van het **volk** is rijk aan historische en culturele betekenis.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
novel
[bijvoeglijk naamwoord]

new and unlike anything else

nieuw, origineel

nieuw, origineel

Ex: He came up with a novel strategy to improve sales .Hij bedacht een **nieuwe strategie** om de verkoop te verbeteren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
up to
[Voorzetsel]

indicating that the quantity or count mentioned does not exceed a specified value

tot, maximaal

tot, maximaal

Ex: You can invite up to ten guests to the party .Je kunt **tot** tien gasten uitnodigen voor het feest.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
via
[Voorzetsel]

by means of a particular person, system, etc.

via, door middel van

via, door middel van

Ex: Reports are coming in via satellite .Rapporten komen binnen **via** satelliet.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
command
[zelfstandig naamwoord]

an order, particularly given by someone in a position of authority

bevel, commando

bevel, commando

Ex: The police chief gave a strict command for officers to maintain order during the protest .De politiechef gaf een strikt **bevel** aan agenten om de orde te handhaven tijdens het protest.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
neuroimaging
[zelfstandig naamwoord]

a variety of techniques used to visualize the structure and function of the brain and nervous system

neuroimaging, hersenbeeldvorming

neuroimaging, hersenbeeldvorming

Ex: Researchers used neuroimaging to observe the brain's response during memory tasks.Onderzoekers gebruikten **neuroimaging** om de reactie van de hersenen tijdens geheugentaken te observeren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to contrast
[werkwoord]

to compare two people or things so that their differences are noticeable

contrasteren

contrasteren

Ex: When you contrast the two cities , you 'll see clear differences in their cultures .Wanneer je de twee steden **contrasteert**, zie je duidelijke verschillen in hun culturen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
temporal lobe
[zelfstandig naamwoord]

a region of the brain responsible for auditory processing, memory, language comprehension, and visual perception

temporale kwab, temporale regio

temporale kwab, temporale regio

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
frontal lobe
[zelfstandig naamwoord]

a region of the brain responsible for cognitive functions such as decision-making or problem-solving

frontale kwab, frontale hersenregio

frontale kwab, frontale hersenregio

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to respond
[werkwoord]

to do something or provide a reply based on what others have done or said

reageren, antwoorden

reageren, antwoorden

Ex: They responded to the protest by initiating a dialogue with the demonstrators .Ze **reageerden** op het protest door een dialoog aan te gaan met de demonstranten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
in response to
[Voorzetsel]

as a reaction or answer to something

als antwoord op, als reactie op

als antwoord op, als reactie op

Ex: In response to the feedback received , we have made several improvements to the product .**Als reactie op** de ontvangen feedback hebben we verschillende verbeteringen aan het product aangebracht.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
capacity
[zelfstandig naamwoord]

the ability or power to achieve something or develop into a certain state in the future

capaciteit, potentieel

capaciteit, potentieel

Ex: The city has the capacity to handle a larger population with the planned infrastructure upgrades .De stad heeft de **capaciteit** om een grotere bevolking aan te kunnen met de geplande infrastructuurupgrades.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
left hemisphere
[zelfstandig naamwoord]

the cerebral hemisphere to the left of the corpus callosum that controls the right half of the body

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
independent
[bijvoeglijk naamwoord]

free from external control and constraint

onafhankelijk,  autonoom

onafhankelijk, autonoom

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
modality
[zelfstandig naamwoord]

the way in which language expresses the speaker's or writer's attitude, opinion, or degree of certainty regarding a statement or proposition

modaliteit, manier

modaliteit, manier

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
origin
[zelfstandig naamwoord]

the source or point of beginning of something, such as the historical, cultural, or linguistic roots of a word, concept, or phenomenon

oorsprong, bron

oorsprong, bron

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
obscure
[bijvoeglijk naamwoord]

not well-known or widely recognized

onbekend, obscuur

onbekend, obscuur

Ex: The philosopher ’s ideas remained obscure until they were revived by contemporary scholars .De ideeën van de filosoof bleven **onduidelijk** totdat ze werden hernieuwd door hedendaagse geleerden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
indigenous
[bijvoeglijk naamwoord]

relating to the original inhabitants of a particular region or country, who have distinct cultural, social, and historical ties to that land

inheems,  autochtoon

inheems, autochtoon

Ex: Many indigenous languages are at risk of disappearing, prompting efforts to preserve and revitalize them.Veel **inheemse** talen lopen het risico te verdwijnen, wat inspanningen stimuleert om ze te behouden en te revitaliseren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to conquer
[werkwoord]

to gain control of a place or people using armed forces

veroveren, onderdrukken

veroveren, onderdrukken

Ex: Throughout history , powerful empires sought to conquer new lands .Door de geschiedenis heen hebben machtige rijken geprobeerd nieuwe landen te **veroveren**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
pocket
[zelfstandig naamwoord]

a small isolated group of people

zak, geïsoleerde groep

zak, geïsoleerde groep

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
isolated
[bijvoeglijk naamwoord]

feeling or being disconnected from others, either physically or socially

geïsoleerd, afgesloten

geïsoleerd, afgesloten

Ex: Not sharing his thoughts with others , he remained isolated in his emotions , struggling with inner turmoil .Zonder zijn gedachten met anderen te delen, bleef hij **geïsoleerd** in zijn emoties, worstelend met innerlijke onrust.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to threaten
[werkwoord]

to indicate a potential danger or risk to someone or something

bedreigen, een bedreiging vormen

bedreigen, een bedreiging vormen

Ex: The lack of cybersecurity measures could threaten the integrity of sensitive information .Het ontbreken van cyberbeveiligingsmaatregelen kan de integriteit van gevoelige informatie **bedreigen**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
extinction
[zelfstandig naamwoord]

a situation in which a particular animal or plant no longer exists

uitsterven

uitsterven

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
dwindling
[bijvoeglijk naamwoord]

gradually decreasing until little remains

afnemend, slinkend

afnemend, slinkend

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
islander
[zelfstandig naamwoord]

an inhabitant of an island

eilander, bewoner van een eiland

eilander, bewoner van een eiland

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to take a step
[Zinsdeel]

to make progress or take action toward achieving something

Ex: They took a step toward recovery by seeking professional help.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
elementary school
[zelfstandig naamwoord]

a primary school for the first six or eight grades

basisschool, lagere school

basisschool, lagere school

Ex: He works as a teacher at an elementary school, specializing in science education .Hij werkt als leraar op een **basisschool**, gespecialiseerd in wetenschapsonderwijs.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to declare
[werkwoord]

to officially tell people something

verklaren, aankondigen

verklaren, aankondigen

Ex: He declared his intention to run for mayor in the upcoming election .Hij **verklaarde** zijn voornemen om zich kandidaat te stellen voor burgemeester in de aanstaande verkiezingen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to preserve
[werkwoord]

to protect something against danger or harm

behouden, beschermen

behouden, beschermen

Ex: The environmental organization campaigns to preserve wetlands as crucial ecosystems for wildlife and water purification .De milieuorganisatie voert campagnes om wetlands te **behouden** als cruciale ecosystemen voor wildlife en waterzuivering.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
under threat
[bijwoord]

in a situation where something harmful or dangerous is likely to happen, often due to a warning or risk

onder dreiging, bedreigd

onder dreiging, bedreigd

Ex: He gave in to the demands under threat of harm .Hij gaf toe aan de eisen **onder dreiging** van schade.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Cambridge IELTS 15 - Academisch
LanGeek
LanGeek app downloaden