pattern

Cambridge IELTS 15 - Academisch - Test 2 - Lezen - Passage 2

Hier vind je de woordenschat van Test 2 - Lezen - Passage 2 in het Cambridge IELTS 15 - Academic cursusboek, om je te helpen voorbereiden op je IELTS-examen.

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
Cambridge IELTS 15 - Academic
syndrome
[zelfstandig naamwoord]

a group of medical signs that indicate a person is suffering from a particular disease or condition

syndroom

syndroom

Ex: Asperger 's syndrome, a form of autism spectrum disorder , is characterized by difficulties in social interaction and nonverbal communication , as well as restricted and repetitive patterns of behavior and interests .Het **syndroom** van Asperger, een vorm van autismespectrumstoornis, wordt gekenmerkt door moeilijkheden in sociale interactie en non-verbale communicatie, evenals beperkte en repetitieve patronen van gedrag en interesses.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to threaten
[werkwoord]

to indicate a potential danger or risk to someone or something

bedreigen, een bedreiging vormen

bedreigen, een bedreiging vormen

Ex: The lack of cybersecurity measures could threaten the integrity of sensitive information .Het ontbreken van cyberbeveiligingsmaatregelen kan de integriteit van gevoelige informatie **bedreigen**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
notorious
[bijvoeglijk naamwoord]

widely known for something negative or unfavorable

berucht, bekend om iets negatiefs

berucht, bekend om iets negatiefs

Ex: The restaurant is notorious for poor service .Het restaurant is **berucht** vanwege de slechte service.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
contagious
[bijvoeglijk naamwoord]

(of a disease) transmittable from one person to another through close contact

besmettelijk

besmettelijk

Ex: Quarantine measures were implemented to contain the outbreak of a contagious virus in the community .Quarantainemaatregelen werden ingevoerd om de uitbraak van een **besmettelijk** virus in de gemeenschap in te dammen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to pop up
[werkwoord]

to appear or happen unexpectedly

opduiken, verschijnen

opduiken, verschijnen

Ex: Every now and then , a memory of our trip would pop up in our conversations .Af en toe **dook** een herinnering aan onze reis op in onze gesprekken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to burn out
[werkwoord]

to destroy completely, especially by fire

volledig uitbranden, afbranden

volledig uitbranden, afbranden

Ex: The forest fire burned the dry grass out.De bosbrand heeft het droge gras **volledig verbrand**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to subject
[werkwoord]

to make someone experience something unpleasant

onderwerpen

onderwerpen

Ex: The rigorous training regimen subjected athletes to physical strain and exhaustion .Het rigoureuze trainingsregime **onderwierp** atleten aan fysieke spanning en uitputting.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
millennium
[zelfstandig naamwoord]

a period of one thousand years, usually calculated from the year of the birth of Jesus Christ

millennium, duizend jaar

millennium, duizend jaar

Ex: Futurists speculate about technological advancements that may shape the next millennium.Futuristen speculeren over technologische vooruitgang die het volgende **millennium** zou kunnen vormen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to reverse
[werkwoord]

to change something such as a process, situation, etc. to be the opposite of what it was before

omkeren, terugdraaien

omkeren, terugdraaien

Ex: Consumer feedback led the design team to reverse certain features in the product .Consumentenfeedback leidde ertoe dat het ontwerpteam bepaalde functies in het product **omkeerde**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
institute
[zelfstandig naamwoord]

an organization focused on a specific field of study or training, offering programs and services related to science, technology, medicine, business, or the arts

instituut, instelling

instituut, instelling

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
identical
[bijvoeglijk naamwoord]

similar in every detail and totally alike

identiek, hetzelfde

identiek, hetzelfde

Ex: The two paintings are so identical that even art experts struggle to differentiate them .De twee schilderijen zijn zo **identiek** dat zelfs kunstexperts moeite hebben om ze te onderscheiden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
practical
[bijvoeglijk naamwoord]

(of a method, idea, or plan) likely to be successful or effective

praktisch, effectief

praktisch, effectief

Ex: She offered a practical solution to the problem that could be implemented immediately .Ze bood een **praktische** oplossing voor het probleem die onmiddellijk kon worden geïmplementeerd.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
template
[zelfstandig naamwoord]

a model or standard for making comparisons

sjabloon, mal

sjabloon, mal

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
insertion
[zelfstandig naamwoord]

the act of putting one thing into another

invoeging, plaatsing

invoeging, plaatsing

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
strand
[zelfstandig naamwoord]

a single slender thread of something such as a fiber, hair, etc.

draad, streng

draad, streng

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
hybrid
[zelfstandig naamwoord]

an animal or plant with parents that belong to different breeds or varieties

hybride, kruising

hybride, kruising

Ex: The vineyard owner introduced a new grape hybrid to his collection, which produced a unique flavor profile ideal for winemaking.De wijngaardeigenaar introduceerde een nieuwe druiven**hybride** in zijn collectie, die een uniek smaakprofiel opleverde dat ideaal is voor wijnbereiding.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
based
[bijvoeglijk naamwoord]

having a base

gebaseerd, gegrond

gebaseerd, gegrond

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
questionable
[bijvoeglijk naamwoord]

doubtful or uncertain in terms of quality, reliability, or legitimacy

twijfelachtig, betwistbaar

twijfelachtig, betwistbaar

Ex: A man of questionable character may not be the best to trust .Een man van **twijfelachtig** karakter is misschien niet de beste om te vertrouwen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
replacement
[zelfstandig naamwoord]

an thing that takes the place of another when it is broken, lost, or no longer available

vervanging

vervanging

Ex: A replacement for the damaged phone arrived yesterday .Een **vervanging** voor de beschadigde telefoon arriveerde gisteren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
breeding
[zelfstandig naamwoord]

the process of mating animals, plants, or microorganisms with desirable characteristics to produce offspring with those same traits

fokkerij,  voortplanting

fokkerij, voortplanting

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to scatter
[werkwoord]

to disperse or break up as a group, with individuals moving away in various directions

verstrooien, uiteenlopen

verstrooien, uiteenlopen

Ex: As the earthquake shook the ground , people scattered from buildings , fearing collapse .Toen de aardbeving de grond deed schudden, **verspreidden** mensen zich uit gebouwen, uit angst voor instorting.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
hectare
[zelfstandig naamwoord]

a land measurement unit that equals 10000 square meters or 2471 acres

hectare, Een hectare is een oppervlakte-eenheid gelijk aan 10.000 vierkante meter of ongeveer 2

hectare, Een hectare is een oppervlakte-eenheid gelijk aan 10.000 vierkante meter of ongeveer 2

Ex: The average size of a farm in many countries is measured in hectares, reflecting agricultural productivity and land use patterns .De gemiddelde grootte van een boerderij in veel landen wordt gemeten in **hectare**, wat de landbouwproductiviteit en landgebruikspatronen weerspiegelt.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
disturbance
[zelfstandig naamwoord]

an event or situation that interrupts or disrupts the normal state or functioning of something

verstoring, overlast

verstoring, overlast

Ex: The wildlife habitat suffered a disturbance due to construction .Het leefgebied van wilde dieren leed onder een **verstoring** door de bouw.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to wreck
[werkwoord]

to damage or destroy something severely

vernietigen, verwoesten

vernietigen, verwoesten

Ex: The lack of proper precautions wrecked the stability of the structure .Het ontbreken van de juiste voorzorgsmaatregelen **vernielde** de stabiliteit van de structuur.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
stagnant
[bijvoeglijk naamwoord]

not growing or changing; without force or vitality

stagnerend, inert

stagnerend, inert

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
unwelcoming
[bijvoeglijk naamwoord]

not hospitable or inviting, often creating a sense of discomfort or unease

onvriendelijk, niet uitnodigend

onvriendelijk, niet uitnodigend

Ex: The staff ’s unwelcoming attitude discouraged customers .De **onvriendelijke** houding van het personeel ontmoedigde de klanten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to evolve
[werkwoord]

(biology) to change gradually and over generations into forms that are better adapted to the environment and fitter to survive

evolueren, zich ontwikkelen

evolueren, zich ontwikkelen

Ex: Humans have evolved from ape-like ancestors , gradually developing upright posture , larger brains , and sophisticated tool use .Mensen zijn **geëvolueerd** van aapachtige voorouders, waarbij ze geleidelijk een rechtopstaande houding, grotere hersenen en verfijnd gereedschapsgebruik ontwikkelden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to regenerate
[werkwoord]

to grow or be made again

regenereren, zich regenereren

regenereren, zich regenereren

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to hybridize
[werkwoord]

to breed two different plants or animals to create a new variety or species with mixed traits

hybridiseren, kruisen

hybridiseren, kruisen

Ex: She hybridized a dog and a wolf to study their behavior .Ze **hybridiseerde** een hond en een wolf om hun gedrag te bestuderen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to reestablish
[werkwoord]

to bring back a lost connection or a former condition

herstellen, weer oprichten

herstellen, weer oprichten

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to thrive
[werkwoord]

(of an animal, child, or plant) to grow with strength, health, or energy

gedijen, floreren

gedijen, floreren

Ex: The saplings thrived after being transplanted to nutrient-rich soil .De zaailingen **gedijden** nadat ze waren overgeplant in voedingsrijke grond.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
candidate
[zelfstandig naamwoord]

a person being considered for a specific position, role, or opportunity

kandidaat, kandidate

kandidaat, kandidate

Ex: They chose the best candidate for the job .Ze kozen de beste **kandidaat** voor de baan.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
revival
[zelfstandig naamwoord]

the act of bringing something back into active use, attention, or importance after a period of decline or obscurity

herleving, wedergeboorte

herleving, wedergeboorte

Ex: The festival 's success contributed to a revival of tourism in the region .Het succes van het festival droeg bij aan een **heropleving** van het toerisme in de regio.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
resistance
[zelfstandig naamwoord]

the ability of someone or something that keeps them from being affected by something

weerstand

weerstand

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to pinpoint
[werkwoord]

to precisely locate or identify something or someone

precies lokaliseren, nauwkeurig identificeren

precies lokaliseren, nauwkeurig identificeren

Ex: They could n't pinpoint the exact time the event occurred .Ze konden niet **precies bepalen** op welk tijdstip het evenement plaatsvond.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
tundra
[zelfstandig naamwoord]

the expansive flat Arctic regions, of North America, Asia, and Europe, in which no trees grow and the soil is always frozen

toendra, de toendra

toendra, de toendra

Ex: Climate change poses a threat to tundra regions worldwide, affecting wildlife habitats and contributing to permafrost thawing.Klimaatverandering vormt een bedreiging voor **toendra**-gebieden wereldwijd, heeft invloed op leefgebieden van wilde dieren en draagt bij aan het ontdooien van permafrost.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
endangered
[bijvoeglijk naamwoord]

(of an animal, plant, etc.) being at risk of extinction

bedreigd

bedreigd

Ex: Climate change poses a significant threat to many endangered species by altering their habitats and food sources.Klimaatverandering vormt een aanzienlijke bedreiging voor veel **bedreigde** soorten door hun leefgebieden en voedselbronnen te veranderen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
range
[zelfstandig naamwoord]

an area in which something acts or operates or has power or control

bereik, gebied

bereik, gebied

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
adaptation
[zelfstandig naamwoord]

the process by which organisms evolve over time to better suit their environment, survive, and reproduce more effectively

aanpassing, adaptatie

aanpassing, adaptatie

Ex: Bacterial adaptation to antibiotics poses a challenge to medicine .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to insulate
[werkwoord]

to protect or shield from cold, heat, sound, or electricity by surrounding with a material that prevents the transfer of energy

isoleren, beschermen

isoleren, beschermen

Ex: To conserve energy , the eco-conscious homeowner opted to insulate the water heater .Om energie te besparen, koos de milieubewuste huiseigenaar ervoor om de waterverwarmer te **isoleren**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
boreal
[bijvoeglijk naamwoord]

related to regions or climates located in the northern latitudes of the Earth, characterized by cold temperatures and typically dominated by coniferous forests

boreaal, noordelijk

boreaal, noordelijk

Ex: Researchers study the boreal environment to understand its role in global climate regulation and carbon storage .Onderzoekers bestuderen de **boreale** omgeving om de rol ervan in de wereldwijde klimaatregulatie en koolstofopslag te begrijpen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
carbon emission
[zelfstandig naamwoord]

the release of carbon dioxide into the atmosphere, primarily from burning fossil fuels, industrial processes, and etc.

koolstofemissie, vrijgave van koolstofdioxide

koolstofemissie, vrijgave van koolstofdioxide

Ex: Reducing carbon emissions is critical for slowing climate change .Het verminderen van **koolstofemissies** is cruciaal voor het vertragen van klimaatverandering.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to knock down
[werkwoord]

to cause something or someone to fall to the ground

neerslaan, omverwerpen

neerslaan, omverwerpen

Ex: The heavy snowfall has knocked many power lines down, causing widespread outages.De zware sneeuwval heeft veel stroomkabels **omvergeworpen**, wat tot wijdverbreide stroomuitval heeft geleid.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to encourage
[werkwoord]

to make something more likely to exist, happen, or develop

aanmoedigen, stimuleren

aanmoedigen, stimuleren

Ex: The charity works to encourage donations for research into rare diseases .De liefdadigheidsinstelling werkt aan het **aanmoedigen** van donaties voor onderzoek naar zeldzame ziekten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to mitigate
[werkwoord]

to lessen something's seriousness, severity, or painfulness

verlichten, verminderen

verlichten, verminderen

Ex: The new medication helped to mitigate the patient ’s severe pain .Het nieuwe medicijn hielp de ernstige pijn van de patiënt te **verlichten**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
permafrost
[zelfstandig naamwoord]

ground that is permanently frozen

permafrost, permanent bevroren grond

permafrost, permanent bevroren grond

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
prospect
[zelfstandig naamwoord]

the likelihood or possibility of something becoming successful in the future

vooruitzicht, toekomst

vooruitzicht, toekomst

Ex: The student was thrilled about the prospect of attending a prestigious university .De student was enthousiast over het **vooruitzicht** om een prestigieuze universiteit te bezoeken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
emerging
[bijvoeglijk naamwoord]

coming into existence

opkomend, ontluikend

opkomend, ontluikend

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
mass
[bijvoeglijk naamwoord]

involving or impacting a large number of things or people collectively

massaal, collectief

massaal, collectief

Ex: Mass migration of animals occurs annually during the breeding season.De **massale** migratie van dieren vindt jaarlijks plaats tijdens het broedseizoen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
modification
[zelfstandig naamwoord]

the act of making small changes in something, usually for an enhancement

wijziging, aanpassing

wijziging, aanpassing

Ex: They decided to make modifications to the building to meet safety regulations .Ze besloten **aanpassingen** aan het gebouw te maken om aan de veiligheidsvoorschriften te voldoen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
moral
[bijvoeglijk naamwoord]

concerned with right and wrong behavior

moreel, ethisch

moreel, ethisch

Ex: They debated the moral implications of genetic engineering in the medical field .Ze debatteerden over de **morele** implicaties van genetische modificatie in de medische sector.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
hazard
[zelfstandig naamwoord]

something that poses a risk or danger

gevaar, risico

gevaar, risico

Ex: Poor lighting in the parking lot created a hazard for pedestrians at night .Slechte verlichting op de parkeerplaats vormde 's nachts een **gevaar** voor voetgangers.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
calculated
[bijvoeglijk naamwoord]

carefully thought out in advance

berekend, voorbedacht

berekend, voorbedacht

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
measured
[bijvoeglijk naamwoord]

carefully thought out in advance

afgemeten, berekend

afgemeten, berekend

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
nota bene
[zelfstandig naamwoord]

a Latin phrase (or its abbreviation) used to indicate that special attention should be paid to something

nota bene, let wel

nota bene, let wel

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to enable
[werkwoord]

to give someone or something the means or ability to do something

mogelijk maken, inschakelen

mogelijk maken, inschakelen

Ex: Current developments in technology are enabling more sustainable practices .Huidige ontwikkelingen in technologie **maken** duurzamere praktijken mogelijk.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
vegetation
[zelfstandig naamwoord]

trees and plants in general, particularly those of a specific habitat or area

vegetatie, flora

vegetatie, flora

Ex: The boreal forest 's vegetation, dominated by evergreen conifers , stretches for miles across the northern latitudes , with sparse undergrowth due to the harsh climate .De **vegetatie** van het boreale bos, gedomineerd door altijdgroene coniferen, strekt zich uit over mijlen in de noordelijke breedtegraden, met schaarse ondergroei vanwege het harde klimaat.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
insufficient
[bijvoeglijk naamwoord]

not enough in degree or amount

onvoldoende, ontoereikend

onvoldoende, ontoereikend

Ex: The teacher provided feedback that the student 's answer was insufficient in explaining the concept .De leraar gaf feedback dat het antwoord van de leerling **onvoldoende** was om het concept uit te leggen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
extinct
[bijvoeglijk naamwoord]

(of an animal, plant, etc.) not having any living members, either due to natural causes, environmental changes, or human activity

uitgestorven, verdwenen

uitgestorven, verdwenen

Ex: Conservation efforts aim to protect endangered species and prevent them from becoming extinct.Beschermingsinspanningen zijn gericht op het beschermen van bedreigde soorten en het voorkomen dat ze **uitsterven**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
legendary
[bijvoeglijk naamwoord]

very well-known and admired

legendarisch, mythisch

legendarisch, mythisch

Ex: The rock band gave a legendary concert , electrifying the crowd with their unforgettable performance .De rockband gaf een **legendarisch** concert, dat het publiek elektriseerde met hun onvergetelijke optreden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
flock
[zelfstandig naamwoord]

a group of birds of the same type, flying and feeding together

zwerm, groep

zwerm, groep

Ex: With a rustle of feathers , the flock of migrating birds landed in the treetops , seeking refuge for the night .Met een geritsel van veren landde de **vlucht** trekvogels in de boomtoppen, op zoek naar een schuilplaats voor de nacht.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
spectacle
[zelfstandig naamwoord]

a thing or person that is striking or impressive to see, often because it is unusual or remarkable

spektakel, aanblik

spektakel, aanblik

Ex: The magician 's disappearing act was a mesmerizing spectacle for the audience .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
specimen
[zelfstandig naamwoord]

a representative or characteristic sample that is examined or analyzed to gain insights or understanding of a particular group or category

exemplaar, monster

exemplaar, monster

Ex: The specimen showed distinct characteristics that were crucial for the study .Het **exemplaar** toonde duidelijke kenmerken die cruciaal waren voor de studie.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
geneticist
[zelfstandig naamwoord]

a specialist in or student of the branch of biology that deals with how individual features and different characteristics are passed through genes

geneticus,  specialist in genetica

geneticus, specialist in genetica

Ex: The geneticist collaborated with doctors to develop a gene therapy treatment for patients with genetic disorders .De **geneticus** werkte samen met artsen om een gentherapiebehandeling te ontwikkelen voor patiënten met genetische aandoeningen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
ambitious
[bijvoeglijk naamwoord]

requiring great effort or full use of one's abilities or resources in order to succeed

ambitieus, moeilijk

ambitieus, moeilijk

Ex: He embarked on an ambitious quest to climb the world 's highest peaks , testing his physical and mental limits .Hij begon aan een **ambitieuze** zoektocht om de hoogste bergtoppen van de wereld te beklimmen, waarbij hij zijn fysieke en mentale grenzen testte.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
premise
[zelfstandig naamwoord]

a theory or statement that acts as the foundation of an argument

premisse, postulaat

premisse, postulaat

Ex: The legal case was built on the premise that the defendant had breached the contract intentionally .De rechtszaak was gebaseerd op de **premisse** dat de verdachte opzettelijk het contract had geschonden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
cloning
[zelfstandig naamwoord]

the scientific process of creating an identical or near-identical copy of a living organism, cell, or DNA sequence through asexual reproduction or genetic engineering techniques

klonen

klonen

Ex: Dolly the sheep was the first mammal created through cloning.Dolly het schaap was het eerste zoogdier dat werd gecreëerd door **klonen**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to fertilize
[werkwoord]

to introduce male reproductive cells into the female reproductive system for reproduction

bevruchten,  bemesten

bevruchten, bemesten

Ex: In some species , males fertilize the female ’s eggs externally in the water .Bij sommige soorten bevruchten de mannetjes de eieren van het vrouwtje extern in het water.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
embryo
[zelfstandig naamwoord]

an unhatched or unborn offspring in the process of development, especially a human offspring roughly from the second to the eighth week after fertilization

embryo, foetus

embryo, foetus

Ex: Ethical debates often arise around the use of human embryos in stem cell research and medical treatments .Ethische debatten ontstaan vaak rond het gebruik van menselijke **embryo's** in stamcelonderzoek en medische behandelingen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
pioneering
[bijvoeglijk naamwoord]

characterized by being at the forefront of new developments or leading the way in innovation and exploration

baanbrekend,  pionierend

baanbrekend, pionierend

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
cutting-edge
[bijvoeglijk naamwoord]

having the latest and most advanced features or design

hoogtechnologisch, innovatief

hoogtechnologisch, innovatief

Ex: The cutting-edge laboratory equipment enables scientists to conduct groundbreaking experiments and analyze data with unparalleled accuracy .De **meest geavanceerde** laboratoriumapparatuur stelt wetenschappers in staat baanbrekende experimenten uit te voeren en gegevens met ongeëvenaarde nauwkeurigheid te analyseren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to strive
[werkwoord]

to try as hard as possible to achieve a goal

streven, zich inspannen

streven, zich inspannen

Ex: Organizations strive to provide exceptional service to meet customer expectations .Organisaties **streven ernaar** om uitzonderlijke service te bieden om aan de verwachtingen van klanten te voldoen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
carnivore
[zelfstandig naamwoord]

an animal that feeds on the flesh of other animals

carnivoor, vleesetend dier

carnivoor, vleesetend dier

Ex: Hyenas are scavenging carnivores known for their distinctive laughs .Hyena's zijn **carnivoren** die aas eten en bekend staan om hun kenmerkende lach.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
niche
[zelfstandig naamwoord]

the specific role or function of an organism or species within an ecosystem

niche, ecologische rol

niche, ecologische rol

Ex: In a coral reef , fish species like clownfish and anemonefish occupy distinct niches, with mutualistic relationships with sea anemones .In een koraalrif bezetten vissoorten zoals clownvissen en anemoonvissen verschillende **niches**, met mutualistische relaties met zeeanemonen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to point out
[werkwoord]

to show or mention something to someone and give them enough information to take notice

aanwijzen, erop wijzen

aanwijzen, erop wijzen

Ex: He pointed the crucial details out to ensure everyone understood.Hij **wees** de cruciale details aan om ervoor te zorgen dat iedereen het begreep.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
debilitating
[bijvoeglijk naamwoord]

impairing the strength and vitality

verzwakkend, uitputtend

verzwakkend, uitputtend

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
facial
[bijvoeglijk naamwoord]

relating to the face or its appearance

gezichts-, gezichtsuitdrukking

gezichts-, gezichtsuitdrukking

Ex: The facial muscles allow for movements such as smiling and frowning.De **gezichtsspieren** maken bewegingen mogelijk zoals glimlachen en fronsen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
tumor
[zelfstandig naamwoord]

an abnormal mass of diseased cells that serves no function in the body and usually causes medical problems

tumor, gezwel

tumor, gezwel

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to trial
[werkwoord]

to test something in real conditions for a limited time to check if it works well or is effective

testen, uitproberen

testen, uitproberen

Ex: We had trialed the new software, but it did not meet our needs.We hadden de nieuwe software **getest**, maar het voldeed niet aan onze behoeften.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen

to make it necessary to ask a clear question that has not been answered, usually because something important or unclear has been said or done

Ex: His explanation begs the question of whether he really understands the issue.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Cambridge IELTS 15 - Academisch
LanGeek
LanGeek app downloaden