Voorzetsels van plaats
Met voorzetsels kunnen we praten over de relatie tussen twee woorden in een zin. Hier zullen we de verschillende voorzetsels van plaats in het Engels bespreken.
Wat zijn voorzetsels van plaats?
Voorzetsels van plaats worden gebruikt om de positie of locatie van iets aan te geven.
Belangrijkste Voorzetsels van Plaats
Hier is een lijst van de belangrijkste voorzetsels van plaats:
- In (in)
- On (op)
- Under (onder)
- Around (rondom)
- In front of (voor)
- Behind (achter)
- At (op)
In
'In' wordt gebruikt wanneer we willen laten zien dat iets zich binnen een plaats of container bevindt. Bijvoorbeeld:
We were
We waren
She stayed
Ze bleef
On
'On' wordt gebruikt om te tonen dat iets een oppervlak raakt. Hier zijn enkele voorbeelden:
There was a stick
Er lag een stok
The books are
De boeken liggen
Under
'Under' betekent onder of op een lager niveau dan iets. Bijvoorbeeld:
We often slept
We sliepen vaak
Write your name
Schrijf je naam
Around
De prepositie 'around' wordt gebruikt om te praten over de zijkanten van iets of iemand. Bijvoorbeeld:
We were sitting
We zaten
There was a beautiful scarf
Er was een mooie sjaal
In Front of
'In front of' wordt gebruikt wanneer iets of iemand naar iets anders toe gericht is. Hier zijn de voorbeelden:
The car is parked
De auto staat geparkeerd
I was just
Ik stond net
Behind
'Behind' wordt gebruikt wanneer iets zich achter iets bevindt. Bijvoorbeeld:
The cat was
De kat zat
They sat
Ze zaten
At
'At' wordt gebruikt om de exacte locatie van iets of iemand aan te geven. Kijk naar de voorbeelden:
He is
Hij is
We met
We hebben elkaar