Kleding en Mode - Materialen en Patronen

lace [zelfstandig naamwoord]

a delicate cotton or silky cloth made by weaving or knitting threads in an open web-like pattern

kant

Ex: She adorned her wedding gown with beautiful lace , giving it a timeless and elegant look .

Ze versierde haar trouwjurk met prachtig kant, waardoor het een tijdloze en elegante uitstraling kreeg.

linen [zelfstandig naamwoord]

cloth that is made from the fibers of a plant called flax, used to make fine clothes, etc.

linnen

Ex: She dressed in a simple linen dress , enjoying the breathability and comfort of the fabric on the hot summer day .

Ze droeg een eenvoudige linnen jurk en genoot van de ademendheid en het comfort van de stof op de warme zomerdag.

mohair [zelfstandig naamwoord]

a soft yarn or fabric, made from the fine wool of the angora goat

mohair

leather [zelfstandig naamwoord]

strong material made from animal skin and used for making clothes, bags, shoes, etc.

leer

Ex: He decided to invest in a high-quality leather jacket that would last for years and only get better with age.

Hij besloot te investeren in een hoogwaardig leren jack dat jarenlang meegaat en alleen maar beter wordt met de leeftijd.

moleskin [zelfstandig naamwoord]

a soft thick fabric made of cotton with a velvety nap, which is very durable

moleskin

muslin [zelfstandig naamwoord]

a type of plain transparent fabric that is fine and lightweight, used for making garments, curtains or sheets

mousseline

patent leather [zelfstandig naamwoord]

a smooth kind of leather with a high-gloss finish

gelakt leer

polyester [zelfstandig naamwoord]

a synthetic fiber that is quick to dry and is widely used in textile industry

polyester

satin [zelfstandig naamwoord]

a type of very smooth fabric with a glossy surface

satijn

silk [zelfstandig naamwoord]

a type of smooth soft fabric made from the threads that silkworms produce

zijde

Ex: She draped a silk scarf around her neck , enjoying the cool , smooth texture against her skin .

Ze drapeerde een zijden sjaal om haar nek, genietend van de koele, gladde textuur tegen haar huid.

nylon [zelfstandig naamwoord]

a tough synthetic fiber that is light and elastic, used in textile industry

nylon

Ex: Her raincoat was made of waterproof nylon , perfect for stormy weather .

Haar regenjas was gemaakt van waterdicht nylon, perfect voor stormachtig weer.

acrylic [zelfstandig naamwoord]

a textile fiber made by chemical processes that is used for clothes and dries quickly

acryl

cashmere [zelfstandig naamwoord]

fine, soft wool that is originally taken from the undercoat of the Kashmir goat

kasjmier

pinstripe [zelfstandig naamwoord]

a fabric that is dark with light thin lines woven into it, used for business suits

pinstripe

pinstriped [bijvoeglijk naamwoord]

(of fabric) having a pattern of light narrow lines on a dark background

met fijne strepen

Ex: He wore a pinstriped suit with thin white lines on a navy blue background .

Hij droeg een gestreept pak met dunne witte lijnen op een marineblauwe achtergrond.

chiffon [zelfstandig naamwoord]

a lightweight and transparent fabric made from silk or nylon

chiffon

cloth [zelfstandig naamwoord]

material used for making clothes, which is made by knitting or weaving silk, cotton, etc.

stof

Ex: She selected a beautiful piece of cloth to make her new dress.

Ze selecteerde een mooi stuk stof om haar nieuwe jurk te maken.

corduroy [zelfstandig naamwoord]

a strong but soft cotton fabric patterned with raised straight lines

corduroy

crepe [zelfstandig naamwoord]

a light and soft fabric with wrinkles and folds in its surface that is made of synthetic or natural fibers

crêpe

flannel [zelfstandig naamwoord]

a soft cotton or woolen cloth with a loose texture that is used for making clothes or sheets

flanel

fur [zelfstandig naamwoord]

an item of clothing made of the skin of a dead animal, typically mammals like foxes or rabbits

bont

Ex: She wore a luxurious fur coat to the gala, which turned heads and garnered compliments from everyone.

Ze droeg een luxe bontjas naar het gala, die alle aandacht trok en complimenten van iedereen kreeg.

wool [zelfstandig naamwoord]

thick thread made from the fibers of sheep or other animals, commonly used for knitting

wol

Ex: She bought several skeins of wool to knit a warm sweater for the winter .

Ze kocht verschillende strengen wol om een warme trui te breien voor de winter.

tartan [zelfstandig naamwoord]

a woolen fabric patterned with lines and squares, originally from Scotland

tartan

thermal [bijvoeglijk naamwoord]

(of clothes) designed with special material that keeps the wearer warm

thermisch

Ex: She wore a thermal jacket and pants to stay warm during the winter hike .

Ze droeg een thermisch jack en broek om warm te blijven tijdens de winterwandeling.

check [zelfstandig naamwoord]

a pattern of small squares, typically in two colors, used on fabric and resembling a checkerboard

ruitjes

checked [bijvoeglijk naamwoord]

having a pattern of small squares with usually two different colors

gecontroleerd

Ex: She wore a checked blouse that featured a classic black and white pattern .

Ze droeg een geruite blouse met een klassiek zwart-wit patroon.

suede cloth [zelfstandig naamwoord]

a synthetic fabric with a soft, fuzzy texture that mimics the look and feel of natural suede leather

suedestof

suede [zelfstandig naamwoord]

soft leather with a velvety surface, used for making shoes, jackets, etc.

suède

Ex: She treated herself to a pair of suede boots , perfect for adding a touch of luxury to her fall wardrobe .

Ze trakteerde zichzelf op een paar suede laarzen, perfect om een vleugje luxe toe te voegen aan haar herfstgarderobe.

suede leather [zelfstandig naamwoord]

a type of leather with a soft, napped surface that is created by sanding or buffing the underside of animal skin

suède leer

patterned [bijvoeglijk naamwoord]

having a repeated design or decorative arrangement of colors

gepatroneerd

Ex: She wore a patterned dress adorned with vibrant florals that caught everyone 's attention .

Ze droeg een gepatroneerde jurk versierd met levendige bloemen die ieders aandacht trok.

fleece [zelfstandig naamwoord]

a soft and warm fabric similar to sheep's wool in texture

fleece

silky [bijvoeglijk naamwoord]

having a fine and smooth surface that is pleasant to the touch

zijdeachtig

Ex: Her hair felt silky after she applied the deep conditioner .

Haar haar voelde zijdezacht aan nadat ze de diepe conditioner had aangebracht.

plain [bijvoeglijk naamwoord]

simple in design, without a specific pattern

eenvoudig

Ex: She preferred plain dresses with minimal embellishments .

Ze gaf de voorkeur aan eenvoudige jurken met minimale versieringen.

woolen [bijvoeglijk naamwoord]

made of or related to wool

wollen

Ex: She wore a cozy woolen sweater to keep warm during the chilly winter evening .

Ze droeg een knusse wollen trui om warm te blijven tijdens de koude winteravond.

wooly [bijvoeglijk naamwoord]

covered in or made of wool

wollen

Ex: She knitted a wooly scarf for her friend as a birthday gift .

Ze breide een wollen sjaal voor haar vriendin als verjaardagscadeau.

velvet [zelfstandig naamwoord]

a cloth with a smooth and thick surface, typically made of cotton or silk

fluweel

Ex: The curtains were made of rich velvet , adding a touch of luxury to the room .

De gordijnen waren gemaakt van rijke fluweel, wat een vleugje luxe aan de kamer toevoegde.

paisley [zelfstandig naamwoord]

a teardrop-shaped, intricate design pattern characterized by a curved, abstract floral motif

paisley

Ex: She loved the intricate swirls and teardrop shapes of paisley , finding them endlessly fascinating .

Ze hield van de ingewikkelde spiralen en traanvormen van paisley, en vond ze eindeloos fascinerend.

flowery [bijvoeglijk naamwoord]

having patterns or designs featuring flowers

bloemig

Ex: She chose flowery wallpaper to give her living room a cheerful vibe.

Ze koos bloemig behang om haar woonkamer een vrolijke sfeer te geven.

print [zelfstandig naamwoord]

a design or pattern applied to fabric using techniques such as screen printing, digital printing, or block printing

Ex: The dress has a floral print that brightens the summer wardrobe .

plaid [zelfstandig naamwoord]

a cloth with a pattern marked by intersecting straight lines or paths

plaid

Ex: She wore a plaid to keep warm during the cold hike .

Ze droeg een plaid om warm te blijven tijdens de koude wandeling.

striped [bijvoeglijk naamwoord]

having a pattern of straight parallel lines

gestreept

Ex: She wore a striped shirt with alternating lines of blue and white .

Ze droeg een gestreept shirt met afwisselende lijnen van blauw en wit.

polka dot [zelfstandig naamwoord]

a pattern consisting of round spots that are equally spaced apart and can vary in size and color

stippen

dotted [bijvoeglijk naamwoord]

decorated with a series of small, circular spots or points

gestippeld

Ex: She wore a dress dotted with tiny flowers in shades of pink and purple.

Ze droeg een jurk gestippeld met kleine bloemen in tinten roze en paars.

cotton [zelfstandig naamwoord]

cloth made from the fibers of the cotton plant, naturally soft and comfortable against the skin

katoen

Ex: Cotton fabric is a staple in my wardrobe because of its breathability and comfort , especially during hot summer days .

Katoenen stof is een hoofdbestanddeel in mijn kledingkast vanwege de ademendheid en het comfort, vooral op warme zomerdagen.

fabric [zelfstandig naamwoord]

cloth that is made by weaving cotton yarn, silk, etc., which is used in making clothes

stof

Ex: The dress was made from a luxurious silk fabric that shimmered in the light .

De jurk was gemaakt van een luxueus zijden stof dat in het licht glinsterde.

stripe [zelfstandig naamwoord]

a design consisting of lines or bands with a different color from the background, often used on clothing, textiles, or other surfaces

streep

Ex: She wore a sleek black dress with thin white stripes running down the sides.

Ze droeg een strakke zwarte jurk met dunne witte strepen langs de zijkanten.

spotted [bijvoeglijk naamwoord]

patterned with small colored dots

gevlekt

Ex: The spotted leopard moved silently through the jungle , blending in with its surroundings .

De gevlekte luipaard bewoog zich geruisloos door de jungle en ging op in zijn omgeving.

tweed [zelfstandig naamwoord]

a rough woolen fabric woven by different colored threads, originally made in Scotland, especially used for coats and suits

tweed

ribbed [bijvoeglijk naamwoord]

(of a fabric or piece of clothing) with a pattern of raised lines

geribbeld

textile [zelfstandig naamwoord]

any type of knitted, felted or woven cloth

textiel

Ex: The factory produces high-quality textiles for clothing .

De fabriek produceert hoogwaardige textiel voor kleding.

ruched [bijvoeglijk naamwoord]

(of a fabric or piece of clothing) made with many small folds or pleats

geplooid

Ex: The dress was adorned with ruched detailing along the bodice, adding texture and dimension to the garment.

De jurk was versierd met gerimpelde details langs het lijfje, wat textuur en dimensie aan het kledingstuk toevoegde.

waterproof [zelfstandig naamwoord]

a textile that is coated or laminated with a substance that prevents water from penetrating through it

waterdicht

Ex: The jacket is made of a lightweight waterproof to keep you dry .

De jas is gemaakt van een licht waterdicht materiaal om je droog te houden.

knit [zelfstandig naamwoord]

a fabric created by interlocking loops of yarn using needles or a machine

Ex: He admired the intricate pattern in the knit fabric.

denim [zelfstandig naamwoord]

strong cotton cloth that is usually blue in color, particularly used in making jeans

denim

Ex: She wore her favorite denim jeans, which had a perfectly worn-in feel and fit.

Ze droeg haar favoriete denim spijkerbroek, die een perfect ingedragen gevoel en pasvorm had.

chintz [zelfstandig naamwoord]

a shiny cloth made of cotton, often decorated with flower patterns, that is used for furniture covers and curtains

chintz

polka-dotted [bijvoeglijk naamwoord]

having a pattern of evenly spaced, round spots or dots

gestippeld

Ex: She wore a polka-dotted dress with white dots on a navy blue background .

Ze droeg een gestippelde jurk met witte stippen op een marineblauwe achtergrond.

fustian [zelfstandig naamwoord]

a durable cotton fabric with a slight nap or pile on the surface, originally made in the Middle Ages in Europe

fustein

Kleding en Mode
Shirts	Jassen en Jacken	Capes en Een-delige Pakken	Broeken en shorts
Jurken	Rokken	Workwear	Babykleding
Zwemkleding en sportkleding	Ondergoed, Nachtkleding en Loungkleding	Hosiery	Footwear
Accessoires	Headgear	Tassen	Jewelry
Edelstenen	Onderdelen van kleding	Materialen en Patronen	Kledingstijlen
Kleding beschrijven	De Wereld van Mode	Kleding maken	Traditionele kleding
Historische kleding	Verzorging van kleding	Zelfstandige naamwoorden met betrekking tot kleding	Werkwoorden met betrekking tot kleding