pattern

Kleding en Mode - Kledingstijlen

Hier leer je de namen van verschillende kledingstijlen in het Engels, zoals "casual", "sharp" en "loud".

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
Words Related to Clothes and Fashion
hip
[bijvoeglijk naamwoord]

following the fashion of the day and aware of the latest trends

hip, trendy

hip, trendy

Ex: His hip sense of style made him stand out at the event.Zijn **hippe** gevoel voor stijl liet hem opvallen tijdens het evenement.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
trend
[zelfstandig naamwoord]

a fashion or style that is popular at a particular time

trend, mode

trend, mode

Ex: Trends in fashion change rapidly every year .De **trends** in de mode veranderen elk jaar snel.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
retro
[zelfstandig naamwoord]

fashion trends, music, decor, clothing, or styles from past decades, or inspired by them

retro, vintage

retro, vintage

Ex: She decorated her living room with retro from the 60s , creating a cozy , vintage space .Ze heeft haar woonkamer gedecoreerd met **retro** uit de jaren 60, waardoor een gezellige, vintage ruimte ontstond.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
informal
[bijvoeglijk naamwoord]

suitable for friendly, relaxed, casual, or unofficial occasions and situations

informeel, ontspannen

informeel, ontspannen

Ex: The staff had an informal celebration to mark the end of the project .Het personeel had een **informele** viering om het einde van het project te markeren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
trendy
[bijvoeglijk naamwoord]

influenced by the latest or popular styles

trendy, modieus

trendy, modieus

Ex: Trendy restaurants often feature innovative fusion cuisine .**Hippe** restaurants bieden vaak innovatieve fusionkeuken aan.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
normcore
[zelfstandig naamwoord]

a style of fashion marked by the deliberate choice of bland and casual clothes that do not draw attention

normcore, een modestijl die wordt gekenmerkt door de bewuste keuze voor saaie en casual kleding die geen aandacht trekt

normcore, een modestijl die wordt gekenmerkt door de bewuste keuze voor saaie en casual kleding die geen aandacht trekt

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
stylishness
[zelfstandig naamwoord]

the quality of being fashionable and having style

stijlvolheid, elegantie

stijlvolheid, elegantie

Ex: Her stylishness was n't about trends ; it was about confidence and timeless fashion .Haar **stijlvolheid** ging niet over trends; het ging om vertrouwen en tijdloze mode.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
bodycon
[bijvoeglijk naamwoord]

a style of clothing that is tight-fitting and conforms closely to the body, often emphasizing the contours of the figure

strak, lichaamsnabij

strak, lichaamsnabij

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
natty
[bijvoeglijk naamwoord]

neat, attractive and fashionable

netjes, stijlvol

netjes, stijlvol

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
unhip
[bijvoeglijk naamwoord]

not following the fashion of the day and unaware of the latest trends

ouderwets, niet trendy

ouderwets, niet trendy

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
unflattering
[bijvoeglijk naamwoord]

making less attractive or favorable

onflatteus, ongunstig

onflatteus, ongunstig

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
open-necked
[bijvoeglijk naamwoord]

(of a shirt) worn without a tie and not fastened at the neck

open kraag, zonder stropdas

open kraag, zonder stropdas

Ex: The fashion-forward designer showcased a collection of open-necked dresses that exuded effortless elegance .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
casual
[bijvoeglijk naamwoord]

(of clothing) comfortable and suitable for everyday use or informal events and occasions

casual,  informeel

casual, informeel

Ex: He likes to keep it casual when meeting friends , usually wearing a simple polo shirt and shorts .Hij houdt het graag **casual** wanneer hij vrienden ontmoet, meestal gekleed in een eenvoudig poloshirt en een korte broek.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
underdressed
[bijvoeglijk naamwoord]

wearing clothes that are too casual or inadequate for a particular occasion

ongepast gekleed, te casual gekleed

ongepast gekleed, te casual gekleed

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
becoming
[bijvoeglijk naamwoord]

(of clothes, colors, hairstyles etc.) enhancing the wearer's appearance and making them more attractive

flatteus,  voordelig

flatteus, voordelig

Ex: The elegant necklace was becoming and added a touch of grace to her outfit.De elegante ketting was **flatteus** en voegde een vleugje gratie toe aan haar outfit.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
sharp
[bijvoeglijk naamwoord]

(of a person's style or clothes) dressy and fashionable, often conveying a sense of sophistication and elegance.

scherp, stijlvol

scherp, stijlvol

Ex: The actor arrived at the premiere looking sharp and debonair in a classic tuxedo.De acteur arriveerde op de première, **stijlvol** en charmant in een klassiek smoking.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
comfortable
[bijvoeglijk naamwoord]

(of an object) making you feel relaxed because of it is warm or soft and does not hurt the body

comfortabel, gemakkelijk

comfortabel, gemakkelijk

Ex: He opted for a comfortable hoodie and sweatpants for the lazy Sunday afternoon .Hij koos voor een **comfortabele** hoodie en joggingbroek voor de luie zondagmiddag.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
uncomfortable
[bijvoeglijk naamwoord]

(of clothes, furniture, etc.) unpleasant to use or wear

ongemakkelijk

ongemakkelijk

Ex: She found the high heels uncomfortable to walk in , so she switched to flats .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
dressy
[bijvoeglijk naamwoord]

(of clothes) stylish and suitable for formal occasions

chique, formeel

chique, formeel

Ex: The dressy blouse paired perfectly with her tailored trousers for the business meeting .De **chique** blouse paste perfect bij haar maatkostuum voor de zakelijke bijeenkomst.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
elegant
[bijvoeglijk naamwoord]

having a refined and graceful appearance or style

elegant, verfijnd

elegant, verfijnd

Ex: The bride 's hairstyle was simple yet elegant, with cascading curls framing her face in soft waves .Het kapsel van de bruid was eenvoudig maar **elegant**, met cascaderende krullen die haar gezicht in zachte golven omlijstten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
fetching
[bijvoeglijk naamwoord]

attractive in a way that catches the eye

aantrekkelijk, betoverend

aantrekkelijk, betoverend

Ex: The painting was so fetching that it drew the attention of every visitor in the gallery.Het schilderij was zo **aantrekkelijk** dat het de aandacht trok van elke bezoeker in de galerij.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
fitted
[bijvoeglijk naamwoord]

(of clothes) made in a way that closely covers the body

aansluitend, getailleerd

aansluitend, getailleerd

Ex: The fitted jacket completed the ensemble , adding a touch of elegance to her outfit .Het **goed passende** jasje completeerde de outfit en voegde een vleugje elegantie toe aan haar kleding.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
flamboyant
[bijvoeglijk naamwoord]

exhibiting striking and showy characteristics, often characterized by extravagance or exuberance

flamboyant, opzichtig

flamboyant, opzichtig

Ex: The hotel lobby was adorned with flamboyant artwork and luxurious furnishings , creating an atmosphere of opulence and grandeur that impressed even the most discerning guests .De hotellobby was versierd met **opzichtige** kunstwerken en luxueuze meubels, wat een sfeer van weelde en grootsheid creëerde die zelfs de meest veeleisende gasten imponeerde.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
formal
[bijvoeglijk naamwoord]

suitable for fancy, important, serious, or official occasions and situations

formeel, officieel

formeel, officieel

Ex: The students had to follow a formal process to apply for a scholarship .De studenten moesten een **formeel** proces volgen om een beurs aan te vragen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
form-fitting
[bijvoeglijk naamwoord]

(of clothing) fitting the body tightly in a way that the contours of the figure are clearly seen

lichaamsnabij, strak zittend

lichaamsnabij, strak zittend

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
frumpy
[bijvoeglijk naamwoord]

unfashionable, outdated, and unattractive, often giving a sloppy appearance

ouderwets, slonzig

ouderwets, slonzig

Ex: The frumpy hat she wore did little to shield her from the sun .De **ouderwetse** hoed die ze droeg, beschermde haar nauwelijks tegen de zon.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
snappy
[bijvoeglijk naamwoord]

neat and stylish

netjes, stijlvol

netjes, stijlvol

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
sober
[bijvoeglijk naamwoord]

plain and not brightly colored

sober, ingetogen

sober, ingetogen

Ex: The company 's logo is designed in sober shades of blue and white .Het logo van het bedrijf is ontworpen in **sobere** tinten blauw en wit.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
sporty
[bijvoeglijk naamwoord]

(of clothes) stylish, attractive, and suitable for sports

sportief, atletisch

sportief, atletisch

Ex: He chose a sporty cap and sunglasses to complete his athleisure outfit .Hij koos een **sportieve** pet en zonnebril om zijn athleisure-outfit te voltooien.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
stylish
[bijvoeglijk naamwoord]

appealing in a way that is fashionable and elegant

stijlvol, elegant

stijlvol, elegant

Ex: The new restaurant in town has a stylish interior design , with chic decor and comfortable seating .Het nieuwe restaurant in de stad heeft een **stijlvol** interieurontwerp, met chique decoratie en comfortabele zitplaatsen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
stylishly
[bijwoord]

in a manner that reflects a sense of fashion, elegance, or sophistication

stijlvol, elegant

stijlvol, elegant

Ex: Even the dog was stylishly groomed for the photo shoot .Zelfs de hond was **stijlvol** verzorgd voor de fotoshoot.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
chic
[bijvoeglijk naamwoord]

having an appealing appearance that is stylish

elegant, chic

elegant, chic

Ex: She looked effortlessly chic in her black dress and matching heels .Ze zag er moeiteloos **chic** uit in haar zwarte jurk en bijpassende hakken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
gaudy
[bijvoeglijk naamwoord]

(used especially of clothes) showy in a way that is tasteless

opzichtig, smakeloos

opzichtig, smakeloos

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
glamorous
[bijvoeglijk naamwoord]

stylish, attractive, and often associated with luxury or sophistication

glamoureus, elegant

glamoureus, elegant

Ex: His glamorous sports car turned heads as he drove through the city streets .Zijn **glamoureuze** sportauto trok de aandacht toen hij door de straten van de stad reed.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
grungy
[bijvoeglijk naamwoord]

related to the fashion style associated with grunge rock music, consisting loose torn jeans and layers of clothing

grunge, slonzig

grunge, slonzig

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
sloppy
[bijvoeglijk naamwoord]

(of a piece of clothing) casual and loose, without much shape

slordig, wijd

slordig, wijd

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
smart
[bijvoeglijk naamwoord]

(of people or clothes) looking neat, tidy, and elegantly fashionable

stijlvol, netjes

stijlvol, netjes

Ex: The smart outfit she chose for the interview made a great first impression on her potential employer .Het **stijlvolle** outfit dat ze koos voor het sollicitatiegesprek maakte een geweldige eerste indruk op haar potentiële werkgever.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
smart casual
[bijvoeglijk naamwoord]

(of clothes) neat, conventional and rather informal

smart casual,  netjes informeel

smart casual, netjes informeel

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
smartly
[bijwoord]

in a neat, tidy, and stylish manner

netjes, stijlvol

netjes, stijlvol

Ex: The café was smartly decorated with modern art and elegant furniture .Het café was **slim** versierd met moderne kunst en elegant meubilair.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
overdressed
[bijvoeglijk naamwoord]

wearing clothes that are too formal or excessive for a particular occasion

overdressed, te formeel gekleed

overdressed, te formeel gekleed

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
garish
[bijvoeglijk naamwoord]

too bright and colorful in a way that is tasteless

schreeuwerig, opzichtig

schreeuwerig, opzichtig

Ex: The artist 's use of garish colors in the painting was intended to provoke a strong reaction .Het gebruik van **schreeuwerige** kleuren door de kunstenaar in het schilderij was bedoeld om een sterke reactie uit te lokken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
streetwear
[zelfstandig naamwoord]

informal clothing that the urban youth of a particular subculture typically wear

straatkleding, streetwear

straatkleding, streetwear

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
flattering
[bijvoeglijk naamwoord]

improving or emphasizing someone's good features, making them appear more attractive

vleierig, voordelig

vleierig, voordelig

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
loud
[bijvoeglijk naamwoord]

too bright in a distasteful way

schreeuwerig, opvallend

schreeuwerig, opvallend

Ex: She preferred loud shoes , often with glitter or flashy details , to complete her look .Ze had een voorkeur voor **opzichtige** schoenen, vaak met glitter of opzichtige details, om haar look te voltooien.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
baggy
[bijvoeglijk naamwoord]

(of clothes) loose and not fitting the body tightly

wijd,  baggy

wijd, baggy

Ex: Baggy pants were all the rage in the '90s hip-hop scene.**Wijde** broeken waren heel populair in de hip-hopscene van de jaren 90.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
styleless
[bijvoeglijk naamwoord]

lacking a particular style, fashion, or design

stijlloos, zonder stijl

stijlloos, zonder stijl

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Kleding en Mode
LanGeek
LanGeek app downloaden