A1 Woordenlijst - Tegengestelde bijvoeglijke naamwoorden
Hier leer je enkele eenvoudige Engelse bijvoeglijke naamwoorden en hun tegenstellingen, zoals "goed en slecht", "hoog en laag" en "klein en groot", voorbereid voor A1-leerlingen.
Herzien
Flashcards
Spelling
Quiz
having a value or level greater than usual or expected, often in terms of numbers or measurements

hoog, verhoogd
small or below average in degree, value, level, or amount

laag, laaggelegen
below average in physical size

klein, bloat
having very little weight and easy to move or pick up

licht, lichtgewicht
(of a thing) having been used or existing for a long period of time

oud, antiek
needing a lot of work or skill to do, understand, or deal with

moeilijk, ingewikkeld
not like another thing or person in form, quality, nature, etc.

verschillend, anders
letting people or things pass through

open, geopend
not letting things, people, etc. go in or out

gesloten, afgesloten
owning a very small amount of money or a very small number of things

arm, barmhartig
(of a person) feeling confident about something being correct or true

verzekerd, zeker
having doubts about or no confidence in someone or something

onzeker, twijfelend
