pattern

B2 Woordenlijst - Kleding en Mode

Hier leer je enkele Engelse woorden over kleding en mode, zoals "schort", "badge", "cardigan", enz., voorbereid voor B2-leerders.

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
CEFR B2 Vocabulary
apron
[zelfstandig naamwoord]

a piece of clothing that is tied around the waist which protects the front part of the body from stains, dirt, etc. when working

schort, voorschoot

schort, voorschoot

Ex: The chef’s white cotton apron featured embroidered pockets for holding utensils and recipe cards.De witte katoenen **schort** van de chef had geborduurde zakken voor het opbergen van gereedschap en receptkaarten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
badge
[zelfstandig naamwoord]

a small item made of metal or plastic with words or a logo on it that a person carries to show their membership in an organization

badge, lidmaatschapskaart

badge, lidmaatschapskaart

Ex: The museum curator displayed an antique police officer ’s brass badge from the 19th century in a glass case .De museumconservator toonde een **badge** van messing van een politieagent uit de 19e eeuw in een vitrine.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
bathrobe
[zelfstandig naamwoord]

a long piece of clothing, made from the same material that towels are made of, worn after or before taking a shower or bath

badjas, kamerjas

badjas, kamerjas

Ex: The old man shuffled down the hallway , clutching his faded blue bathrobe.De oude man schuifelde door de gang, zijn vervaagde blauwe **badjas** stevig vasthoudend.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
bikini
[zelfstandig naamwoord]

two-piece swimsuit worn by women, especially in warmer climates or during beach vacations

bikini, tweedelige badkleding

bikini, tweedelige badkleding

Ex: The fashion designer debuted her latest line of bikinis at the summer runway show.De modeontwerper debuteerde haar nieuwste lijn van **bikini's** op de zomercatwalk.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
cardigan
[zelfstandig naamwoord]

a type of jacket that is made of wool, usually has a knitted design, and its front could be closed with buttons or a zipper

cardigan, gebreide jas

cardigan, gebreide jas

Ex: The fashion-forward influencer paired her ripped jeans with a cropped cardigan.De modieuze influencer combineerde haar gescheurde spijkerbroek met een korte **cardigan**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
helmet
[zelfstandig naamwoord]

a hard hat worn by soldiers, bikers, etc. for protection

helm, veiligheidshelm

helm, veiligheidshelm

Ex: The astronaut secured her space helmet before stepping onto the launchpad.De astronaat maakte haar ruimte**helm** vast voordat ze het lanceerplatform betrad.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
mask
[zelfstandig naamwoord]

a covering for the face, typically made of cloth, paper, or plastic, worn to protect or hide the face

masker, gezichtsbedekking

masker, gezichtsbedekking

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
masquerade
[zelfstandig naamwoord]

a special outfit with a mask that people wear to a party in order not to be recognized by others

gemaskerd bal, maskerade

gemaskerd bal, maskerade

Ex: The mysterious stranger in the silver masquerade mask captured everyone ’s attention .De mysterieuze vreemdeling in het zilveren **gemaskerde** masker trok ieders aandacht.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
miniskirt
[zelfstandig naamwoord]

a skirt that is very short, often considered to be a symbol of youthfulness

minirok, zeer korte rok

minirok, zeer korte rok

Ex: As the temperatures rose , women across the city traded their jeans for breezy miniskirts.Toen de temperaturen stegen, ruilden vrouwen in de stad hun jeans voor luchtige **minirokjes**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
jersey
[zelfstandig naamwoord]

a woolen or cotton piece of clothing with long sleeves and no buttons, which covers the upper body

trui, jersey

trui, jersey

Ex: The vintage-inspired jersey had a classic crew neck and ribbed cuffs .De **trui** met vintage inspiratie had een klassieke ronde hals en geribde boorden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
sandal
[zelfstandig naamwoord]

an open shoe that fastens the sole to one's foot with straps, particularly worn when the weather is warm

sandaal, slipper

sandaal, slipper

Ex: The colorful beaded sandals were handmade by a local artisan .De kleurrijke kralen **sandal** zijn met de hand gemaakt door een lokale ambachtsman.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
vest
[zelfstandig naamwoord]

a sleeveless piece of clothing that is worn under a jacket and over a shirt

vest, gilet

vest, gilet

Ex: For a casual yet polished look , he paired his jeans with a tweed vest and a checkered shirt .Voor een casual maar verzorgde look combineerde hij zijn jeans met een **vest** van tweed en een geruit overhemd.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
fabric
[zelfstandig naamwoord]

cloth that is made by weaving cotton yarn, silk, etc., which is used in making clothes

stof, weefsel

stof, weefsel

Ex: He ran his hand over the fabric swatches , feeling the difference between the smooth satin and the rough burlap .Hij streelde met zijn hand over de **stof**monsters en voelde het verschil tussen het gladde satijn en de ruwe jute.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
denim
[zelfstandig naamwoord]

(plural) jeans or other clothing made of denim

denim, spijkerbroek

denim, spijkerbroek

Ex: She loves to accessorize her denim skirts with colorful belts and scarves for a unique look.Ze houdt ervan om haar **denim** rokken te accessoiriseren met kleurrijke riemen en sjaals voor een unieke look.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
lace
[zelfstandig naamwoord]

a delicate cotton or silky cloth made by weaving or knitting threads in an open web-like pattern

kant, kloswerk

kant, kloswerk

Ex: For the special occasion , she chose a lace tablecloth that complemented the fine china perfectly .Voor de speciale gelegenheid koos ze een **kanten** tafelkleed dat perfect bij het fijne porselein paste.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
lining
[zelfstandig naamwoord]

a piece of fabric that is used to cover the inside surface of something, such as clothes

voering

voering

Ex: The wedding gown had a delicate lace lining that added elegance to the design.De trouwjurk had een delicate kant- **voering** die elegantie toevoegde aan het ontwerp.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
silk
[zelfstandig naamwoord]

a type of smooth soft fabric made from the threads that silkworms produce

zijde

zijde

Ex: They decided to use silk curtains for the living room to give it a more refined look .Ze besloten **zijden** gordijnen te gebruiken voor de woonkamer om het een meer verfijnde uitstraling te geven.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
hood
[zelfstandig naamwoord]

a part of a sweatshirt or coat that covers the head but leaves the face open

capuchon, hoed

capuchon, hoed

Ex: She wore a hoodie with the hood up , making her almost unrecognizable in the crowd .Ze droeg een hoodie met de **capuchon** omhoog, waardoor ze in de menigte bijna onherkenbaar was.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
zipper
[zelfstandig naamwoord]

an object with two plastic toothed strips used for fastening the open edges of a piece of clothing, bag, etc.

rits, zip

rits, zip

Ex: She added a new zipper to her sewing kit , just in case she needed to replace one on her clothes .Ze voegde een nieuwe **rits** toe aan haar naaikit, voor het geval ze er een op haar kleren moest vervangen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
collection
[zelfstandig naamwoord]

a series of new clothes designed by a fashion house for sale

collectie

collectie

Ex: The celebrity collaborated with the brand to create a limited edition collection that sold out in hours .De beroemdheid werkte samen met het merk om een limited edition **collectie** te creëren die binnen enkele uren uitverkocht was.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
costume
[zelfstandig naamwoord]

the popular fashion including hairstyle, clothes, etc. particular to a country or class

kostuum, traditionele kleding

kostuum, traditionele kleding

Ex: The festival celebrated the local costume, encouraging attendees to dress in traditional attire .Het festival vierde de lokale **klederdracht** en moedigde deelnemers aan om traditionele kleding te dragen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
designer
[zelfstandig naamwoord]

a person who designs clothes as a job

ontwerper, modeontwerper

ontwerper, modeontwerper

Ex: The designer carefully chose the colors for the new dress .De **ontwerper** koos zorgvuldig de kleuren voor de nieuwe jurk.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
modeling
[zelfstandig naamwoord]

the profession of wearing clothes or accessories to present them to a group of people

modellenwerk,  modelleren

modellenwerk, modelleren

Ex: He attended a modeling audition , hoping to be selected for an upcoming campaign .Hij woonde een **modellen** auditie bij, in de hoop geselecteerd te worden voor een aanstaande campagne.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
outfit
[zelfstandig naamwoord]

a set of clothes that one wears together, especially for an event or occasion

outfit, ensemble

outfit, ensemble

Ex: He received many compliments on his outfit at the wedding , which he had chosen with great care .Hij kreeg veel complimenten over zijn **outfit** op de bruiloft, die hij met veel zorg had uitgekozen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
wardrobe
[zelfstandig naamwoord]

all of the clothes that someone owns

garderobe, kledingkast

garderobe, kledingkast

Ex: She loves updating her wardrobe each season to keep up with the latest fashion trends .Ze houdt ervan om haar **garderobe** elk seizoen bij te werken om bij te blijven met de nieuwste modetrends.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to dress up
[werkwoord]

to wear formal clothes for a special occasion or event

zich netjes kleden, zich opdirken

zich netjes kleden, zich opdirken

Ex: Attending the wedding , guests were expected to dress up in semi-formal attire .Bij het bijwonen van de bruiloft werd van de gasten verwacht dat ze zich in semi-formele kleding **kleedden**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to match
[werkwoord]

to have the same pattern, color, etc. with something else that makes a good combination

passen,  matchen

passen, matchen

Ex: She painted the walls a soft blue to match the furniture and decor in the bedroom .Ze schilderde de muren in een zacht blauw om bij het meubilair en de decoratie in de slaapkamer te **passen**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
casual
[bijvoeglijk naamwoord]

(of clothing) comfortable and suitable for everyday use or informal events and occasions

casual,  informeel

casual, informeel

Ex: He likes to keep it casual when meeting friends , usually wearing a simple polo shirt and shorts .Hij houdt het graag **casual** wanneer hij vrienden ontmoet, meestal gekleed in een eenvoudig poloshirt en een korte broek.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
glamorous
[bijvoeglijk naamwoord]

stylish, attractive, and often associated with luxury or sophistication

glamoureus, elegant

glamoureus, elegant

Ex: His glamorous sports car turned heads as he drove through the city streets .Zijn **glamoureuze** sportauto trok de aandacht toen hij door de straten van de stad reed.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
matching
[bijvoeglijk naamwoord]

(of clothes) having similar patterns, color, etc.

passend

passend

Ex: They decided to wear matching pajamas for their family Christmas photo.Ze besloten **bijpassende** pyjama's te dragen voor hun familiefoto met Kerstmis.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
plain
[bijvoeglijk naamwoord]

simple in design, without a specific pattern

eenvoudig, sober

eenvoudig, sober

Ex: Her phone case was plain black, offering basic protection without any decorative elements.Haar telefoonhoesje was **effen** zwart en bood basisbescherming zonder decoratieve elementen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
sporty
[bijvoeglijk naamwoord]

(of clothes) stylish, attractive, and suitable for sports

sportief, atletisch

sportief, atletisch

Ex: He chose a sporty cap and sunglasses to complete his athleisure outfit .Hij koos een **sportieve** pet en zonnebril om zijn athleisure-outfit te voltooien.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
striped
[bijvoeglijk naamwoord]

having a pattern of straight parallel lines

gestreept, met strepen

gestreept, met strepen

Ex: The cat's fur was striped with dark and light patches, resembling a tiger's coat.De vacht van de kat was **gestreept** met donkere en lichte vlekken, wat leek op de vacht van een tijger.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
stylish
[bijvoeglijk naamwoord]

appealing in a way that is fashionable and elegant

stijlvol, elegant

stijlvol, elegant

Ex: The new restaurant in town has a stylish interior design , with chic decor and comfortable seating .Het nieuwe restaurant in de stad heeft een **stijlvol** interieurontwerp, met chique decoratie en comfortabele zitplaatsen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
undressed
[bijvoeglijk naamwoord]

not having any clothes on

uitgekleed, naakt

uitgekleed, naakt

Ex: The undressed statue in the museum drew both admiration and curiosity from the visitors .Het **naakte** standbeeld in het museum trok zowel bewondering als nieuwsgierigheid van de bezoekers.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
wooly
[bijvoeglijk naamwoord]

covered in or made of wool

wollen, van wol

wollen, van wol

Ex: He knitted a pair of wooly mittens for his niece to wear on cold days .Hij breide een paar **wollen** wanten voor zijn nichtje om te dragen op koude dagen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
B2 Woordenlijst
LanGeek
LanGeek app downloaden