pattern

SAT Woordvaardigheden 2 - Les 36

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
SAT Word Skills 2
hypnosis
[zelfstandig naamwoord]

a state of heightened focus and concentration in which a person becomes more responsive to suggestions

hypnose, hypnotische toestand

hypnose, hypnotische toestand

Ex: She underwent several sessions of regression hypnosis in an attempt to remember repressed memories from her childhood trauma .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
hypnotic
[bijvoeglijk naamwoord]

causing a feeling of suspended awareness or focused concentration

hypnotisch, fascinerend

hypnotisch, fascinerend

Ex: The hypnotist began their stage performance by using a hypnotic pendulum to help induce a trance state in the volunteers .De hypnotiseur begon hun podiumoptreden door een **hypnotische** slinger te gebruiken om een trancestaat bij de vrijwilligers te helpen opwekken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to hypnotize
[werkwoord]

to induce a temporary altered state of receptive focus through which a subject will respond to suggestions

hypnotiseren, in slaap sussen

hypnotiseren, in slaap sussen

Ex: Some hypnotherapists argue they can hypnotize people to quit bad habits almost effortlessly through guided visualization during hypnosis .Sommige hypnotherapeuten beweren dat ze mensen kunnen **hypnotiseren** om bijna moeiteloos slechte gewoonten af te leren door middel van geleide visualisatie tijdens hypnose.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to convey
[werkwoord]

to pass on information from one party to another

overbrengen, communiceren

overbrengen, communiceren

Ex: The CEO conveyed the importance of teamwork and collaboration during the company-wide town hall .De CEO **bracht** het belang van teamwork en samenwerking over tijdens de bedrijfsbrede townhall.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
conveyance
[zelfstandig naamwoord]

the legal act of transferring title or rights of property from one party to another through a document

overdracht, cessie

overdracht, cessie

Ex: Through the family trust , an orderly conveyance of generational assets would occur after death .Via het familievertrouwen zou een ordelijke **overdracht** van generatie-activa plaatsvinden na het overlijden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
fervor
[zelfstandig naamwoord]

a feverish or intense level of excitement, energy, and commitment toward an idea, cause, or belief

ijver, vuur

ijver, vuur

Ex: Activists campaigned on the issue with fervor, driven by fervent commitment to change .Activisten voerden met **vuur** campagne over het onderwerp, gedreven door een vurige inzet voor verandering.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
fervid
[bijvoeglijk naamwoord]

characterized by passionate intensity, burning dedication, and deeply felt enthusiasm

vurig, hartstochtelijk

vurig, hartstochtelijk

Ex: Protesters made fervid calls for social justice reform, voicing their demands with fiery and unbridled intensity.Demonstranten deden **vurige** oproepen voor hervorming van sociale rechtvaardigheid, waarbij ze hun eisen uitten met vurige en ongeremde intensiteit.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
fervent
[bijvoeglijk naamwoord]

implying strong, deep feelings of commitment, belief, or support about someone or something

vurig, gepassioneerd

vurig, gepassioneerd

Ex: He held fervent political views and was vocal in spreading his message .Hij had **vurige** politieke opvattingen en was luidruchtig in het verspreiden van zijn boodschap.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
sibilant
[bijvoeglijk naamwoord]

(of a speech sound) having a hissing or hushing effect, as in "s," "sh," or "z"

sissend, sibilant

sissend, sibilant

Ex: The sibilant sound of the breeze through the leaves was calming .Het **sissende** geluid van de wind door de bladeren was kalmerend.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to sibilate
[werkwoord]

to hiss in a way meant to convey disapproval, dissent, or a negative reaction

fluiten, sissen

fluiten, sissen

Ex: When their rival scored the winning goal , supporters of the home team could be heard sibilating in stadiums around the nation .Toen hun rivaal de winnende goal scoorde, konden supporters van de thuisploeg **fluiten** worden gehoord in stadions door het hele land.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to nurture
[werkwoord]

to help something develop, grow, evolve, etc.

voeden, ontwikkelen

voeden, ontwikkelen

Ex: By college , she had nurtured a strong work ethic .Tegen de tijd dat ze naar de universiteit ging, had ze een sterke arbeidsethos **ontwikkeld**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
nutriment
[zelfstandig naamwoord]

any substance that provides nourishment to living organisms

voedingsstof, voedingsmiddel

voedingsstof, voedingsmiddel

Ex: Scientists are studying microalgal biotechnology for production of nutriments, proteins and fuels .Wetenschappers bestuderen microalgenbiotechnologie voor de productie van **voedingsstoffen**, eiwitten en brandstoffen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
nutritive
[bijvoeglijk naamwoord]

containing or able to deliver substances essential for growth, maintenance, and repair of cells and tissues

voedzaam, voedingsrijk

voedzaam, voedingsrijk

Ex: Farmers aim to maintain fertile soil rich in nutritive elements to optimize agricultural yields .Boeren streven ernaar om vruchtbare grond te behouden die rijk is aan **voedzame** elementen om de landbouwopbrengsten te optimaliseren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
dissidence
[zelfstandig naamwoord]

the action or process of disagreeing or disobeying established authority or doctrine

dissidentie, tegenspraak

dissidentie, tegenspraak

Ex: Their dissidence took the form of counter-cultural art and music that delivered anti-establishment messages .Hun **dissidentie** nam de vorm aan van tegenculturele kunst en muziek die anti-establishment boodschappen overbracht.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
dissident
[zelfstandig naamwoord]

someone who declares opposition to the government of one's country, knowing there is punishment for doing so

dissident, tegenstander

dissident, tegenstander

Ex: He was known as a prominent dissident who advocated for democratic reforms .Hij stond bekend als een prominente **dissident** die pleitte voor democratische hervormingen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
lateral
[bijvoeglijk naamwoord]

situated toward the outer sides of the body

lateraal, buitenste

lateraal, buitenste

Ex: The lateral fins of the fish assist in maintaining balance and direction while swimming .De **zijdelingse** vinnen van de vis helpen bij het handhaven van evenwicht en richting tijdens het zwemmen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
latish
[bijvoeglijk naamwoord]

later than anticipated or scheduled, but not significantly delayed

laat, een beetje te laat

laat, een beetje te laat

Ex: Dinner was scheduled for 7 pm , so 7:05pm when we sat down could be considered latish.Het diner was gepland om 19.00 uur, dus 19.05 uur toen we gingen zitten zou als **een beetje laat** kunnen worden beschouwd.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
lattice
[zelfstandig naamwoord]

a structure made of strips of wood, metal, or other rigid material arranged in a criss-crossed, grid-like pattern

rooster, traliewerk

rooster, traliewerk

Ex: The botanical garden contained displays of flowering vines trained to grow through colorful lattices.De botanische tuin bevatte displays van bloeiende ranken die waren getraind om door kleurrijke **lattices** te groeien.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
SAT Woordvaardigheden 2
LanGeek
LanGeek app downloaden