pattern

SAT Woordvaardigheden 3 - Les 38

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
SAT Word Skills 3
inwardly
[bijwoord]

used to refer to thoughts or feelings kept private within the mind

innerlijk, in zichzelf

innerlijk, in zichzelf

Ex: She listened to the criticism quietly , though inwardly she was seething .Ze luisterde rustig naar de kritiek, hoewel ze **innerlijk** kookte.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to intrude
[werkwoord]

to go somewhere or get involved in something without invitation

binnendringen, zich bemoeien met

binnendringen, zich bemoeien met

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to intromit
[werkwoord]

to give permission for entry

toestemming geven voor toegang, toegang verlenen

toestemming geven voor toegang, toegang verlenen

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to instill
[werkwoord]

to gradually establish an idea, feeling, etc. in someone's mind

inprenten, bijbrengen

inprenten, bijbrengen

Ex: Cultural institutions aim to instill a sense of heritage and tradition in the community through events and educational programs .Culturele instellingen streven ernaar een gevoel van erfgoed en traditie in de gemeenschap te **verankeren** door middel van evenementen en educatieve programma's.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to inoculate
[werkwoord]

to boost the immunity system of a person or animal against a disease by vaccination

immuniseren, vaccineren

immuniseren, vaccineren

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
upcast
[zelfstandig naamwoord]

a passage through which air exits a mine

luchtuitlaatkanaal, ventilatieschacht

luchtuitlaatkanaal, ventilatieschacht

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
upright
[bijvoeglijk naamwoord]

(of a person) standing or sitting with a straight back

rechtop, verticaal

rechtop, verticaal

Ex: His upright silhouette cut against the sunset .Zijn **rechte** silhouet tekende zich af tegen de zonsondergang.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to uproot
[werkwoord]

to forcefully move someone from their home or homeland to another place

ontwortelen, verdrijven

ontwortelen, verdrijven

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
upshot
[zelfstandig naamwoord]

the final outcome of a series of actions, events, or discussions

het eindresultaat, de uitkomst

het eindresultaat, de uitkomst

Ex: The upshot of the debate was a new policy being implemented .Het **resultaat** van het debat was de implementatie van een nieuw beleid.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
upstart
[bijvoeglijk naamwoord]

relatively new or inexperienced in a position, often displaying ambition or a desire for rapid advancement

parvenu, nieuwkomer

parvenu, nieuwkomer

Ex: The upstart entrepreneur took bold steps to revolutionize the market .De **beginnende** ondernemer nam gedurfde stappen om de markt te revolutioneren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
turbid
[bijvoeglijk naamwoord]

(of liquids) lacking in clarity for being mixed by other things such as sand or soil

troebel, modderig

troebel, modderig

Ex: Turbid liquids can often harbor microorganisms that are not visible to the naked eye .**Troebele** vloeistoffen kunnen vaak micro-organismen herbergen die niet met het blote oog zichtbaar zijn.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
turmoil
[zelfstandig naamwoord]

a state of extreme disturbance that causes a lot of worry and uncertainty

onrust, verwarring

onrust, verwarring

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
turpitude
[zelfstandig naamwoord]

a disposition or behavior that is extremely immoral or wicked

verdorvenheid, laagheid

verdorvenheid, laagheid

Ex: The leader ’s turpitude led to his downfall and loss of public trust .De **schandelijkheid** van de leider leidde tot zijn ondergang en het verlies van het publieke vertrouwen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
transatlantic
[bijvoeglijk naamwoord]

spanning to both sides of the Atlantic Ocean, typically between Europe and North America

transatlantisch, over de Atlantische Oceaan

transatlantisch, over de Atlantische Oceaan

Ex: The novel explores themes of identity and belonging through the lens of a transatlantic journey .De roman onderzoekt thema's van identiteit en verbondenheid door de lens van een **transatlantische** reis.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
transcontinental
[bijvoeglijk naamwoord]

extending across a continent

transcontinentaal, transcontinentale

transcontinentaal, transcontinentale

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to supplant
[werkwoord]

to replace something, especially by force or through competition

vervangen, verdringen

vervangen, verdringen

Ex: The younger generation 's ideas can sometimes supplant the traditional norms in societal evolution .De ideeën van de jongere generatie kunnen soms de traditionele normen in de sociale evolutie **vervangen**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
supplementary
[bijvoeglijk naamwoord]

provided to improve or enhance something that already exists

aanvullend, supplementair

aanvullend, supplementair

Ex: The film ’s DVD release featured supplementary content like behind-the-scenes footage and director ’s commentary .De dvd-release van de film bevatte **aanvullende** inhoud zoals achter-de-schermen-beelden en commentaar van de regisseur.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
SAT Woordvaardigheden 3
LanGeek
LanGeek app downloaden