television
[zelfstandig naamwoord]
the electronic medium of transmitting audiovisual content to viewers
televisie
Media en Communicatie - Uitzending
Hier leer je enkele Engelse woorden die verband houden met uitzenden, zoals "interferentie", "signaal" en "transmissie".
Herzien
Flashcards
Spelling
Quiz
radio
[zelfstandig naamwoord]
the transmission and reception of audio content through electromagnetic waves, providing a platform for delivering news, music, and other forms of entertainment to listeners
radio
frequency
[zelfstandig naamwoord]
the specific number of waves that pass a point every second
frequentie
Ex:
In
physics
,
frequency
is
measured
in
hertz
,
which
represents
the
number
of
waves
passing
a
point
per
second
.
In de natuurkunde wordt de frequentie gemeten in hertz, wat het aantal golven vertegenwoordigt dat per seconde een punt passeert.
airwaves
[zelfstandig naamwoord]
radio waves used as a medium for broadcasting television and radio programs
golven
Ex:
The
local
radio station
broadcasts
its
programs
over
the
airwaves
.
Het lokale radiostation zendt zijn programma's uit via de ether.
gigahertz
[zelfstandig naamwoord]
a unit that is used to measure the frequency of a radio wave, or speed of a computer, which is equal to 1 billion Hertz
gigahertz
Ex:
Modern
Wi-Fi routers
often
operate
at
frequencies
of
2.4
gigahertz
and
5
gigahertz
.
Moderne Wi-Fi-routers werken vaak op frequenties van 2,4 gigahertz en 5 gigahertz.
interference
[zelfstandig naamwoord]
disturbance caused by signals from a different source which lead to unwanted noise in a radio signal that is being received
interferentie
long wave
[zelfstandig naamwoord]
a radio wave with a frequency under 300 kHz and a wavelength of more than 1 kilometer that is used for broadcasting
lange golf
Ex:
The
radio station
broadcasts
on
a
long wave
frequency
,
allowing
it
to
be
heard
over
vast
distances
.
Het radiostation zendt uit op een lange golf frequentie, waardoor het over grote afstanden te horen is.
medium wave
[zelfstandig naamwoord]
a radio wave that has a frequency between 300 kHz and 3 MHz and a wavelength between 100 to 1000 meters, which is used for broadcasting
middenlange golf
Ex:
The
medium wave
signal
from
the
local
radio station
can
be
heard
clearly
across
the
city
.
Het middengolf-signaal van het lokale radiostation kan duidelijk worden gehoord in de hele stad.
short wave
[zelfstandig naamwoord]
a radio wave that has a frequency between 3 and 30 MHz, and a wavelength between 10 to 100 meters, used for broadcasting
korte golf
Ex:
Short wave
signals
can
travel
thousands
of
miles
by
bouncing off
the
Earth
's
atmosphere
.
Kortegolf-signalen kunnen duizenden kilometers afleggen door te weerkaatsen op de atmosfeer van de aarde.
megahertz
[zelfstandig naamwoord]
a unit that is used to measure the frequency of a radio wave which is equal to 1 million Hertz
megahertz
Ex:
The
radio station
broadcasts
on
a
frequency
of
101.5
megahertz
.
Het radiostation zendt uit op een frequentie van 101,5 megahertz.
signal
[zelfstandig naamwoord]
a series of electrical or radio waves carrying data to a radio, television station, or mobile phone
signaal
Ex:
The
satellite
transmits
a
signal
to
the
television station
,
allowing
live
broadcasts
to
be
aired
.
De satelliet zendt een signaal naar het televisiestation, waardoor live-uitzendingen kunnen worden uitgezonden.
time signal
[zelfstandig naamwoord]
a recognizable signal that the radio broadcasts at a precise time to indicate the accurate time of day
tijdsignaal
Ex:
The
radio station
broadcasts
a
time signal
every
hour
to
help
people
keep
their
clocks
accurate
.
Het radiostation zendt elk uur een tijdsignaal uit om mensen te helpen hun klokken accuraat te houden.
tower
[zelfstandig naamwoord]
a tall structure, usually made of metal, used to transmit television or radio signals
toren
transmission
[zelfstandig naamwoord]
the activity of transmitting a signal, a message or a program that is being broadcast on radio or television
overdracht
UHF
[zelfstandig naamwoord]
a range of radio waves with a frequency between 300 MHz and 3000 MHz, especially used in broadcasting television and radio programs that are of high-quality
UHF
Ex:
The
new
digital
TV
antenna
picks up
both
VHF
and
UHF
signals
,
improving
channel
reception
.
De nieuwe digitale TV-antenne pikt zowel VHF- als UHF-signalen op, wat het kanaalontvangst verbetert.
vhf
[zelfstandig naamwoord]
radio waves in the range of 30 to 300 MHz that are used in broadcasting TV signals
VHF
Ex:
The
pilot
used
the
VHF
radio
to
communicate
with
air
traffic
control
during
the
flight.
De piloot gebruikte de VHF-radio om tijdens de vlucht te communiceren met de luchtverkeersleiding.
waveband
[zelfstandig naamwoord]
a series of radio waves with similar lengths used for specific types of radio broadcasting
golflengteband
Ex:
You
can
switch
between
different
wavebands
on
your
radio
to
tune into
various
stations
.
U kunt schakelen tussen verschillende golflengtebanden op uw radio om af te stemmen op verschillende stations.
wavelength
[zelfstandig naamwoord]
the distance between a point on a wave of energy and a similar point on the next wave
golflengte
Ex:
In
physics
,
wavelength
is
the
distance
between
two
consecutive
peaks
(
or
troughs
)
of
a
wave
.
In de natuurkunde is de golflengte de afstand tussen twee opeenvolgende pieken (of dalen) van een golf.
white noise
[zelfstandig naamwoord]
a noise that holds numerous sound frequencies with the same strengths
witte ruis
Ex:
The
white noise
from
the
fan
helped
me
fall
asleep
faster
.
Het witte ruis van de ventilator hielp me sneller in slaap te vallen.
broadcast
[zelfstandig naamwoord]
the distribution of audio or video content to a wide audience, typically through radio or television, using a network or airwaves
uitzending
dead air
[zelfstandig naamwoord]
the absence of any sound or broadcast signal on a radio or television channel, resulting in a period of silence or static noise
dode lucht
Ex:
During
the
live
radio
show
,
there
was
an
awkward
moment
of
dead air
when
the
host
forgot
their
lines
.
Tijdens de live-radioshow was er een ongemakkelijk moment van dode lucht toen de presentator zijn teksten vergat.
reception
[zelfstandig naamwoord]
the quality or the act of receiving radio, television or cellphone signals
ontvangst
Ex:
The
reception
in this
area
is
poor
,
so
I
ca
n’t
get
a
good
signal
.
De ontvangst in dit gebied is slecht, dus ik kan geen goed signaal krijgen.
feed
[zelfstandig naamwoord]
a program sent out by a satellite or from the main network to radio and television stations for broadcasting
feed
narrowcast
[zelfstandig naamwoord]
the transmission or dissemination of content to a specific and targeted audience or niche market, as opposed to broadcasting to a broad and general audience
gerichte uitzending
talkback
[zelfstandig naamwoord]
a system by which people working in a radio station can communicate with one another without being heard by the audience
terugkoppeling
Ex:
During
the
live
show
,
the
technicians
communicated
through
talkback
to
adjust
the
sound
levels
.
Tijdens de liveshow communiceerden de technici via de intercom om de geluidsniveaus aan te passen.
static
[zelfstandig naamwoord]
interfering noises on telecommunication systems, such as radio, caused by electrical disturbances in the air
interferentie
public access
[zelfstandig naamwoord]
a right given to people to broadcast their own programs on television or radio channels
publieke toegang
Ex:
The
local
cable
station
offers
public access
for
anyone
who
wants
to
create
their
own
show
.
Het lokale kabelstation biedt publieke toegang voor iedereen die zijn eigen show wil maken.
syndication
[zelfstandig naamwoord]
the licensing or distribution of television or radio programs to multiple broadcasters or stations for airing, allowing content to reach a broader audience beyond its original network or production company
syndicatie
network
[zelfstandig naamwoord]
a group of TV or radio stations broadcasting the same program at the same time in different places
netwerk
Ex:
The
popular
show
was
aired
on
a
national
network
,
reaching
millions
of
viewers
.
frequency modulation
[zelfstandig naamwoord]
one of the main methods of radio broadcasting with a high sound quality
frequentiemodulatie
Ex:
Frequency modulation
is
commonly
used
in
FM
radio
broadcasting
to
transmit
high-fidelity
sound
over
long distances
.
Frequentiemodulatie wordt veel gebruikt in FM-radio-uitzendingen om hoogwaardig geluid over lange afstanden te verzenden.
amplitude modulation
[zelfstandig naamwoord]
one of the main methods of radio broadcasting with a lower sound quality than FM
amplitudemodulatie
Ex:
The
AM
signal
fades
out
when
driving
through
areas
with
poor
reception.
Het amplitudemodulatie-signaal vervaagt bij het rijden door gebieden met slechte ontvangst.
cord-cutting
[zelfstandig naamwoord]
the trend of canceling traditional cable or satellite TV subscriptions in favor of streaming services or other digital media options
het snoer doorsnijden
Ex:
Many
consumers
are
opting
for
cord-cutting
,
canceling
their
traditional
cable
TV
subscriptions
in favor of
streaming services
.
Veel consumenten kiezen voor cord-cutting, zeggen hun traditionele kabel-tv-abonnementen op ten gunste van streamingdiensten.