pattern

Onderwijs - Personeel en Medewerkers

Hier leer je enkele Engelse woorden die verband houden met personeel en personeel, zoals "leraar", "hoogleraar" en "toezichthouder".

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
Words Related to Education
teacher
[zelfstandig naamwoord]

someone who teaches things to people, particularly in a school

leraar, docent

leraar, docent

Ex: To enhance our learning experience , our teacher organized a field trip to the museum .Om onze leerervaring te verbeteren, organiseerde onze **leraar** een excursie naar het museum.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
instructor
[zelfstandig naamwoord]

a person who teaches a practical skill or sport to someone

instructeur, trainer

instructeur, trainer

Ex: The cooking instructor explained the recipe clearly .De **instructeur** koken legde het recept duidelijk uit.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
educator
[zelfstandig naamwoord]

someone whose job is to teach people

opvoeder, leraar

opvoeder, leraar

Ex: The museum offers educational programs led by trained educators to engage visitors of all ages .Het museum biedt educatieve programma's aan die worden geleid door opgeleide **onderwijzers** om bezoekers van alle leeftijden te betrekken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
tutor
[zelfstandig naamwoord]

a teacher who gives lessons privately to one student or a small group

tutor, privéleraar

tutor, privéleraar

Ex: The tutor tailored the lessons to the student 's learning style and pace .De **tutor** paste de lessen aan aan de leerstijl en het tempo van de student.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
preceptor
[zelfstandig naamwoord]

a teacher or instructor, especially one who provides guidance, supervision, and mentorship to students or trainees in a specialized field

leermeester, mentor

leermeester, mentor

Ex: The preceptor guided the medical students through their clinical rotations .De **begeleider** leidde de medische studenten door hun klinische rotaties.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
coach
[zelfstandig naamwoord]

a person who provides personalized guidance or training in a specific area

coach, trainer

coach, trainer

Ex: The executive hired an executive coach to enhance leadership skills and career development .De directeur huurde een **coach** in om leiderschapsvaardigheden en carrièreontwikkeling te verbeteren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
teacher trainer
[zelfstandig naamwoord]

an educator who provides training and professional development to other teachers to improve their skills and practices

docententrainer, lerarenopleider

docententrainer, lerarenopleider

Ex: In the teacher training program , aspiring educators learned from seasoned teacher trainers about best practices in pedagogy and student engagement .In het lerarenopleidingsprogramma leerden aankomende docenten van ervaren **lerarentrainers** over de beste praktijken in pedagogiek en studentenbetrokkenheid.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
reader
[zelfstandig naamwoord]

an academic with a position ranking below professor, often responsible for teaching and research

lezer, docent

lezer, docent

Ex: The reader's published works in environmental science earned recognition in academic circles .De gepubliceerde werken van de **lezer** in de milieuwetenschappen kregen erkenning in academische kringen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
professor
[zelfstandig naamwoord]

an experienced teacher at a university or college who specializes in a particular subject and often conducts research

hoogleraar, universitair docent

hoogleraar, universitair docent

Ex: The students waited for the professor to start the lecture .De studenten wachtten tot de **professor** de les begon.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
full professor
[zelfstandig naamwoord]

a professor who has the highest rank in a university

hoogleraar, professor

hoogleraar, professor

Ex: She received tenure and was promoted to full professor in recognition of her scholarly achievements .Ze kreeg een vaste aanstelling en werd bevorderd tot **hoogleraar** als erkenning voor haar wetenschappelijke prestaties.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
lecturer
[zelfstandig naamwoord]

someone who gives a lecture or speech, particularly at universities

spreker, universitair docent

spreker, universitair docent

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
lector
[zelfstandig naamwoord]

a university lecturer, typically in European universities, with responsibilities ranging from teaching to research

lector, universitair docent

lector, universitair docent

Ex: The university appointed a new lector in physics to lead the department 's undergraduate courses .De universiteit heeft een nieuwe **lector** in de natuurkunde aangesteld om de bacheloropleidingen van de afdeling te leiden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
academic
[zelfstandig naamwoord]

a member of the university faculty engaged in teaching or research

academicus, universitair docent

academicus, universitair docent

Ex: The academic's lecture on postcolonial literature drew a large audience of students and scholars .De lezing van de **academicus** over postkoloniale literatuur trok een groot publiek van studenten en geleerden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
proctor
[zelfstandig naamwoord]

an official, typically in an academic setting, responsible for supervising exams, maintaining order, and enforcing rules

toezichthouder, examensupervisor

toezichthouder, examensupervisor

Ex: The proctor dismissed any student found violating the exam rules .De **toezichthouder** heeft elke student die de examenregels overtrad, weggestuurd.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
invigilator
[zelfstandig naamwoord]

an official who supervises exams to ensure they are conducted fairly

toezichthouder, examensupervisor

toezichthouder, examensupervisor

Ex: The university appointed experienced invigilators to oversee the high-stakes entrance exams .De universiteit stelde ervaren **toezichthouders** aan om toezicht te houden op de hoogwaardige toelatingsexamens.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
grader
[zelfstandig naamwoord]

a person responsible for evaluating and assigning grades to students' work, assessments, or exams

beoordelaar, nakijker

beoordelaar, nakijker

Ex: Graders play an essential role in maintaining academic standards by ensuring consistency in evaluation criteria.**Beoordelaars** spelen een essentiële rol bij het handhaven van academische normen door consistentie in beoordelingscriteria te waarborgen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
paraprofessional
[zelfstandig naamwoord]

a trained assistant who supports professionals, often in educational or healthcare settings

paraprofessioneel, opgeleide assistent

paraprofessioneel, opgeleide assistent

Ex: Paraprofessionals play a crucial role in facilitating the work of professionals in various fields .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
crossing guard
[zelfstandig naamwoord]

a person who assists pedestrians, especially children, in safely crossing roads or intersections

oversteekhulp, schoolopzichter

oversteekhulp, schoolopzichter

Ex: Parents appreciated the presence of the crossing guard, knowing their children were in good hands when crossing the road .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
guidance counselor
[zelfstandig naamwoord]

someone who is responsible for advising students about educational and personal decisions

studieadviseur, leerlingbegeleider

studieadviseur, leerlingbegeleider

Ex: The guidance counselor arranged a workshop on time management for the senior class .De **studieadviseur** organiseerde een workshop over tijdmanagement voor het examenjaar.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
deputy
[zelfstandig naamwoord]

an individual appointed to assist and act on behalf of a higher-ranking official or leader when they are absent

plaatsvervanger, adjunct

plaatsvervanger, adjunct

Ex: He was appointed as the deputy headmaster , assuming leadership duties when the headmaster was on medical leave .Hij werd benoemd tot **plaatsvervangend** schoolhoofd en nam leidinggevende taken op zich wanneer de schoolhoofd met medisch verlof was.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
chair
[zelfstandig naamwoord]

the position that a university professor has

leerstoel, hoogleraarspositie

leerstoel, hoogleraarspositie

Ex: She was elected to the chair of the History Department after demonstrating exceptional leadership skills .Ze werd verkozen tot de **leerstoel** van de afdeling Geschiedenis na het tonen van uitzonderlijke leiderschapsvaardigheden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
don
[zelfstandig naamwoord]

a senior university teacher or professor, particularly associated with Oxford and Cambridge

een senior universiteitsdocent of professor,  vooral geassocieerd met Oxford en Cambridge

een senior universiteitsdocent of professor, vooral geassocieerd met Oxford en Cambridge

Ex: The annual conference hosted leading dons from universities across the country to discuss developments in their respective fields .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
chancellor
[zelfstandig naamwoord]

chief executive officer of a university or college, responsible for overall administration and strategic leadership

kanselier, rector

kanselier, rector

Ex: The chancellor addressed faculty and staff during the annual state of the university address .De **kanselier** sprak de faculteit en het personeel toe tijdens de jaarlijkse toespraak over de staat van de universiteit.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
president
[zelfstandig naamwoord]

the highest-ranking administrative officer of a university or college

president, rector

president, rector

Ex: The president addressed graduating students at commencement , congratulating them on their achievements .De **president** sprak de afstuderende studenten toe tijdens de diploma-uitreiking en feliciteerde hen met hun prestaties.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
dean
[zelfstandig naamwoord]

the head of a faculty or a department of studies in a university

decaan, faculteitshoofd

decaan, faculteitshoofd

Ex: The dean's office serves as a central point of contact for faculty members , students , and external stakeholders .Het kantoor van de **decaan** dient als centraal aanspreekpunt voor faculteitsleden, studenten en externe belanghebbenden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
registrar
[zelfstandig naamwoord]

an administrative officer in a college or university responsible for maintaining student records

registrator, academisch secretaris

registrator, academisch secretaris

Ex: The registrar conducted audits of student records to ensure compliance with graduation requirements .De **registrator** voerde audits uit van studentendossiers om de naleving van de afstudeereisen te waarborgen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
provost
[zelfstandig naamwoord]

the chief academic officer of a college or university

provost, hoofd academische zaken

provost, hoofd academische zaken

Ex: The provost addressed student concerns about academic standards during a town hall meeting .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
principal
[zelfstandig naamwoord]

the person in charge of running a school

schoolhoofd, directeur

schoolhoofd, directeur

Ex: The principal introduced a new program to support teachers in the classroom .De **directeur** introduceerde een nieuw programma om leraren in de klas te ondersteunen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
head
[zelfstandig naamwoord]

the person in charge of running a school

schoolhoofd, directeur

schoolhoofd, directeur

Ex: The head of school made sure everything ran smoothly .De **schoolhoofd** zorgde ervoor dat alles soepel verliep.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
vice chancellor
[zelfstandig naamwoord]

the deputy or assistant to a chancellor, often serving as the second-highest executive official in a British university or institution

vice-kanselier, vicerector

vice-kanselier, vicerector

Ex: With the chancellor 's absence , the vice chancellor assumes leadership responsibilities .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
vice-principal
[zelfstandig naamwoord]

a school administrator who assists the principal in overseeing the day-to-day operations of the school

vice-principal, plaatsvervangend directeur

vice-principal, plaatsvervangend directeur

Ex: In partnership with the guidance department, the vice principal implemented programs to support student well-being and academic success.In samenwerking met de begeleidingsafdeling heeft de **conrector** programma's geïmplementeerd om het welzijn en het academische succes van studenten te ondersteunen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
visiting
[bijvoeglijk naamwoord]

temporarily teaching or conducting research at an institution

gast, bezoekend

gast, bezoekend

Ex: Students eagerly attended the visiting artist's workshops to learn new techniques and perspectives in painting and sculpture.De studenten woonden vol enthousiasme de workshops van de **gast**kunstenaar bij om nieuwe technieken en perspectieven in schilderen en beeldhouwen te leren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Onderwijs
LanGeek
LanGeek app downloaden