Woordenschat voor IELTS (Academisch) - Equality

Hier leer je enkele Engelse woorden over gelijkheid, zoals "atypisch", "verdeling", "neutraal" etc., die nodig zijn voor het IELTS-examen.

Herzien

Flashcards

Spelling

Quiz

Begin met leren

atypical

[bijvoeglijk naamwoord]

differing from what is usual, expected, or standard

atypisch, ongewoon

Ex: His atypical behavior raised concerns among his friends .Zijn **atypische** gedrag wekte bezorgdheid onder zijn vrienden.

Sluiten

Inloggen

balanced

[bijvoeglijk naamwoord]

evenly distributed or in a state of stability

evenwichtig, gebalanceerd

Ex: The therapist helped her achieve a balanced emotional state through mindfulness techniques .De therapeut hielp haar een **gebalanceerde** emotionele staat te bereiken door middel van mindfulness-technieken.

Sluiten

Inloggen

benchmark

[zelfstandig naamwoord]

a standard or point of reference used to measure or compare something, often to assess quality or performance

maatstaf, referentiepunt

Ex: The benchmark for the best-selling products is updated annually .De **benchmark** voor de best verkochte producten wordt jaarlijks bijgewerkt.

Sluiten

Inloggen

childcare

[zelfstandig naamwoord]

the act of looking after children, especially while their parents are working

kinderopvang, crèche

Ex: Some parents prefer home-based childcare over daycare centers .Sommige ouders geven de voorkeur aan thuisopvang boven **kinderopvang**centra.

Sluiten

Inloggen

deficit

[zelfstandig naamwoord]

the difference between the needed amount that is higher than the available amount, especially money

tekort, gebrek

Ex: The deficit in qualified personnel posed a challenge for the healthcare system .Het **tekort** aan gekwalificeerd personeel vormde een uitdaging voor het gezondheidssysteem.

Sluiten

Inloggen

dependent

[bijvoeglijk naamwoord]

determined by or needing something else

afhankelijk, voorwaardelijk

Ex: The company's growth is dependent on its ability to innovate and adapt to market changes.De groei van het bedrijf **hangt af** van het vermogen om te innoveren en zich aan te passen aan veranderingen in de markt.

Sluiten

Inloggen

desegregation

[zelfstandig naamwoord]

the act or process of putting an end to the separation of people based on religion, race or gender in a society or institution

desegregatie, integratie

Sluiten

Inloggen

division

[zelfstandig naamwoord]

disagreement among members of a group or society

verdeling, onenigheid

Ex: A strong sense of division emerged after the policy changes were announced .Een sterk gevoel van **verdeeldheid** ontstond nadat de beleidswijzigingen waren aangekondigd.

Sluiten

Inloggen

empowerment

[zelfstandig naamwoord]

the act of giving a person or an organization the right, authority or power in order to do something

empowerment, bemachtiging

Sluiten

Inloggen

equality

[zelfstandig naamwoord]

the state of having the same opportunities, rights, status, etc. as others

gelijkheid

Ex: Equality in voting rights was a significant achievement of the civil rights movement .**Gelijkheid** in stemrechten was een belangrijke prestatie van de burgerrechtenbeweging.

Sluiten

Inloggen

equal

[bijvoeglijk naamwoord]

(of people) provided with the same opportunities, rights, or status, regardless of their characteristics or background

gelijk

Ex: Companies are encouraged to adopt policies that promote diversity and ensure equal employment opportunities for all applicants .Bedrijven worden aangemoedigd om beleid aan te nemen dat diversiteit bevordert en **gelijke** arbeidskansen voor alle sollicitanten waarborgt.

Sluiten

Inloggen

violence

[zelfstandig naamwoord]

a crime that is intentionally directed toward a person or thing to hurt, intimidate, or kill them

geweld, brutaliteit

Ex: The city has seen a rise in violence over the past few months , leading to increased police presence .De stad heeft de afgelopen maanden een toename van **geweld** gezien, wat heeft geleid tot een verhoogde politieaanwezigheid.

Sluiten

Inloggen

poverty

[zelfstandig naamwoord]

the condition of lacking enough money or income to afford basic needs like food, clothing, etc.

armoede

Ex: The charity focuses on providing food and shelter to those living in poverty.De liefdadigheidsinstelling richt zich op het verstrekken van voedsel en onderdak aan mensen die in **armoede** leven.

Sluiten

Inloggen

distribution

[zelfstandig naamwoord]

the act of giving a share of something to a group of people in an organized way

verdeling, distributie

Sluiten

Inloggen

gap

[zelfstandig naamwoord]

a difference, particularly an unwanted one, causing separation between two people, situations, or opinions

kloof, gat

Ex: The gap in expectations between the teacher and her students resulted in frustration on both sides .De **kloof** in verwachtingen tussen de leraar en haar studenten resulteerde in frustratie aan beide kanten.

Sluiten

Inloggen

neutral

[bijvoeglijk naamwoord]

not favoring either side in a conflict, competition, debate, etc.

neutraal, onpartijdig

Ex: The neutral zone between the two countries ensures peace and avoids conflict.De **neutrale** zone tussen de twee landen zorgt voor vrede en vermijdt conflicten.

Sluiten

Inloggen

human right

[zelfstandig naamwoord]

one of a series of rights that every human being must have

mensenrecht

Ex: The Universal Declaration of Human Rights , adopted by the United Nations in 1948 , outlines basic human rights such as the right to life , liberty , and security of person .De Universele Verklaring van de **Rechten van de Mens**, aangenomen door de Verenigde Naties in 1948, schetst fundamentele mensenrechten zoals het recht op leven, vrijheid en veiligheid van de persoon.

Sluiten

Inloggen

individual

[bijvoeglijk naamwoord]

of or related to one person only and not a group

individueel

Ex: The teacher provided individual feedback to help each student improve their work .De leraar gaf **individuele** feedback om elke student te helpen zijn werk te verbeteren.

Sluiten

Inloggen

barrier

[zelfstandig naamwoord]

an obstacle that separates people or hinders any progress or communication

barrière, obstakel

Ex: Fear can be a psychological barrier to success .Angst kan een psychologische **barrière** zijn voor succes.

Sluiten

Inloggen

segregation

[zelfstandig naamwoord]

the act or condition of setting a person or object apart from a group

segregatie, isolatie

Sluiten

Inloggen

mainstream

[zelfstandig naamwoord]

the opinions, activities, or methods that are considered normal because they are accepted by a majority of people

hoofdstroming, mainstream

Ex: His views were considered outside the mainstream of political thought .Zijn opvattingen werden beschouwd als buiten de **mainstream** van het politieke denken.

Sluiten

Inloggen

discrimination

[zelfstandig naamwoord]

the practice of treating a person or different categories of people less fairly than others

discriminatie, segregatie

Ex: She spoke out against discrimination after witnessing unfair treatment of her colleagues .Ze sprak zich uit tegen **discriminatie** nadat ze getuige was geweest van oneerlijke behandeling van haar collega's.

Sluiten

Inloggen

quota

[zelfstandig naamwoord]

(economics) an amount or share that each individual is entitled to receive

quotum, aandeel

Sluiten

Inloggen

regulation

[zelfstandig naamwoord]

the process of controlling something by means of rules

regulering, reglement

Ex: The regulation of online content aims to protect users from harmful or misleading information on the internet .De **regulering** van online content heeft als doel gebruikers te beschermen tegen schadelijke of misleidende informatie op internet.

Sluiten

Inloggen

recognition

[zelfstandig naamwoord]

the act of accepting that something exists, is true or legal

erkenning

Sluiten

Inloggen

sexual harassment

[zelfstandig naamwoord]

unwelcome and threatening sexual advances, requests or favors, of verbal or physical nature, usually directed toward a subordinate in a workplace

seksuele intimidatie, seksueel geweld