pattern

Cambridge IELTS 17 - Academisch - Test 1 - Lezen - Passage 3 (1)

Hier vind je de woordenschat uit Test 1 - Lezen - Passage 3 (1) in het Cambridge IELTS 17 - Academic cursusboek, om je te helpen bij de voorbereiding op je IELTS-examen.

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
Cambridge IELTS 17 - Academic
to review
[werkwoord]

to share personal opinions about a book, movie, or media to inform and provide insights into its strengths and weaknesses

beoordelen, kritiseren

beoordelen, kritiseren

Ex: The website allows users to review books and leave comments .De website stelt gebruikers in staat om boeken te **beoordelen** en opmerkingen achter te laten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
civil war
[zelfstandig naamwoord]

a war that is between people who are in the same country

burgeroorlog, intern conflict

burgeroorlog, intern conflict

Ex: Civil wars typically arise from internal conflicts over political , social , or economic differences within a nation .**Burgeroorlogen** ontstaan meestal uit interne conflicten over politieke, sociale of economische verschillen binnen een natie.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
resounding
[bijvoeglijk naamwoord]

characterized by resonance

klinkend, weerklinkend

klinkend, weerklinkend

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to execute
[werkwoord]

to kill someone, especially as a legal penalty

executeren, een doodvonnis voltrekken

executeren, een doodvonnis voltrekken

Ex: International human rights organizations often condemn governments that execute individuals without fair trials or proper legal representation .Internationale mensenrechtenorganisaties veroordelen vaak regeringen die individuen **executeren** zonder eerlijke processen of goede juridische vertegenwoordiging.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
parliamentarian
[zelfstandig naamwoord]

a person elected to the British Parliament, specifically to the House of Commons

parlementslid, afgevaardigde

parlementslid, afgevaardigde

Ex: The new parliamentarian delivered their first speech in the House of Commons with confidence .De nieuwe **parlementariër** hield hun eerste toespraak in het Lagerhuis met vertrouwen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
principle
[zelfstandig naamwoord]

a fundamental belief or guideline based on what is morally right that influences one's actions and decisions

principe

principe

Ex: Honesty is a key principle in his approach to both business and personal relationships .**Eerlijkheid** is een sleutelprincipe in zijn benadering van zowel zakelijke als persoonlijke relaties.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to do a deal
[Zinsdeel]

to engage in a negotiation or agreement, often in a business context, to reach mutually beneficial terms

Ex: Doing a deal successfully can lead to a win-win situation for both parties.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Scot
[zelfstandig naamwoord]

someone who is from Scotland

Schot, Persoon uit Schotland

Schot, Persoon uit Schotland

Ex: He met a friendly Scot while hiking in the Highlands .Hij ontmoette een vriendelijke **Schot** tijdens het wandelen in de Highlands.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
in return for
[Voorzetsel]

used to indicate an action, item, or favor given or done as a compensation for something else

in ruil voor, als tegenprestatie voor

in ruil voor, als tegenprestatie voor

Ex: The team offered free tickets to the game in return for fans ' loyalty .Het team bood gratis kaartjes aan voor de wedstrijd **in ruil voor** de loyaliteit van de fans.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to crown
[werkwoord]

to place a crown on someone's head in a ceremony so that person officially becomes a king or queen

kronen

kronen

Ex: The citizens eagerly awaited the moment when the prince would be crowned as the rightful heir to the throne .De burgers keken reikhalzend uit naar het moment waarop de prins als rechtmatige troonopvolger zou worden **gekroond**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to prompt
[werkwoord]

to encourage someone to do or say something

aansporen, aanmoedigen

aansporen, aanmoedigen

Ex: The counselor gently prompted the client to express their feelingsDe counselor **spoorde** de cliënt zachtjes aan om zijn gevoelens te uiten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
parliamentary
[bijvoeglijk naamwoord]

relating to a form of government where the legislature, known as parliament, has significant control over making laws and monitoring the government

parlementair, met betrekking tot het parlement

parlementair, met betrekking tot het parlement

Ex: The parliamentary session begins with the opening speech by the head of state or government .De **parlementaire** zitting begint met de openingsrede van het staatshoofd of de regeringsleider.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to invade
[werkwoord]

to enter a territory using armed forces in order to occupy or take control of it

binnenvallen, militair bezetten

binnenvallen, militair bezetten

Ex: Governments around the world are currently considering whether to invade or pursue diplomatic solutions .Regeringen over de hele wereld overwegen momenteel of ze moeten **binnenvallen** of diplomatieke oplossingen nastreven.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
pre-emptive strike
[zelfstandig naamwoord]

a surprise attack that is launched in order to prevent the enemy from doing it to you

preventieve aanval, voorkomende slag

preventieve aanval, voorkomende slag

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
invasion
[zelfstandig naamwoord]

the act of invading or entering a territory, country, or region by force or without permission, often with the intent to control or dominate the area and its inhabitants

invasie, de invasie

invasie, de invasie

Ex: The historical invasion of the Roman Empire reshaped the landscape of Europe .De historische **invasie** van het Romeinse Rijk heeft het landschap van Europa hervormd.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
meadow
[zelfstandig naamwoord]

a piece of land covered in grass and sometimes wild flowers, often used for hay

weide, grasland

weide, grasland

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
subject
[zelfstandig naamwoord]

someone or something that is being described, discussed, or dealt with

onderwerp, thema

onderwerp, thema

Ex: His favorite subject in school was history because he loved learning about the past .Zijn favoriete **vak** op school was geschiedenis omdat hij hield van leren over het verleden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
manhunt
[zelfstandig naamwoord]

an organized search (by police) for a person (charged with a crime)

klopjacht, georganiseerde zoektocht door de politie

klopjacht, georganiseerde zoektocht door de politie

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to evade
[werkwoord]

to get away from or avoid someone or something, often using cleverness or deceit

ontwijken, ontduiken

ontwijken, ontduiken

Ex: The hackers evaded the system ’s security protocols , gaining access undetected .De hackers **ontweken** de beveiligingsprotocollen van het systeem en kregen onopgemerkt toegang.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
refuge
[zelfstandig naamwoord]

a location or circumstance that offers protection and safety

toevlucht, schuilplaats

toevlucht, schuilplaats

Ex: The fort served as a refuge during times of invasion .Het fort diende als **toevluchtsoord** tijdens tijden van invasie.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
penniless
[bijvoeglijk naamwoord]

having no money or financial resources

blut, aan de grond

blut, aan de grond

Ex: The penniless immigrant worked hard to build a better life for his family .De **blutte** immigrant werkte hard om een beter leven voor zijn gezin op te bouwen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to wander
[werkwoord]

to travel around without a clear purpose or direction, often covering a large area

dwalen, rondzwerven

dwalen, rondzwerven

Ex: After his car broke down in the desert , he wandered, hoping to find a sign of civilization .Nadat zijn auto in de woestijn kapot ging, **dwaalde hij rond**, hopend een teken van beschaving te vinden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
loyal
[bijvoeglijk naamwoord]

showing firm and constant support to a person, organization, cause, or belief

loyaal, trouw

loyaal, trouw

Ex: The loyal companion never wavered in their devotion to their owner , offering unconditional love and companionship .De **trouwe** metgezel wankelde nooit in zijn toewijding aan zijn eigenaar en bood onvoorwaardelijke liefde en gezelschap.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
restoration
[zelfstandig naamwoord]

the reinstatement of the monarchy in England, particularly the return of King Charles II to the throne in 1660

de Restauratie, het herstel van de monarchie

de Restauratie, het herstel van de monarchie

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
diarist
[zelfstandig naamwoord]

someone who keeps a diary, especially for the purpose of publication

dagboekschrijver, memoirschrijver

dagboekschrijver, memoirschrijver

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
intention
[zelfstandig naamwoord]

something that one is aiming, wanting, or planning to do

bedoeling, voornemen

bedoeling, voornemen

Ex: The defendant claimed that he had no intention of breaking the law , but the evidence suggested otherwise .De verdachte beweerde dat hij geen **bedoeling** had om de wet te overtreden, maar het bewijs suggereerde anders.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
extraordinary
[bijvoeglijk naamwoord]

remarkable or very unusual, often in a positive way

buitengewoon, opmerkelijk

buitengewoon, opmerkelijk

Ex: The scientist made an extraordinary discovery that revolutionized the field of medicine .De wetenschapper deed een **buitengewone** ontdekking die een revolutie teweegbracht in de geneeskunde.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
episode
[zelfstandig naamwoord]

any of the separate events or series of events occurring in a sequence

aflevering

aflevering

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to relate
[werkwoord]

to narrate or recount a story, event, or series of events

vertellen, verhalen

vertellen, verhalen

Ex: In the documentary , survivors relate their experiences , offering a firsthand account of the natural disaster 's impact on their lives .In de documentaire **vertellen** overlevenden over hun ervaringen, waarbij ze een eerstehands verslag geven van de impact van de natuurramp op hun leven.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to dye
[werkwoord]

to change the color of something using a liquid substance

verven, kleuren

verven, kleuren

Ex: Some people prefer to dye their gray hair instead of leaving it natural .Sommige mensen geven er de voorkeur aan hun grijze haar te **verven** in plaats van het natuurlijk te laten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to scour
[werkwoord]

to conduct a thorough search of a place, text, or area in order to find something

afspeuren, doorzoeken

afspeuren, doorzoeken

Ex: He scoured the old records in search of his family ’s history .Hij **doorzocht** de oude archieven op zoek naar de geschiedenis van zijn familie.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to draw out
[werkwoord]

to extend in time, length, or duration, often longer than necessary

verlengen, rekken

verlengen, rekken

Ex: The interviewee tended to draw out responses , elaborating on each answer with anecdotes and explanations .De geïnterviewde had de neiging om antwoorden **te rekken**, door elk antwoord uit te breiden met anekdotes en uitleg.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
preposterous
[bijvoeglijk naamwoord]

absurd and contrary to common sense

absurd, belachelijk

absurd, belachelijk

Ex: It was preposterous to believe that the rules did n’t apply to him .Het was **belachelijk** om te geloven dat de regels niet voor hem golden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to adopt
[werkwoord]

to select a new title, place, or practice in place of a former one

adopteren, kiezen

adopteren, kiezen

Ex: She decided to adopt a new hometown and fully embraced its community culture .Ze besloot een nieuwe thuisstad te **adopteren** en omarmde volledig de gemeenschapscultuur.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
disguise
[zelfstandig naamwoord]

any item that is worn to change or alter the appearance or to hide someone's identity

vermomming, verkleeding

vermomming, verkleeding

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen

used to give the reason for something

Ex: The proposal was rejected on the grounds that it did not meet the necessary safety requirements .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
dignity
[zelfstandig naamwoord]

the quality of being worthy of respect and honor, which can be attributed to a person's behavior, actions, or sense of self-worth

waardigheid

waardigheid

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
tension
[zelfstandig naamwoord]

(psychology) a strong feeling of stress or pressure

spanning

spanning

Ex: Social media debates thrive on manufactured tension and outrage .Debatten op sociale media gedijen op gefabriceerde **spanning** en verontwaardiging.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
presence
[zelfstandig naamwoord]

the state of being present; current existence

aanwezigheid, huidig bestaan

aanwezigheid, huidig bestaan

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
cautiously
[bijwoord]

in a way that shows carefulness and attention to potential danger, risk, or harm

voorzichtig, met voorzichtigheid

voorzichtig, met voorzichtigheid

Ex: Students began the challenging exam cautiously, carefully reading each question before providing answers .Hij uitte zijn mening **voorzichtig** tijdens het debat.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
reformed
[bijvoeglijk naamwoord]

caused to abandon an evil manner of living and follow a good one

gereformeerd,  berouwvol

gereformeerd, berouwvol

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Protestant
[zelfstandig naamwoord]

an adherent of Protestantism

protestant

protestant

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to appall
[werkwoord]

to shock or horrify someone, causing them to feel alarmed or deeply unpleasantly surprised

ontzetten, schokken

ontzetten, schokken

Ex: The extent of the environmental damage caused by the oil spill appalled environmentalists worldwide.De omvang van de milieuschade veroorzaakt door de olieramp **schokte** milieuactivisten wereldwijd.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
execution
[zelfstandig naamwoord]

the act of punishing a criminal by death

executie

executie

Ex: The execution of political prisoners drew international condemnation from human rights organizations .De **executie** van politieke gevangenen trok internationale veroordeling van mensenrechtenorganisaties aan.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
firmly
[bijwoord]

in a resolute, determined, or unwavering manner, often indicating certainty or strength of conviction

vastberaden, beslist

vastberaden, beslist

Ex: The government firmly enforced the new regulations to ensure compliance .De regering heeft de nieuwe voorschriften **vastberaden** gehandhaafd om naleving te waarborgen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to bolt
[werkwoord]

to secure things together by using a metal pin that fits into a corresponding metal hole

bouten, vastzetten met bouten

bouten, vastzetten met bouten

Ex: Following the safety protocol , the worker diligently bolted the machinery to the floor to prevent accidents .Volgens het veiligheidsprotocol heeft de werknemer de machinerie zorgvuldig aan de vloer **vastgebout** om ongelukken te voorkomen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
head
[zelfstandig naamwoord]

the front of a military formation or procession

hoofd, voor

hoofd, voor

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
invasion
[zelfstandig naamwoord]

the act of invading or entering a territory, country, or region by force or without permission, often with the intent to control or dominate the area and its inhabitants

invasie, de invasie

invasie, de invasie

Ex: The historical invasion of the Roman Empire reshaped the landscape of Europe .De historische **invasie** van het Romeinse Rijk heeft het landschap van Europa hervormd.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
force
[zelfstandig naamwoord]

a group of trained and organized people such as the police, soldiers, etc.

kracht

kracht

Ex: The peacekeeping force was sent to the war-torn region to help stabilize the area and provide humanitarian aid .De vredesmacht werd naar de door oorlog verscheurde regio gestuurd om het gebied te helpen stabiliseren en humanitaire hulp te bieden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
desperate
[bijvoeglijk naamwoord]

(of people) behaving dangerously or aggressively due to the circumstances

wanhopig, radeloos

wanhopig, radeloos

Ex: The community was on high alert after reports of desperate individuals causing disturbances in the neighborhood .De gemeenschap stond op scherp na meldingen van **wanhopige** individuen die overlast veroorzaakten in de buurt.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
courtier
[zelfstandig naamwoord]

an attendant at the court of a sovereign

hoveling, man van het hof

hoveling, man van het hof

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
initiative
[zelfstandig naamwoord]

the first of a series of actions

initiatief, eerste actie

initiatief, eerste actie

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to memorialize
[werkwoord]

be or provide a memorial to a person or an event

herdenken, vereeuwigen

herdenken, vereeuwigen

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
order
[zelfstandig naamwoord]

a group of people organized together because they share similar interests or goals

orde, broederschap

orde, broederschap

Ex: The political order advocated for social justice and equality among marginalized groups .De politieke **orde** pleitte voor sociale rechtvaardigheid en gelijkheid onder gemarginaliseerde groepen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
chivalry
[zelfstandig naamwoord]

the medieval principles governing knighthood and knightly conduct

ridderlijkheid, riddercode

ridderlijkheid, riddercode

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
knight
[zelfstandig naamwoord]

(in the Middle Ages) a man of high social rank, wearing armor and riding a horse, who is loyal to his king

ridder, palaadijn

ridder, palaadijn

Ex: Sir Lancelot is one of the most famous knights of Arthurian legend .Sir Lancelot is een van de beroemdste **ridders** van de Arthurlegende.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to depict
[werkwoord]

to represent or show something or someone by a work of art

uitbeelden, afbeelden

uitbeelden, afbeelden

Ex: The stained glass window in the church depicts religious scenes from the Bible .Het gebrandschilderde raam in de kerk **beeldt** religieuze taferelen uit de Bijbel **uit**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
canvas
[zelfstandig naamwoord]

a piece of cloth that artists paint on, especially with oil paints

doek, schilderdoek

doek, schilderdoek

Ex: As he stood in front of the blank canvas, the artist felt a rush of inspiration , eager to translate his emotions onto the fabric with each brushstroke .Toen hij voor het lege **doek** stond, voelde de kunstenaar een golf van inspiratie, gretig om zijn emoties op het doek over te brengen met elke penseelstreek.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
recollection
[zelfstandig naamwoord]

something recalled to the mind

herinnering, memorie

herinnering, memorie

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
fugitive
[zelfstandig naamwoord]

a person who is actively avoiding capture or is being pursued by law enforcement authorities due to legal charges or criminal activity

vluchteling, gezochte

vluchteling, gezochte

Ex: The fugitive used fake identities to stay hidden while moving from city to city.De **vluchteling** gebruikte valse identiteiten om verborgen te blijven terwijl hij van stad naar stad verhuisde.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
secretary
[zelfstandig naamwoord]

a person to whom a secret is entrusted

secretaris, vertrouweling

secretaris, vertrouweling

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to settle down
[werkwoord]

to find a place to live and embrace a more stable and routine way of life

zich vestigen, tot rust komen

zich vestigen, tot rust komen

Ex: She plans to settle down in the countryside after retiring .Ze is van plan zich op het platteland te **vestigen** na haar pensioen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
scene
[zelfstandig naamwoord]

an incident or event, either real or imagined, that is depicted or described with specific details and context

scène, tafereel

scène, tafereel

Ex: The book opens with a dramatic scene of a shipwreck .Het boek opent met een dramatische **scène** van een schipbreuk.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
scriptwriter
[zelfstandig naamwoord]

someone whose job is to write the story of a movie, play, TV show, etc.

scenarioschrijver, scriptschrijver

scenarioschrijver, scriptschrijver

Ex: The scriptwriter crafted an engaging story for the new drama series .De **scenarioschrijver** heeft een boeiend verhaal gemaakt voor de nieuwe dramaserie.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to commence
[werkwoord]

to start an action or event

beginnen, starten

beginnen, starten

Ex: He commenced serving on the board of directors at the start of the fiscal year .Hij **begon** te dienen in de raad van bestuur aan het begin van het fiscale jaar.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
narrative
[zelfstandig naamwoord]

a story or an account of something especially one that is told in a movie, novel, etc.

verhaal, vertelling

verhaal, vertelling

Ex: He crafted a narrative that seamlessly blended history with fiction .Hij maakte een **verhaal** dat geschiedenis en fictie naadloos met elkaar vermengde.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
agricultural
[bijvoeglijk naamwoord]

related to the practice or science of farming

landbouw-, agrarisch

landbouw-, agrarisch

Ex: Sustainable agricultural methods aim to minimize environmental impact while maximizing productivity .Duurzame **landbouw**methoden zijn gericht op het minimaliseren van de milieu-impact terwijl de productiviteit wordt gemaximaliseerd.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
shears
[zelfstandig naamwoord]

a gardening tool closely resembling scissors as it is made of two large blades that cross each other, used for cutting grass, bushes, and hedges

heggenschaar, tuinschaar

heggenschaar, tuinschaar

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen

to write down thoughts, plans, or ideas so they are recorded and can be remembered, shared, or used later

Ex: Before forgetting the details, he committed the plan to writing.Voordat hij de details vergat, **bracht hij het plan op papier**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
sitting
[zelfstandig naamwoord]

the act of assuming or maintaining a seated position

zitten, zitpositie

zitten, zitpositie

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
retelling
[zelfstandig naamwoord]

a version of a story or event that has been told again, often with changes in style, details, or point of view

hervertelling, versie

hervertelling, versie

Ex: This book is a retelling of a famous battle from a soldier's view.Dit boek is een **hervertelling** van een beroemde slag vanuit het perspectief van een soldaat.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
in train
[Zinsdeel]

in a state or condition of progression or occurrence

Ex: The construction of the new building is in train and should be finished by the end of the year.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
on the run
[Zinsdeel]

moving from one place to another in an attempt to not get caught or arrested

Ex: The suspect in the high-profile case went on the run, leaving detectives in a race against time to track them down.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Cambridge IELTS 17 - Academisch
LanGeek
LanGeek app downloaden