Geavanceerde Woordenschat voor de GRE - Burgerlijke samenleving en religiositeit

Hier leer je enkele Engelse woorden over maatschappij en religie, zoals "base", "rustic", "gaffe", etc., die nodig zijn voor het GRE-examen.

Herzien

Flashcards

Spelling

Quiz

Begin met leren

affluent

[bijvoeglijk naamwoord]

possessing a great amount of riches and material goods

welgesteld, rijk

Ex: The affluent couple donated generously to local charities and cultural institutions .Het **welgestelde** stel doneerde royaal aan lokale goede doelen en culturele instellingen.

Sluiten

Inloggen

ascetic

[bijvoeglijk naamwoord]

following a strict lifestyle where one practices self-discipline and denies oneself of any form of pleasure, particularly due to religious reasons

ascetisch, streng

Ex: The ascetic lifestyle often involved long periods of solitude and contemplation .De **ascetische** levensstijl hield vaak lange perioden van eenzaamheid en contemplatie in.

Sluiten

Inloggen

base

[bijvoeglijk naamwoord]

completely lacking moral or honorable purpose or character

laag, gemeen

Ex: The company's decision to cut corners for profit was seen as base by many.Het besluit van het bedrijf om hoeken af te snijden voor winst werd door velen als **laag** gezien.

Sluiten

Inloggen

disinterested

[bijvoeglijk naamwoord]

not being involved in a situation or benefiting from it, thus able to act fairly

onpartijdig, desinteresserd

Ex: The judge's disinterested rulings were crucial for maintaining justice in the courtroom.De **onpartijdige** beslissingen van de rechter waren cruciaal voor het handhaven van gerechtigheid in de rechtszaal.

Sluiten

Inloggen

dispassionate

[bijvoeglijk naamwoord]

not letting one's emotions influence one's judgment and decisions, thus able to stay rational and fair

onpartijdig, emotieloos

Ex: The report was written in a dispassionate tone , providing a balanced view of the situation .Het rapport was geschreven in een **onpartijdige** toon, wat een gebalanceerd beeld van de situatie gaf.

Sluiten

Inloggen

egalitarian

[bijvoeglijk naamwoord]

supporting the notion that all humans are equal and should be given equal rights

egalitair

Ex: Egalitarian values are fundamental to democracy , ensuring that every voice is heard and every person is valued .**Egalitaire** waarden zijn fundamenteel voor democratie, ervoor zorgend dat elke stem wordt gehoord en elke persoon wordt gewaardeerd.

Sluiten

Inloggen

equitable

[bijvoeglijk naamwoord]

ensuring fairness and impartiality, so everyone gets what they rightfully deserve

eerlijk, billijk

Ex: The school implemented equitable practices to support students from diverse backgrounds .De school voerde **eerlijke** praktijken in om studenten uit diverse achtergronden te ondersteunen.

Sluiten

Inloggen

expansive

[bijvoeglijk naamwoord]

having a generous and friendly personality with a willingness to engage in conversations

gastvrij, sociaal

Ex: His expansive friendliness and willingness to listen made him a beloved figure in the community .Zijn **uitbundige** vriendelijkheid en bereidheid om te luisteren maakten hem een geliefde figuur in de gemeenschap.

Sluiten

Inloggen

impartial

[bijvoeglijk naamwoord]

not favoring a particular party in a way that enables one to act or decide fairly

onpartijdig, neutraal

Ex: The organization ’s impartial stance on political matters ensured that all opinions were respected .De **onpartijdige** houding van de organisatie in politieke kwesties zorgde ervoor dat alle meningen werden gerespecteerd.

Sluiten

Inloggen

mundane

[bijvoeglijk naamwoord]

lacking the ability to arouse interest or cause excitement

alledaags, saai

Ex: The mundane routine of daily life made her yearn for something more exciting .De **alledaagse** routine van het dagelijks leven deed haar verlangen naar iets spannenders.

Sluiten

Inloggen

profligate

[bijvoeglijk naamwoord]

acting in a shameless, overindulgent, and immoral manner

verkwistend, losbandig

Ex: The club 's profligate parties became infamous for their excess and lack of restraint .De **verkwistende** feesten van de club werden berucht vanwege hun excessen en gebrek aan terughoudendheid.

Sluiten

Inloggen

rustic

[bijvoeglijk naamwoord]

associated with the lifestyle of the countryside and rural areas

rustiek, landelijk

Ex: His artwork often depicted rustic scenes , capturing the beauty of rural landscapes .Zijn kunstwerk beeldde vaak **rustieke** taferelen uit, waarbij de schoonheid van het platteland werd vastgelegd.

Sluiten

Inloggen

sanctimonious

[bijvoeglijk naamwoord]

attempting to showcase how one believes to be morally or religiously superior

schijnheilig, hypocriet vroom

Ex: The sanctimonious nature of his public persona was at odds with his private actions .De **schijnheilige** aard van zijn publieke persona stond haaks op zijn privé-acties.

Sluiten

Inloggen

spartan

[bijvoeglijk naamwoord]

characterized by strict self-discipline, frugality, or simplicity

spartaans, sober

Ex: In the face of adversity , she displayed a spartan resolve , facing challenges head-on with courage and fortitude .In het aangezicht van tegenspoed toonde ze een **Spartaanse** vastberadenheid, en ging ze met moed en vastberadenheid de uitdagingen aan.

Sluiten

Inloggen

unforthcoming

[bijvoeglijk naamwoord]

unwilling to reveal information or offer assistance

niet meewerkend, terughoudend

Ex: Despite repeated requests, the company remained unforthcoming about the details of the merger.Ondanks herhaalde verzoeken bleef het bedrijf **terughoudend** over de details van de fusie.

Sluiten

Inloggen

apostasy

[zelfstandig naamwoord]

the act of abandoning a religious or political belief that one used to hold

afvalligheid, geloofsafval

Ex: The debate over apostasy often centers on issues of freedom and the right to change one 's beliefs .Het debat over **afvalligheid** draait vaak om kwesties van vrijheid en het recht om iemands overtuigingen te veranderen.

Sluiten

Inloggen

arriviste

[zelfstandig naamwoord]

an individual who is either new to a higher society or trying to get into it, and is looking for their approval

parvenu

Ex: Her sudden wealth made her an arriviste, striving to gain acceptance among the old money families .Haar plotselinge rijkdom maakte haar een **arriviste**, die ernaar streefde acceptatie te krijgen onder de oude geld families.

Sluiten

Inloggen

chauvinism

[zelfstandig naamwoord]

the extreme belief in the superiority of one's gender, race, country, or group

chauvinisme

Ex: The coach 's chauvinism led to unfair treatment of players based on their gender .Het **chauvinisme** van de coach leidde tot oneerlijke behandeling van spelers op basis van hun geslacht.

Sluiten

Inloggen

gaffe

[zelfstandig naamwoord]

a thing that was done or said in a social or public situation that is considered to be an embarrassing or tactless mistake

blunder, flater

Ex: The news anchor ’s on-air gaffe resulted in a flurry of corrections and apologies .De **blunder** van de nieuwslezer tijdens de live-uitzending resulteerde in een stroom van correcties en excuses.

Sluiten

Inloggen

hierarchy

[zelfstandig naamwoord]

the grouping of people into different levels or ranks according to their power or importance within a society or system

hiërarchie, rangorde

Ex: The military hierarchy was rigid , with ranks ranging from general to private , each with specific duties and responsibilities .De militaire **hiërarchie** was rigide, met rangen variërend van generaal tot soldaat, elk met specifieke taken en verantwoordelijkheden.

Sluiten

Inloggen

inequity

[zelfstandig naamwoord]

a situation or something that is lacking in equality or fairness

ongelijkheid, onrechtvaardigheid

Ex: She spoke out against the inequity in the education system , which disadvantaged underprivileged students .Ze sprak zich uit tegen **de ongelijkheid** in het onderwijssysteem, dat kansarme studenten benadeelde.

Sluiten

Inloggen

mendicant

[zelfstandig naamwoord]

a person who begs other people for food and money

bedelaar, schooier

Ex: The film portrayed the life of a mendicant as both challenging and poignant .De film portretteerde het leven van een **bedelaar** als zowel uitdagend als ontroerend.

Sluiten

Inloggen

notoriety

[zelfstandig naamwoord]

the state of having a widespread negative reputation due to a bad or disapproving behavior or characteristic

beruchtheid

Ex: His actions were marked by notoriety, making him a subject of public criticism .Zijn daden waren gemarkeerd door **beruchtheid**, wat hem tot een onderwerp van publieke kritiek maakte.

Sluiten

Inloggen

pariah

[zelfstandig naamwoord]

an individual who is avoided and not liked, accepted, or respected by society or a group of people

paria, verstotene

Ex: The company ’s unethical practices made it a pariah in the industry , leading to widespread boycotts .De onethische praktijken van het bedrijf maakten het een **paria** in de industrie, wat leidde tot wijdverbreide boycots.

Sluiten

Inloggen

parvenu

[zelfstandig naamwoord]

a low-born individual who has gained quick and unexpected power, success, or wealth

parvenu, nieuw rijke

Ex: The parvenu struggled to fit into elite circles , often feeling out of place among old money families .De **parvenu** had moeite om in elitaire kringen te passen, en voelde zich vaak misplaatst tussen families met oud geld.

Sluiten

Inloggen

powwow

[zelfstandig naamwoord]

a traditional ceremony of Native Americans in which they gather, dance, and sing

een powwow, een traditionele ceremonie van Native Americans

Ex: The powwow provided an opportunity for younger generations to learn about and connect with their cultural heritage .De **powwow** bood jongere generaties de kans om over hun cultureel erfgoed te leren en ermee in contact te komen.

Sluiten

Inloggen

rank

[zelfstandig naamwoord]

(plural) the people who collectively form a particular group or organization

de gelederen, de leden

Ex: The political candidate 's popularity among the ranks of young voters was a key factor in the campaign 's success .De populariteit van de politieke kandidaat onder de **gelederen** van jonge kiezers was een sleutelfactor in het succes van de campagne.

Sluiten

Inloggen

reprobate

[zelfstandig naamwoord]

an individual who lacks morality and principle

verworpenen, schurk

Ex: The reprobate was the subject of gossip and disdain , viewed by many as a symbol of moral decay .De **verwerpeling** was het onderwerp van roddels en minachting, door velen gezien als een symbool van moreel verval.

Sluiten

Inloggen

standing

[zelfstandig naamwoord]

a person's reputation, status, or position within a system, society, or organization

reputatie, status

Ex: The company worked hard to improve its standing after a period of poor performance and negative publicity .Het bedrijf werkte hard om zijn **reputatie** te verbeteren na een periode van slechte prestaties en negatieve publiciteit.

Sluiten

Inloggen

virago

[zelfstandig naamwoord]

a woman who is loud, ill-tempered, and aggressive

feeks, harpij

Ex: His description of his boss as a virago was a reflection of their difficult working relationship .Zijn beschrijving van zijn baas als een **feeks** was een weerspiegeling van hun moeilijke werkrelatie.

Sluiten

Inloggen

to coalesce

[werkwoord]

to come together in order to achieve a common goal

samenkomen, versmelten

Ex: The team has coalesced around a new strategy to improve efficiency .Het team is **samengekomen** rond een nieuwe strategie om de efficiëntie te verbeteren.

Sluiten

Inloggen

to deface

[werkwoord]

to ruin or damage something's appearance, particularly by writing or sketching on it

onteeren, beschadigen

Ex: The group was defacing the park benches when the police arrived .De groep was de parkbanken aan het **vernielen** toen de politie arriveerde.

Sluiten

Inloggen

to desecrate

[werkwoord]

to insult or damage something that people greatly respect or consider holy, particularly a place

ontheiligen, schenden

Ex: The cemetery had been desecrated before the local authorities could respond .De begraafplaats was **ontwijd** voordat de lokale autoriteiten konden reageren.

Sluiten

Inloggen

to disseminate

[werkwoord]

to spread information, ideas, or knowledge to a wide audience

verspreiden, uitdragen

Ex: By next year , the new educational initiative will have disseminated crucial knowledge to thousands of students .Volgend jaar zal het nieuwe onderwijsinitiatief cruciale kennis aan duizenden studenten hebben **verspreid**.

Sluiten

Inloggen

to proselytize

[werkwoord]

to attempt to persuade a person into accepting one's beliefs, particularly political or religious ones

proselytiseren, bekeren

Ex: By the time the campaign ended , he had proselytized extensively and garnered significant support .Tegen de tijd dat de campagne eindigde, had hij uitgebreid **proselitisme bedreven** en aanzienlijke steun verworven.

Sluiten

Inloggen

Geavanceerde Woordenschat voor de GRE

LanGeek app downloaden

Langeek

Geavanceerde Woordenschat voor de GRE - Burgerlijke samenleving en religiositeit