pattern

SAT Woordvaardigheden 4 - Les 21

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
SAT Word Skills 4
to dispatch
[werkwoord]

to send a person or thing somewhere for a specific purpose

verzenden, uitzenden

verzenden, uitzenden

Ex: In emergency situations , paramedics are dispatched to provide immediate medical care .In noodsituaties worden ambulancemedewerkers **uitgestuurd** om directe medische zorg te verlenen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to dispel
[werkwoord]

to make something disappear

verdrijven, wegnemen

verdrijven, wegnemen

Ex: The therapist helped the patient dispel irrational fears through counseling.De therapeut hielp de patiënt om irrationele angsten te **verdrijven** door middel van counseling.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
dispensation
[zelfstandig naamwoord]

the privilege of being officially released from an obligation, law, or something that is usually prohibited

vrijstelling, ontheffing

vrijstelling, ontheffing

Ex: During the emergency , the governor issued a dispensation to bypass certain legal requirements .Tijdens de noodsituatie verleende de gouverneur een **vrijstelling** om bepaalde wettelijke vereisten te omzeilen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to disperse
[werkwoord]

to part and move in different directions

verspreiden, zich verspreiden

verspreiden, zich verspreiden

Ex: The guests began to disperse from the party as the evening wore on .De gasten begonnen zich van het feest te **verspreiden** naarmate de avond vorderde.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
cholera
[zelfstandig naamwoord]

a potentially fatal illness that is acquired from consumption of water or food contaminated with particular bacteria, causing diarrhea and vomiting

cholera, de cholera

cholera, de cholera

Ex: Doctors worked tirelessly to treat patients suffering from cholera in the makeshift clinic .Artsen werkten onvermoeibaar om patiënten die leden aan **cholera** te behandelen in de tijdelijke kliniek.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
choleric
[bijvoeglijk naamwoord]

easily angered or irritated

cholerisch, prikkelbaar

cholerisch, prikkelbaar

Ex: His choleric attitude often led to tense situations in meetings .Zijn **cholerieke** houding leidde vaak tot gespannen situaties tijdens vergaderingen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to impart
[werkwoord]

to make information, knowledge, or a skill known or understood

overbrengen, communiceren

overbrengen, communiceren

Ex: The consultant is currently imparting her expertise in the training session .De consultant is momenteel haar expertise aan het **overbrengen** in de trainingssessie.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
impartial
[bijvoeglijk naamwoord]

not favoring a particular party in a way that enables one to act or decide fairly

onpartijdig, neutraal

onpartijdig, neutraal

Ex: The organization ’s impartial stance on political matters ensured that all opinions were respected .De **onpartijdige** houding van de organisatie in politieke kwesties zorgde ervoor dat alle meningen werden gerespecteerd.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
prototype
[zelfstandig naamwoord]

an early or preliminary model of something from which other forms are developed or copied

prototype, voorlopig model

prototype, voorlopig model

Ex: The prototype of the wearable device helped identify potential improvements before the product went to market .Het **prototype** van het draagbare apparaat hielp potentiële verbeteringen te identificeren voordat het product op de markt kwam.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
protoplasm
[zelfstandig naamwoord]

the substance inside the living cells of animals or plants

protoplasma, levende substantie van cellen

protoplasma, levende substantie van cellen

Ex: Protoplasm consists of the cytoplasm and the nucleus , which together perform vital functions in the cell .**Protoplasma** bestaat uit het cytoplasma en de kern, die samen vitale functies in de cel uitvoeren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
protocol
[zelfstandig naamwoord]

the accepted way of behavior in a community or group of people

protocol, etiquette

protocol, etiquette

Ex: The protocol at weddings often includes exchanging vows , cutting the cake , and dancing with the bride and groom .Het **protocol** bij bruiloften omvat vaak het uitwisselen van geloften, het aansnijden van de taart en dansen met het bruidspaar.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
sentinel
[zelfstandig naamwoord]

a person hired to stand guard

wachter, bewaker

wachter, bewaker

Ex: Pacing back and forth , the sentinel was focused on every movement .**Schildwacht**, heen en weer lopend, was gefocust op elke beweging.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
sentient
[bijvoeglijk naamwoord]

possessing the ability to experience, feel, or perceive things through the senses

gevoelig, bewust

gevoelig, bewust

Ex: The ethical treatment of sentient creatures is a significant concern in animal welfare.De ethische behandeling van **gevoelige** wezens is een belangrijke zorg in het dierenwelzijn.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
advent
[zelfstandig naamwoord]

the arrival of a significant event, person, or thing that has been eagerly anticipated

de komst, het aanbreken

de komst, het aanbreken

Ex: The advent of space exploration has opened up new possibilities for understanding our universe .**De komst** van ruimteverkenning heeft nieuwe mogelijkheden geopend om ons universum te begrijpen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
cognate
[bijvoeglijk naamwoord]

sharing the same ancestors

verwant, van dezelfde afkomst

verwant, van dezelfde afkomst

Ex: After a DNA test , they confirmed they were cognate, with a shared great-grandparent linking their families .Na een DNA-test bevestigden ze dat ze **verwant** waren, met een gemeenschappelijke overgrootouder die hun families verbond.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
adventitious
[bijvoeglijk naamwoord]

coming from an external source

toevallig, van buitenaf

toevallig, van buitenaf

Ex: The discovery of the rare artifact was adventitious, arising purely from an unexpected encounter during the excavation .De ontdekking van het zeldzame artefact was **toevallig**, puur voortkomend uit een onverwachte ontmoeting tijdens de opgraving.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
cognizant
[bijvoeglijk naamwoord]

having knowledge or awareness about something

bewust, geïnformeerd

bewust, geïnformeerd

Ex: He was cognizant of his limitations and knew when to ask for help .Hij was zich **bewust** van zijn beperkingen en wist wanneer hij om hulp moest vragen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
humble
[bijvoeglijk naamwoord]

behaving in a way that shows the lack of pride or sense of superiority over others

bescheiden,  nederig

bescheiden, nederig

Ex: The humble leader listens to the ideas and concerns of others , valuing their contributions .De **bescheiden** leider luistert naar de ideeën en zorgen van anderen en waardeert hun bijdragen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
humdrum
[bijvoeglijk naamwoord]

lacking excitement or variety

eentonig, saai

eentonig, saai

Ex: The novel's humdrum plot failed to capture the reader's interest, resulting in a lackluster reception.Het **saaie** plot van de roman slaagde er niet in de interesse van de lezer te wekken, wat resulteerde in een matige ontvangst.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
SAT Woordvaardigheden 4
LanGeek
LanGeek app downloaden