pattern

Natuurwetenschappen SAT - Biology

Hier leer je enkele Engelse woorden die verband houden met biologie, zoals "geslacht", "virion", "telofase", enz. die je nodig hebt om je SAT's te halen.

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
SAT Vocabulary for Natural Sciences
organism
[zelfstandig naamwoord]

a living thing such as a plant, animal, etc., especially a very small one that lives on its own

organisme, levend wezen

organisme, levend wezen

Ex: A single-celled organism, such as an amoeba , can exhibit complex behaviors .Een eencellig **organisme**, zoals een amoebe, kan complex gedrag vertonen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
growth medium
[zelfstandig naamwoord]

a substance that provides nutrients and conditions for the growth of cells or microorganisms

kweekmedium, groeimedium

kweekmedium, groeimedium

Ex: The growth medium provided all the nutrients needed for microbial growth .Het **kweekmedium** leverde alle voedingsstoffen die nodig zijn voor microbiële groei.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
culture
[zelfstandig naamwoord]

the process of growing cells, tissues, or organisms in an artificial environment with controlled conditions such as temperature, nutrients, and pH

kweek, celkweek

kweek, celkweek

Ex: Fungal culture is conducted to identify and study fungi responsible for diseases in plants and humans .Schimmel**kweek** wordt uitgevoerd om schimmels te identificeren en te bestuderen die verantwoordelijk zijn voor ziekten bij planten en mensen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
metabolic
[bijvoeglijk naamwoord]

relating to the chemical processes that occur within a living organism to maintain life

metabolisch

metabolisch

Ex: Metabolic disorders like diabetes can disrupt normal glucose metabolism.**Metabole** stoornissen zoals diabetes kunnen de normale glucosemetabolisme verstoren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
specimen
[zelfstandig naamwoord]

a representative or characteristic sample that is examined or analyzed to gain insights or understanding of a particular group or category

exemplaar, monster

exemplaar, monster

Ex: The specimen showed distinct characteristics that were crucial for the study .Het **exemplaar** toonde duidelijke kenmerken die cruciaal waren voor de studie.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
genus
[zelfstandig naamwoord]

(biology) any of the groups that plants, animals, etc. with similar characteristics are divided into, which is larger than a species and smaller than a family

geslacht, type

geslacht, type

Ex: Scientists debated whether the newly found fossil should be classified within the existing genus or if it represented a new genus entirely .Wetenschappers debatteerden of het nieuw gevonden fossiel binnen het bestaande **geslacht** moet worden geclassificeerd of dat het een geheel nieuw **geslacht** vertegenwoordigt.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
strain
[zelfstandig naamwoord]

a genetic variant or subtype of a microorganism, typically within a species, that possesses distinct characteristics from other members of the same species

stam, variant

stam, variant

Ex: Viral strain identification is crucial for developing vaccines that target specific variations of viruses .De identificatie van virale **stammen** is cruciaal voor de ontwikkeling van vaccins die gericht zijn op specifieke varianten van virussen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to secrete
[werkwoord]

(of a cell, gland, or organ) to produce and release a liquid substance in the body

afscheiden, produceren

afscheiden, produceren

Ex: Sweat glands secrete perspiration, helping to regulate body temperature.Zweetklieren **scheiden** zweet af, wat helpt bij het reguleren van de lichaamstemperatuur.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to excrete
[werkwoord]

to discharge waste products or substances from the body or cells into the environment, typically through urine, feces, or sweat

uitscheiden, afscheiden

uitscheiden, afscheiden

Ex: The liver excretes bile into the digestive system to aid in the breakdown of fats.De lever **scheidt** gal af in het spijsverteringsstelsel om bij te dragen aan de afbraak van vetten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
eukaryote
[zelfstandig naamwoord]

a type of living thing with cells that have a nucleus and other structures enclosed in membranes, like plants, animals, fungi, and some microorganisms

eukaryoot, eukaryotisch organisme

eukaryoot, eukaryotisch organisme

Ex: Seaweeds, with their diverse forms, are eukaryotic algae found in marine ecosystems.Zeewieren, met hun diverse vormen, zijn **eukaryote** algen die in mariene ecosystemen worden gevonden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
asexual reproduction
[zelfstandig naamwoord]

a type of reproduction where a single organism can produce offspring without the involvement of another organism

ongeslachtelijke voortplanting

ongeslachtelijke voortplanting

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
meiosis
[zelfstandig naamwoord]

a type of cell division that creates reproductive cells with half the usual number of chromosomes

meiose, reductionele celdeling

meiose, reductionele celdeling

Ex: The phases of meiosis include prophase I , metaphase I , anaphase I , telophase I , prophase II , metaphase II , anaphase II , and telophase II .De fasen van **meiose** omvatten profase I, metafase I, anafase I, telofase I, profase II, metafase II, anafase II en telofase II.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
interphase
[zelfstandig naamwoord]

the longest phase of the cell cycle during which the cell grows, replicates its DNA, and carries out its normal functions

interfase, tussenfase

interfase, tussenfase

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
prophase
[zelfstandig naamwoord]

the initial phase of mitosis, where chromatin condenses into visible chromosomes and the nuclear membrane dissolves, preparing for cell division

profase, de initiële fase van mitose

profase, de initiële fase van mitose

Ex: The nuclear envelope disintegrates during prophase, allowing the spindle fibers to interact with the chromosomes .De nucleaire envelop desintegreert tijdens de **profase**, waardoor de spoelvezels met de chromosomen kunnen interageren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
metaphase
[zelfstandig naamwoord]

the stage of mitosis where chromosomes align along the center (equator) of the cell, preparing for their separation into daughter cells

metafase, fase van metafase

metafase, fase van metafase

Ex: Metaphase marks a critical checkpoint before chromosomes are pulled apart in anaphase during mitosis .De **metafase** markeert een kritiek controlepunt voordat de chromosomen uit elkaar worden getrokken in de anafase tijdens de mitose.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
anaphase
[zelfstandig naamwoord]

the stage of cell division where sister chromatids or homologous chromosomes are pulled apart towards opposite poles of the cell by spindle fibers

anafase, scheidingsfase

anafase, scheidingsfase

Ex: Anaphase concludes when chromosomes reach opposite poles, marking the transition to telophase in mitosis or anaphase II in meiosis.De **anafase** eindigt wanneer de chromosomen tegenovergestelde polen bereiken, wat de overgang naar de telofase in mitose of anafase II in meiose markeert.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
telophase
[zelfstandig naamwoord]

the last stage of meiosis where chromosomes reach opposite poles, nuclear envelopes reform, and cells prepare to divide into daughter cells with half the original chromosome number

telofase, laatste fase van meiose

telofase, laatste fase van meiose

Ex: The genetic material is distributed evenly among daughter cells during telophase, ensuring each cell receives a complete set of chromosomes .Het genetische materiaal wordt gelijkmatig verdeeld over de dochtercellen tijdens de **telofase**, waardoor elke cel een complete set chromosomen ontvangt.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to biodegrade
[werkwoord]

to break down or decompose naturally by biological processes, typically through the action of microorganisms like bacteria or fungi

biologisch afbreken, natuurlijk afbreken

biologisch afbreken, natuurlijk afbreken

Ex: The fallen tree began to biodegrade, returning nutrients to the forest floor .De gevallen boom begon te **biologisch afbreken**, waardoor voedingsstoffen terugkeerden naar de bosbodem.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
biomolecule
[zelfstandig naamwoord]

any molecule produced by living organisms including large molecules such as proteins, carbohydrates, lipids, and nucleic acids, as well as smaller molecules like vitamins, hormones, and metabolites

biomolecuul, biologisch molecuul

biomolecuul, biologisch molecuul

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
biodiversity
[zelfstandig naamwoord]

the existence of a range of different plants and animals in a natural environment

biodiversiteit, biologische diversiteit

biodiversiteit, biologische diversiteit

Ex: Marine biodiversity in coral reefs is threatened by rising ocean temperatures and pollution .De mariene **biodiversiteit** in koraalriffen wordt bedreigd door stijgende oceaantemperaturen en vervuiling.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
bioinformatics
[zelfstandig naamwoord]

a field of study that combines biology and computational methods to analyze and interpret biological data

bioinformatica, biologische informatica

bioinformatica, biologische informatica

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
biocompatible
[bijvoeglijk naamwoord]

not causing harmful reactions or adverse effects when in contact with biological systems

biocompatibel, geen schadelijke reacties of nadelige effecten veroorzaakt wanneer het in contact komt met biologische systemen

biocompatibel, geen schadelijke reacties of nadelige effecten veroorzaakt wanneer het in contact komt met biologische systemen

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
biometrics
[zelfstandig naamwoord]

a branch of biology that employs statistical analysis to study and interpret biological phenomena and observations

biometrie, biologische statistiek

biometrie, biologische statistiek

Ex: Biometric studies in agriculture employ statistical models to assess crop yield variations based on environmental factors.**Biometrische** studies in de landbouw gebruiken statistische modellen om variaties in gewasopbrengsten te beoordelen op basis van omgevingsfactoren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
microbiology
[zelfstandig naamwoord]

the branch of biology that deals with microorganisms, including bacteria, viruses, fungi, and protozoa, and their effects on living organisms

microbiologie

microbiologie

Ex: A degree in microbiology opens doors to careers in healthcare and research .Een diploma in **microbiologie** opent deuren naar carrières in de gezondheidszorg en onderzoek.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
physiologist
[zelfstandig naamwoord]

a scientist who studies the normal functions and activities of living organisms and their parts, often focusing on how biological systems work at the molecular, cellular, and organ levels

fysioloog, specialist in fysiologie

fysioloog, specialist in fysiologie

Ex: Comparative physiologists investigate how different species adapt to their environments through physiological processes .Vergelijkende **fysiologen** onderzoeken hoe verschillende soorten zich aanpassen aan hun omgeving door fysiologische processen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
ecology
[zelfstandig naamwoord]

the scientific study of the environment or the interrelation of living creatures and the way they affect each other

ecologie, milieuwetenschap

ecologie, milieuwetenschap

Ex: The research team focused on ecology to explore how pollution affects aquatic life .Het onderzoeksteam richtte zich op **ecologie** om te onderzoeken hoe vervuiling het waterleven beïnvloedt.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
ecotourism
[zelfstandig naamwoord]

tourism that includes visiting endangered natural environments which aims at preservation of the wildlife and the nature

ecotoerisme, duurzaam toerisme

ecotoerisme, duurzaam toerisme

Ex: The growing popularity of ecotourism is helping to fund nature reserves around the world .De groeiende populariteit van **ecotoerisme** helpt bij het financieren van natuurreservaten over de hele wereld.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
biomimicry
[zelfstandig naamwoord]

an approach to innovation and problem-solving that draws inspiration from nature's designs, processes, and systems

biomimicry, natuurimitatie

biomimicry, natuurimitatie

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
mucus
[zelfstandig naamwoord]

a thick slimy substance produced by mucous membranes, inside the nose or the mouth, to lubricate and protect them

slijm, mucus

slijm, mucus

Ex: The respiratory therapist taught the patient how to perform chest physiotherapy to help loosen and mobilize mucus in the lungs .De respiratoire therapeut leerde de patiënt hoe thoraxfysiotherapie uit te voeren om **slijm** in de longen los te maken en te mobiliseren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
virion
[zelfstandig naamwoord]

a complete virus particle that includes genetic material wrapped in a protein coat, capable of infecting host cells to replicate

virion, volledig virusdeeltje

virion, volledig virusdeeltje

Ex: Understanding the structure and function of virions is crucial for developing antiviral treatments and vaccines .Het begrijpen van de structuur en functie van **virions** is cruciaal voor de ontwikkeling van antivirale behandelingen en vaccins.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
conditioning
[zelfstandig naamwoord]

the process of training or adapting behavior through repeated experiences or stimuli to produce specific responses or associations

conditionering

conditionering

Ex: Social conditioning refers to the influence of societal norms and expectations on individual behavior and beliefs .Sociale **conditionering** verwijst naar de invloed van maatschappelijke normen en verwachtingen op individueel gedrag en overtuigingen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
nutrient
[zelfstandig naamwoord]

a substance such as a vitamin, protein, fat, etc. that is essential for good health and growth

voedingsstof, voedingsbestanddeel

voedingsstof, voedingsbestanddeel

Ex: Lack of certain nutrients can lead to health problems .Een gebrek aan bepaalde **voedingsstoffen** kan leiden tot gezondheidsproblemen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
gamete
[zelfstandig naamwoord]

a special cell used for reproduction, with sperm cells being the male gametes and egg cells being the female gametes

gameet, geslachtscel

gameet, geslachtscel

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
microbiome
[zelfstandig naamwoord]

the collection of microorganisms, including bacteria, viruses, fungi, and other microbes, that inhabit a particular environment

microbioom, microbiota

microbioom, microbiota

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
anthropogenic
[bijvoeglijk naamwoord]

refering to processes, effects, or phenomena that are caused by human activity or influence

antropogeen, door de mens veroorzaakt

antropogeen, door de mens veroorzaakt

Ex: Anthropogenic influences on the environment can have long-lasting effects on ecosystems and wildlife .**Antropogene** invloeden op het milieu kunnen langdurige effecten hebben op ecosystemen en wilde dieren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
motility
[zelfstandig naamwoord]

the ability of an organism or cell to move independently using specialized structures such as flagella, cilia, or pseudopodia

motiliteit, beweeglijkheid

motiliteit, beweeglijkheid

Ex: Motility is essential for the movement of cells during processes like wound healing and embryonic development .**Motiliteit** is essentieel voor de beweging van cellen tijdens processen zoals wondgenezing en embryonale ontwikkeling.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
protist
[zelfstandig naamwoord]

a single-celled organism that is neither a plant, animal, nor fungus, typically found in aquatic or moist environments

protist, eencellig organisme

protist, eencellig organisme

Ex: Protists play important ecological roles as primary producers and consumers in aquatic food webs .**Protisten** spelen belangrijke ecologische rollen als primaire producenten en consumenten in aquatische voedselwebben.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
homologous
[bijvoeglijk naamwoord]

reflecting a similarity in arrangement, type, or origin, particularly within the same species

homoloog, vergelijkbaar in structuur of oorsprong

homoloog, vergelijkbaar in structuur of oorsprong

Ex: Although they live in different environments , terrestrial and aquatic animals often exhibit homologous anatomical features .Hoewel ze in verschillende omgevingen leven, vertonen terrestrische en aquatische dieren vaak **homologe** anatomische kenmerken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
bioluminescence
[zelfstandig naamwoord]

the light produced by by living organisms as a result of biochemical reactions, often used for communication, attracting prey, or camouflage

bioluminescentie, biologische luminescentie

bioluminescentie, biologische luminescentie

Ex: Certain species of jellyfish , like the Aequorea victoria , exhibit bioluminescence, emitting a greenish-blue glow as a defense mechanism against predators .Bepaalde soorten kwallen, zoals de Aequorea victoria, vertonen **bioluminescentie**, waarbij ze een groenblauwe gloed uitstralen als verdedigingsmechanisme tegen roofdieren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
hydroid
[zelfstandig naamwoord]

a small, plant-like aquatic organism belonging to the class Hydrozoa, often forming branching colonies

hydroïd, klein

hydroïd, klein

Ex: Some species of hydroids have stinging cells similar to those of jellyfish .Sommige soorten **hydroïden** hebben netelcellen die lijken op die van kwallen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
transdifferentiation
[zelfstandig naamwoord]

the process by which a differentiated cell changes its identity and adopts the characteristics of a different cell type

transdifferentiatie, verandering van celtype

transdifferentiatie, verandering van celtype

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
mycelium
[zelfstandig naamwoord]

the network of thread-like structures that form the vegetative part of a fungus, typically growing underground or within a substrate

mycelium

mycelium

Ex: The mushroom 's mycelium extended far beyond the visible fruiting body , hidden beneath the surface .Het **mycelium** van de paddenstoel strekte zich ver uit buiten het zichtbare vruchtlichaam, verborgen onder de oppervlakte.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
mutualist
[bijvoeglijk naamwoord]

(of an organism) engaging in a symbiotic relationship where both participants benefit from the interaction

mutualistisch, symbiotisch

mutualistisch, symbiotisch

Ex: Gardeners often introduce mutualist bacteria to the soil to promote plant health and growth.Tuinlieden introduceren vaak **mutualistische** bacteriën in de grond om de gezondheid en groei van planten te bevorderen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
commensal
[bijvoeglijk naamwoord]

describing a relationship between two organisms where one benefits and the other is neither helped nor harmed

commensaal, gerelateerd aan commensalisme

commensaal, gerelateerd aan commensalisme

Ex: The commensal association between epiphytic plants and their hosts allows the epiphytes to access sunlight high in the canopy.De **commensale** relatie tussen epifytische planten en hun gastheren stelt de epifyten in staat om zonlicht hoog in het bladerdak te bereiken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
mycorrhiza
[zelfstandig naamwoord]

a mutually beneficial symbiotic association between the roots of plants and fungi where the fungus colonizes the root system, facilitating nutrient uptake from the soil

mycorrhiza, mycorrhizale symbiose

mycorrhiza, mycorrhizale symbiose

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to assimilate
[werkwoord]

(of organisms) to absorb and incorporate nutrients or substances from their environment into their own tissues or cells

assimileren, opnemen

assimileren, opnemen

Ex: The fungi assimilated the organic matter from the decaying leaves .De schimmels **assimileerden** het organische materiaal van de rottende bladeren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
spore
[zelfstandig naamwoord]

a reproductive cell capable of developing into a new organism without fusion with another cell, often adapted for survival in harsh conditions

spore, voortplantingscel

spore, voortplantingscel

Ex: The resilient spore can survive extreme temperatures , making it a crucial survival mechanism for certain bacteria .De veerkrachtige **spore** kan extreme temperaturen overleven, wat het een cruciaal overlevingsmechanisme maakt voor bepaalde bacteriën.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
biomass
[zelfstandig naamwoord]

the entirety of living organisms in a specific area or ecosystem, typically measured as dry weight after removing water

biomassa, biologische massa

biomassa, biologische massa

Ex: Forest management practices aim to maintain and increase biomass through sustainable harvesting techniques .Bosbeheerpraktijken zijn gericht op het behouden en vergroten van **biomassa** door middel van duurzame oogsttechnieken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
taxonomy
[zelfstandig naamwoord]

the scientific discipline of classifying and naming organisms based on their evolutionary relationships and shared characteristics

taxonomie, systematiek

taxonomie, systematiek

Ex: Advances in molecular biology have revolutionized taxonomy by providing insights into genetic similarities and differences among organisms .Vooruitgang in de moleculaire biologie heeft een revolutie teweeggebracht in de **taxonomie** door inzicht te geven in genetische overeenkomsten en verschillen tussen organismen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
petri dish
[zelfstandig naamwoord]

a shallow, circular, transparent dish with a lid, commonly used in laboratories to culture and study microorganisms

Petrischaal, Petriplaat

Petrischaal, Petriplaat

Ex: The students carefully transferred the yeast cells into the Petri dish to study their reproductive behavior .De studenten hebben de gistcellen voorzichtig overgebracht naar de **Petrischaal** om hun voortplantingsgedrag te bestuderen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
agar
[zelfstandig naamwoord]

a jelly-like substance extracted from algae, commonly used in biological culture media and as a thickening agent in foods

agar-agar, agar

agar-agar, agar

Ex: The scientist mixed agar with nutrients to create a suitable growth medium for the yeast cells .De wetenschapper mengde **agar** met voedingsstoffen om een geschikte groeimedium voor de gistcellen te creëren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
cosmology
[zelfstandig naamwoord]

the study of the beginning and characteristic of the universe

kosmologie, studie van het universum

kosmologie, studie van het universum

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
virulent
[bijvoeglijk naamwoord]

extremely venomous and effective

virulent

virulent

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
decomposition
[zelfstandig naamwoord]

the natural process where bacteria and fungi break down dead organic matter, returning nutrients to the ecosystem

ontbinding, verrotting

ontbinding, verrotting

Ex: Scientists study decomposition rates to understand how different environments affect nutrient cycling .Wetenschappers bestuderen **afbraaksnelheden** om te begrijpen hoe verschillende omgevingen de nutriëntenkringloop beïnvloeden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
substrate
[zelfstandig naamwoord]

the underlying surface or material where an organism attaches, grows, or feeds

substraat, ondergrond

substraat, ondergrond

Ex: Researchers chose a gel-like substrate in the Petri dish to culture and observe bacterial growth .Onderzoekers kozen voor een gelachtig **substraat** in de Petri-schaal om bacteriegroei te kweken en te observeren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
excitatory
[bijvoeglijk naamwoord]

capable of triggering an increase in the activity or responsiveness of the cell or organism

prikkelend, stimulerend

prikkelend, stimulerend

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
fission yeast
[zelfstandig naamwoord]

a single-celled organism used extensively in biological research as a model organism

splijtingsgist, schizosaccharomyces

splijtingsgist, schizosaccharomyces

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
ameba
[zelfstandig naamwoord]

a single-celled, microscopic organism belonging to the group of protozoa, characterized by a flexible cell membrane and the absence of a fixed body shape

amoebe, amoeben

amoebe, amoeben

Ex: Amebas play a role in nutrient cycling by consuming bacteria and organic matter in their habitats.**Amoeben** spelen een rol in de nutriëntenkringloop door bacteriën en organisch materiaal in hun leefgebieden te consumeren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
adaptation
[zelfstandig naamwoord]

the process by which organisms evolve over time to better suit their environment, survive, and reproduce more effectively

aanpassing, adaptatie

aanpassing, adaptatie

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Natuurwetenschappen SAT
LanGeek
LanGeek app downloaden