pattern

Cambridge English: PET (B1 Voorbereidend) - Landschappen en Landvormen

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
Cambridge English: PET (B1 Preliminary)
branch
[zelfstandig naamwoord]

a part of a tree divided into some other parts on which the leaves grow

tak

tak

Ex: They used a branch to hang the bird feeder , making it accessible to the backyard wildlife .Ze gebruikten een **tak** om de vogelvoeder op te hangen, waardoor deze toegankelijk werd voor het wildleven in de achtertuin.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
bush
[zelfstandig naamwoord]

a type of plant small in size with several stems in the ground

struik, heester

struik, heester

Ex: The children hid behind the bush during their game of hide and seek , enjoying the game ’s excitement .De kinderen verstopten zich achter de **struik** tijdens hun spelletje verstoppertje en genoten van de opwinding van het spel.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
cave
[zelfstandig naamwoord]

a hole or chamber formed underground naturally by rocks gradually breaking down over time

grot, hol

grot, hol

Ex: Cave diving enthusiasts brave the depths of underwater caves, navigating narrow passages and exploring submerged chambers .Grotduik-enthousiastelingen wagen zich in de diepten van onderwatergrotten, navigeren door smalle doorgangen en verkennen onderwaterkamers.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
cliff
[zelfstandig naamwoord]

an area of rock that is high above the ground with a very steep side, often at the edge of the sea

klif, afgrond

klif, afgrond

Ex: The birds built their nests along the cliff's steep face .De vogels bouwden hun nesten langs de steile wand van de **klif**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
glacier
[zelfstandig naamwoord]

a large mass of ice that forms over long periods of time, especially in polar regions or high mountains

gletsjer, permanent ijs

gletsjer, permanent ijs

Ex: The farm uses renewable energy to power its operations.De boerderij gebruikt hernieuwbare energie om zijn activiteiten van stroom te voorzien.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
iceberg
[zelfstandig naamwoord]

a very large floating piece of ice

ijsberg, ijsmassa

ijsberg, ijsmassa

Ex: The expedition team carefully navigated their ship around the towering iceberg.Het expeditieteam navigeerde hun schip voorzichtig rond de torenhoge **ijsberg**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
leaf
[zelfstandig naamwoord]

a usually green part of a plant in which the photosynthesis takes place

blad

blad

Ex: A single leaf fell from the tree .Een enkel **blad** viel van de boom.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
riverbank
[zelfstandig naamwoord]

the bank of a river

rivieroever, oever van de rivier

rivieroever, oever van de rivier

Ex: We enjoyed a peaceful picnic on the shady riverbank, listening to the gentle sounds of the water .We genoten van een vreedzame picknick op de schaduwrijke **rivieroever**, luisterend naar de zachte geluiden van het water.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
sand dune
[zelfstandig naamwoord]

a hill of sand built by wind or water flow

zandduin, duin

zandduin, duin

Ex: The sand dune provided shelter from the wind .De **zandduin** bood beschutting tegen de wind.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
shore
[zelfstandig naamwoord]

the area of land where the land meets a body of water such as an ocean, sea, lake, or river

oever, kust

oever, kust

Ex: The lighthouse stood tall , guiding ships safely to shore.De vuurtoren stond hoog en leidde schepen veilig naar de **kust**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
stone
[zelfstandig naamwoord]

a hard material, usually made of minerals, and often used for building things

steen

steen

Ex: The quarry produces various types of stone for construction projects .De steengroeve produceert verschillende soorten **steen** voor bouwprojecten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
wave
[zelfstandig naamwoord]

a raised body of water that moves along the surface of a sea, river, lake, etc.

golf, deining

golf, deining

Ex: The waves crashed against the rocks with great force .De **golven** sloegen met grote kracht tegen de rotsen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
tropical
[bijvoeglijk naamwoord]

associated with or characteristic of the tropics, regions of the Earth near the equator known for their warm climate and lush vegetation

tropisch, equatoriaal

tropisch, equatoriaal

Ex: The tropical sun provides abundant warmth and energy for photosynthesis in plants .De **tropische** zon biedt overvloedige warmte en energie voor fotosynthese in planten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
temperate
[bijvoeglijk naamwoord]

(of a region or climate) having a temperature that is never very cold or very hot

gematigd, matig

gematigd, matig

Ex: The deciduous forests of the temperate zone experience distinct seasons, with moderate temperatures and changing foliage colors.De loofbossen van de **gematigde** zone ervaren duidelijke seizoenen, met gematigde temperaturen en veranderende bladkleuren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
polar region
[zelfstandig naamwoord]

the part of the Earth's surface forming a cap over a pole; characterized by frigid climate

poolgebied, poolstreek

poolgebied, poolstreek

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
grassland
[zelfstandig naamwoord]

a large, open, and grass-covered area

grasland, weide

grasland, weide

Ex: The grassland is home to antelopes and zebras .De **graslanden** zijn de thuisbasis van antilopen en zebra's.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
trunk
[zelfstandig naamwoord]

the main wooden body of a tree

stam, boomstam

stam, boomstam

Ex: The trunk of the tree showed signs of damage from a recent storm , with several large cracks .De **stam** van de boom vertoonde tekenen van schade door een recente storm, met verschillende grote scheuren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
dense
[bijvoeglijk naamwoord]

thick and difficult to see through, often used to describe fog or smoke

dicht, compact

dicht, compact

Ex: As the train approached , the dense fog obscured the tracks ahead .Toen de trein naderde, verduisterde de **dichte** mist de sporen vooruit.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
nature reserve
[zelfstandig naamwoord]

a protected area of land or water that is set aside for the preservation and protection of natural habitats, wildlife, and plant species

natuurreservaat, natuurgebied

natuurreservaat, natuurgebied

Ex: The new law expanded the boundaries of the nature reserve to include more forested land .De nieuwe wet breidde de grenzen van het **natuurreservaat** uit om meer bebost land te omvatten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
scenery
[zelfstandig naamwoord]

the overall visual appearance of a location, including both the natural landscape and the man-made elements that have been constructed there

landschap, scène

landschap, scène

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
skyline
[zelfstandig naamwoord]

the outline of objects seen against the sky

skyline, silhouet

skyline, silhouet

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
stream
[zelfstandig naamwoord]

a small and narrow river that runs on or under the earth

beek, stroompje

beek, stroompje

Ex: A small stream flows behind their house .Een kleine **beek** stroomt achter hun huis.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
peaceful
[bijvoeglijk naamwoord]

free from conflict, violence, or disorder

vredig, rustig

vredig, rustig

Ex: The meditation session left everyone with a peaceful feeling that lasted throughout the day .De meditatiesessie liet iedereen achter met een **vredig** gevoel dat de hele dag duurde.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Cambridge English: PET (B1 Voorbereidend)
LanGeek
LanGeek app downloaden