Werkwoorden van Bestaan en Actie - Werkwoorden voor Accommodatie

Hier leer je enkele Engelse werkwoorden die verwijzen naar accommodatie, zoals "wonen", "herbergen" en "kamperen".

Herzien

Flashcards

Spelling

Quiz

Begin met leren

Categorized English Verbs of Existence and Action

to accommodate

[werkwoord]

to provide a place for someone to stay and sleep, usually in a house, hotel, or other lodging facility

herbergen, onderbrengen

Ex: The beach resort can accommodate hundreds of guests during the holiday season .Het strandresort kan honderden gasten **herbergen** tijdens het vakantieseizoen.

Sluiten

Inloggen

to house

[werkwoord]

to provide accommodation for someone, typically by giving them a place to live

huisvesten, onderdak bieden

Ex: During the winter months , the shelter opens its doors to house those seeking warmth and safety .Tijdens de wintermaanden opent het onderkomen zijn deuren om degenen die warmte en veiligheid zoeken te **huisvesten**.

Sluiten

Inloggen

to billet

[werkwoord]

to provide lodging, especially for military personnel, typically in civilian homes or non-military facilities

inkwartieren, onderbrengen

Ex: Civilians were asked to billet soldiers during the emergency .Burgers werd gevraagd om soldaten te **huisvesten** tijdens de noodsituatie.

Sluiten

Inloggen

to quarter

[werkwoord]

to provide someone with a place to live, typically for a temporary or specific period

huisvesten, onderdak bieden

Ex: The school district will quarter teachers in nearby apartments to address the housing shortage in the area .Het schooldistrict zal leraren **onderbrengen** in nabijgelegen appartementen om het tekort aan huisvesting in het gebied aan te pakken.

Sluiten

Inloggen

to harbor

[werkwoord]

to provide a safe place for a person

herbergen, onderdak bieden

Ex: They were accused of harboring an illegal immigrant for years .Ze werden beschuldigd van het jarenlang **herbergen** van een illegale immigrant.

Sluiten

Inloggen

to inhabit

[werkwoord]

to reside in a specific place

bewonen, wonen

Ex: The desert is sparsely inhabited due to its harsh climate .De woestijn is schaars **bewoond** vanwege het harde klimaat.

Sluiten

Inloggen

to reside

[werkwoord]

to live in a specific place

wonen, verblijven

Ex: The diplomat and his family temporarily reside in the embassy compound .De diplomaat en zijn familie **wonen** tijdelijk in het ambassadecomplex.

Sluiten

Inloggen

to live

[werkwoord]

to have your home somewhere specific

wonen, leven

Ex: Despite the challenges, they choose to live in a rural community for a slower pace of life.Ondanks de uitdagingen kiezen ze ervoor om in een landelijke gemeenschap te **wonen** voor een langzamer levensritme.

Sluiten

Inloggen

to dwell

[werkwoord]

to live in a particular place

wonen, verblijven

Ex: In the bustling city , millions of people dwell in high-rise apartments , creating a vibrant urban community .In de bruisende stad **wonen** miljoenen mensen in hoogbouwappartementen, wat een levendige stedelijke gemeenschap creëert.

Sluiten

Inloggen

to room

[werkwoord]

to live or stay in the same room or housing with another person

een kamer delen, samenwonen

Ex: He did n’t mind rooming with his teammates during the basketball tournament .Hij had er geen probleem mee om tijdens het basketbaltoernooi **een kamer te delen** met zijn teamgenoten.

Sluiten

Inloggen

to camp

[werkwoord]

to live temporarily outdoors, often in a tent or camper

kamperen, een kamp opzetten

Ex: They chose to camp in a meadow surrounded by wildflowers, creating a picturesque setting for their outdoor adventure.Ze kozen ervoor om te **kamperen** in een weide omringd door wilde bloemen, wat een schilderachtig decor voor hun buitenavontuur creëerde.

Sluiten

Inloggen

to lodge

[werkwoord]

to offer a place to stay or provide accommodation for someone

herbergen, onderdak bieden

Ex: The company provided temporary accommodation for its employees by lodging them in furnished apartments .Het bedrijf bood tijdelijke huisvesting aan zijn werknemers door hen te **huisvesten** in gemeubileerde appartementen.

Sluiten

Inloggen

to board

[werkwoord]

to stay or reside in a place, usually by paying for accommodations

verblijven, wonen

Ex: The elderly woman chose to board in an assisted living facility that offered both companionship and care .De oudere vrouw koos ervoor om te **wonen** in een begeleid wonen-faciliteit die zowel gezelschap als zorg bood.

Sluiten

Inloggen

to nest

[werkwoord]

to build a nest or live in it

nestelen, een nest bouwen

Ex: The pair of lovebirds meticulously worked together to nest in the hollow of a tree .Het paar tortelduifjes werkte nauwgezet samen om te **nestelen** in de holte van een boom.

Sluiten

Inloggen

to occupy

[werkwoord]

to live in a place that is either rented or owned

bewonen, bezetten

Ex: After retiring , they decided to occupy a beachfront condo .Na hun pensionering besloten ze een appartement aan het strand te **bewonen**.

Sluiten

Inloggen

to populate

[werkwoord]

(of individuals or communities) to be present in a particular area

bevolken, bewonen

Ex: The tourist season significantly increases the number of people populating the charming seaside resort .Het toeristenseizoen verhoogt aanzienlijk het aantal mensen dat het charmante badplaatsje **bevolkt**.

Sluiten

Inloggen

to sojourn

[werkwoord]

to stay or reside temporarily in a place

tijdelijk verblijven, verblijven voor een korte tijd

Ex: To escape the city life , the couple planned to sojourn in a secluded cabin in the woods for a peaceful weekend getaway .Om aan het stadsleven te ontsnappen, plande het stel om tijdelijk te **verblijven** in een afgelegen hut in het bos voor een rustig weekendje weg.

Sluiten

Inloggen

to abide

[werkwoord]

to live or stay in a particular place

wonen, verblijven

Ex: During the summer months , numerous vacationers choose to abide in beachfront cottages , enjoying the sun and sea .Tijdens de zomermaanden kiezen veel vakantiegangers ervoor om in strandhuisjes te **verblijven**, genietend van de zon en de zee.

Sluiten

Inloggen

to move in

[werkwoord]

to begin to live in a new house or work in a new office

verhuizen, intrekken

Ex: They plan to move in to the new office by the end of the year .Ze zijn van plan tegen het einde van het jaar naar het nieuwe kantoor te **verhuizen**.

Sluiten

Inloggen

to settle in

[werkwoord]

to become familiar and at ease in a new environment

vestigen, wennen

Ex: The initial nervousness disappeared as they began to settle in and explore their new surroundings .De aanvankelijke nervositeit verdween toen ze begonnen te **wennen** en hun nieuwe omgeving te verkennen.

Sluiten

Inloggen

Werkwoorden van Bestaan en Actie

LanGeek app downloaden