pattern

Sport - Athletics

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
Words Related to Sports
track and field
[Zinsdeel]

a sport that involves various athletic events, including running, jumping, and throwing competitions, that are held on a running track

Ex: The schooltrack and field team won several medals at the state championships .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Ironman
[zelfstandig naamwoord]

a tough triathlon race where athletes swim, bike, and run long distances without stopping

Ironman, Ironman triatlon

Ironman, Ironman triatlon

Ex: She set a personal record in the Ironman, finishing well ahead of her previous time.Ze heeft een persoonlijk record gevestigd in de **Ironman**, ruim voor haar vorige tijd finishend.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
cross-country
[zelfstandig naamwoord]

the sport of running, riding, skiing, or driving over natural terrain

crosscountry, veldloop

crosscountry, veldloop

Ex: The cross-country is known for its demanding course.De **cross-country** staat bekend om zijn veeleisende parcours.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
half marathon
[zelfstandig naamwoord]

a long-distance running race covering a distance of 21.0975 kilometres

halve marathon, halve-marathon

halve marathon, halve-marathon

Ex: He set a personal record in the half-marathon last weekend.Hij heeft afgelopen weekend een persoonlijk record gevestigd in de **halve marathon**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
marathon
[zelfstandig naamwoord]

a running race of 26 miles or 42 kilometers

marathon, marathonloop

marathon, marathonloop

Ex: Running a marathon requires endurance and dedication .Het lopen van een **marathon** vereist uithoudingsvermogen en toewijding.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
ultramarathon
[zelfstandig naamwoord]

a long-distance running race longer than the traditional marathon distance of 42.195 kilometers

ultramarathon

ultramarathon

Ex: Sarah set a new personal record in the ultramarathon, finishing in under ten hours .Sarah heeft een nieuw persoonlijk record gevestigd in de **ultramarathon**, met een finish in minder dan tien uur.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
parkour
[zelfstandig naamwoord]

the sport or activity of moving through an area, particularly an urban area, by running, jumping, and climbing over, under, or around different obstacles

parkour, kunst van verplaatsing

parkour, kunst van verplaatsing

Ex: Videos showcasing skilled parkour athletes performing impressive stunts often go viral on social media platforms .Video's waarin bekwame **parkour**-atleten indrukwekkende stunts uitvoeren, gaan vaak viraal op sociale mediaplatforms.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
CrossFit
[zelfstandig naamwoord]

a high-intensity fitness program that combines various exercises like weightlifting, cardio, and gymnastics

CrossFit, een high-intensity fitnessprogramma dat verschillende oefeningen combineert zoals gewichtheffen

CrossFit, een high-intensity fitnessprogramma dat verschillende oefeningen combineert zoals gewichtheffen

Ex: CrossFit has gained popularity in recent years for its effectiveness in improving strength , endurance , and overall athletic performance , attracting athletes of all ages and fitness levels .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
running
[zelfstandig naamwoord]

the action of competing in an athletic event where participants move swiftly on foot, typically on a track

hardlopen

hardlopen

Ex: Running is a fundamental aspect of many track and field competitions.**Hardlopen** is een fundamenteel aspect van veel atletiekwedstrijden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
para-athletics
[zelfstandig naamwoord]

athletic competitions specifically designed for athletes with physical disabilities

para-atletiek, atletiek speciaal ontworpen voor atleten met een lichamelijke beperking

para-atletiek, atletiek speciaal ontworpen voor atleten met een lichamelijke beperking

Ex: His dedication to para-athletics earned him recognition as a Paralympic champion .Zijn toewijding aan **para-atletiek** leverde hem erkenning op als Paralympisch kampioen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
para triathlon
[zelfstandig naamwoord]

a multisport event comprising swimming, cycling, and running for athletes with physical disabilities

paratriatlon

paratriatlon

Ex: The para triathlon is a challenging test of endurance and skill for athletes with physical disabilities .De **para triatlon** is een uitdagende test van uithoudingsvermogen en vaardigheid voor atleten met een lichamelijke beperking.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
decathlon
[zelfstandig naamwoord]

a competition consisting of ten different sports that takes place over two days

tienkamp, wedstrijd bestaande uit tien verschillende sporten

tienkamp, wedstrijd bestaande uit tien verschillende sporten

Ex: He struggled with fatigue during the final events of the decathlon but summoned the strength to finish strong and earn a podium spot .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
heptathlon
[zelfstandig naamwoord]

a combined event consisting of seven track and field events for female athletes

zevenkamp, gecombineerd evenement bestaande uit zeven atletiekonderdelen voor vrouwelijke atleten

zevenkamp, gecombineerd evenement bestaande uit zeven atletiekonderdelen voor vrouwelijke atleten

Ex: She broke the national record in the heptathlon with an outstanding performance .Ze verbrak het nationale record in de **zevenkamp** met een uitstekende prestatie.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
pentathlon
[zelfstandig naamwoord]

an athletic competition with five different events

vijfkamp, wedstrijd in de vijfkamp

vijfkamp, wedstrijd in de vijfkamp

Ex: Jane is training hard for the upcoming pentathlon.Jane traint hard voor de aanstaande **vijfkamp**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
tetrathlon
[zelfstandig naamwoord]

a multi-discipline event consisting of four components: running, swimming, shooting, and horse riding

tetrathlon, vierkamp

tetrathlon, vierkamp

Ex: The tetrathlon requires athletes to excel in running , swimming , shooting , and horse riding .De **tetrathlon** vereist dat atleten uitblinken in hardlopen, zwemmen, schieten en paardrijden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
jumping
[zelfstandig naamwoord]

the athletic action or sport of pushing oneself off the ground using one or both legs, often for height or distance

springen

springen

Ex: Jumping tests an athlete's agility and power effectively.**Springen** test effectief de behendigheid en kracht van een atleet.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
pole vault
[zelfstandig naamwoord]

a track and field event in which an athlete uses a long, flexible pole to jump over a bar

polsstokhoogspringen, polsstokhoogspringen

polsstokhoogspringen, polsstokhoogspringen

Ex: The pole vault is one of the most exciting events to watch in track and field .Het **polsstokhoogspringen** is een van de meest opwindende evenementen om te zien in atletiek.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
high jump
[zelfstandig naamwoord]

a sport in which participants jump without using any equipment over a horizontal bar that is placed at different heights

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
long jump
[zelfstandig naamwoord]

an athletic event in which competitors run down a track and jump as far as possible from a takeoff board, aiming to land in a pit filled with sand

verspringen, lange sprong

verspringen, lange sprong

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
triple jump
[zelfstandig naamwoord]

an athletic event in which competitors take three consecutive jumps, consisting of a hop, step, and jump, in order to achieve the greatest distance possible

hink-stap-springen, driesprong

hink-stap-springen, driesprong

Ex: He was disappointed with his triple jump result , as he had hoped to break the school record .Hij was teleurgesteld over zijn resultaat bij het **hink-stap-springen**, omdat hij hoopte het schoolrecord te breken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
throwing sport
[zelfstandig naamwoord]

the events where participants compete by hurling objects such as javelins, shot puts, or discuses for distance or accuracy

werpsport, werpdiscipline

werpsport, werpdiscipline

Ex: He broke the world record in the javelin throw , showcasing his mastery in the throwing sport.Hij verbrak het wereldrecord in het speerwerpen en toonde zijn meesterschap in de **werp sport**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
hammer throw
[zelfstandig naamwoord]

an athletic event where athletes spin and release a heavy metal ball attached to a wire and handle, aiming to achieve the longest distance possible

hamerslingeren, hamerwerpen

hamerslingeren, hamerwerpen

Ex: He competed against top athletes from around the world in the hammer throw.Hij deed mee tegen topatleten van over de hele wereld in het **kogelslingeren**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
discus throw
[zelfstandig naamwoord]

a field event where athletes hurl a heavy discus as far as possible within a designated throwing area

discuswerpen, discusworp

discuswerpen, discusworp

Ex: His consistent discus throw performances earned him a spot on the national team .Zijn consistente prestaties bij het **discuswerpen** leverden hem een plek op in het nationale team op.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
shot put
[zelfstandig naamwoord]

an athletic field event where competitors throw a heavy metal ball as far as possible within a marked circle

kogelstoten, kogelwerpen

kogelstoten, kogelwerpen

Ex: The shot put area is marked off with a special line to measure each athlete 's throw .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
javelin
[zelfstandig naamwoord]

a sport or competition in which a light spear is thrown as far as possible

speer, speerwerpen

speer, speerwerpen

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
hurdling
[zelfstandig naamwoord]

the athletic event or technique in track and field where athletes sprint and jump over hurdles set at regular distances along a track

hordelopen, hordespringen

hordelopen, hordespringen

Ex: The coach focused on improving their hurdling form during training .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
400 meters hurdles
[zelfstandig naamwoord]

a race in which athletes run a distance of 400 meters while clearing hurdles set along the track

400 meter horden, 400 meter hordenloop

400 meter horden, 400 meter hordenloop

Ex: She cleared each hurdle smoothly in the 400 meters hurdles, maintaining her lead .Ze nam elke horde soepel in de **400 meter horden**, waarbij ze haar voorsprong behield.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
110 meters hurdles
[zelfstandig naamwoord]

a race where athletes sprint over a series of hurdles spaced 110 meters apart on a track

110 meter horden, 110 meter hordenloop

110 meter horden, 110 meter hordenloop

Ex: She won the gold medal in the 110 meters hurdles at the national championships .Ze won de gouden medaille op de **110 meter horden** bij de nationale kampioenschappen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
dash
[zelfstandig naamwoord]

a short-distance sprinting race in track and field, typically ranging from 60 meters to 400 meters

sprint, kortebaanrace

sprint, kortebaanrace

Ex: The dash requires quick acceleration and strong finishing speed .De **dash** vereist snelle acceleratie en sterke eindsnelheid.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
field events
[zelfstandig naamwoord]

the competitions involving jumping, throwing, or other activities performed on a field, rather than running events

veldwedstrijden, wedstrijden in springen en werpen

veldwedstrijden, wedstrijden in springen en werpen

Ex: His strength and agility make him a formidable competitor in field events.Zijn kracht en behendigheid maken hem een geduchte concurrent in de **veldwedstrijden**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to outstrip
[werkwoord]

to move faster in comparison to other things or people

voorbijstreven, overtreffen

voorbijstreven, overtreffen

Ex: The spaceship outstripped all previous speed records .Het ruimteschip **overtrof** alle vorige snelheidsrecords.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
personal best
[zelfstandig naamwoord]

an individual's highest achievement or performance in a particular activity or event

persoonlijk record, persoonlijke beste

persoonlijk record, persoonlijke beste

Ex: His personal best in the high jump was unmatched by any of his competitors .Zijn **persoonlijke record** in het hoogspringen werd door geen van zijn concurrenten geëvenaard.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
starting line
[zelfstandig naamwoord]

the designated point on a track or field where athletes begin a race or event

startlijn, startlijn

startlijn, startlijn

Ex: The official signaled the athletes to get set at the starting line.De official gaf de atleten een teken om klaar te staan aan de **startlijn**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
track event
[zelfstandig naamwoord]

a competitive athletic event held on a designated track, involving various disciplines such as sprints, hurdles, middle-distance, and long-distance running, as well as relays

baanevenement, atletiekwedstrijd op de baan

baanevenement, atletiekwedstrijd op de baan

Ex: She set a new personal record in the 1500-meter track event.Ze heeft een nieuw persoonlijk record gevestigd in de **baanwedstrijd** van 1500 meter.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
relay
[zelfstandig naamwoord]

an athletic race in track and field where teams of runners compete by sequentially passing a baton from one teammate to the next over a set distance

estafette, estafetterace

estafette, estafetterace

Ex: The relay is a highly anticipated event in track and field competitions .De **estafette** is een zeer verwacht evenement in atletiekwedstrijden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
run
[zelfstandig naamwoord]

a race where participants move swiftly on foot to reach a specific distance or finish line

loop, loopwedstrijd

loop, loopwedstrijd

Ex: He placed third in the 10 K charity run, raising funds for cancer research .Hij eindigde als derde in de 10K-goededoelen**loop** en haalde geld op voor kankeronderzoek.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
broad jump
[zelfstandig naamwoord]

a track and field event where athletes jump forward from a standing position, aiming for distance rather than height

verspringen uit stand, staand verspringen

verspringen uit stand, staand verspringen

Ex: The broad jump event is also known as the long jump in some regions .Het **verspringen** evenement staat in sommige regio's ook bekend als het verspringen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
steeplechase
[zelfstandig naamwoord]

a race in which people or animals, typically horses, have to jump over fences, ditches, bushes, etc. in order to finish the race

hindernisrace, steeplechase

hindernisrace, steeplechase

Ex: He excelled in the steeplechase, consistently finishing at the top of his class due to his powerful running and precise jumping abilities .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Sport
LanGeek
LanGeek app downloaden