Premium|Mobiele app|Woordenboek

Ranglijst

Begin met leren

Mobiele app Premium Woordenboek

pattern

Cambridge English: CPE (C2 Proficiency) - Arrogantie en Hoogmoed

Herzien

Flashcards

Spelling

Quiz

Begin met leren

Cambridge English: CPE (C2 Proficiency)

[bijvoeglijk naamwoord]

behaving without shame or fear and refusing to follow traditional rules or manners

brutaal, onbeschaamd

brutaal, onbeschaamd

Ex: The company's brazen advertising campaign pushed boundaries by addressing taboo subjects to attract attention.De **schaamteloze** advertentiecampagne van het bedrijf verlegde grenzen door taboeonderwerpen aan te snijden om aandacht te trekken.

Sluiten

[zelfstandig naamwoord]

a person who talks too much, often bragging loudly about themselves or their opinions

opschepper, pocher

opschepper, pocher

Sluiten

[zelfstandig naamwoord]

a person who is always showing off the things they have in a way that may come across as annoying or exaggerated

opschepper, pocher

opschepper, pocher

Ex: She felt frustrated dealing with the braggart who kept flaunting his achievements .Ze voelde zich gefrustreerd door de opschepper die maar bleef pronken met zijn prestaties.

Sluiten

[bijvoeglijk naamwoord]

showing an arrogant or dismissive attitude, often by treating serious matters lightly

nonchalant, hooghartig

nonchalant, hooghartig

Ex: Their cavalier treatment of the rules led to trouble .Hun **nonchalante** behandeling van de regels leidde tot problemen.

Sluiten

[zelfstandig naamwoord]

a way of behaving that is shamelessly rude and bold

schaamteloosheid, brutaliteit

schaamteloosheid, brutaliteit

Ex: She was embarrassed by the effrontery of her friend ’s behavior at the dinner party .Ze was beschaamd over de **brutaliteit** van het gedrag van haar vriend tijdens het diner.

Sluiten

[bijvoeglijk naamwoord]

having too much pride or confidence in oneself

overmoedig, arrogant

overmoedig, arrogant

Ex: They resented his overweening belief that he was always right .Ze namen hem kwalijk zijn **hoogmoedige** overtuiging dat hij altijd gelijk had.

Sluiten

[bijvoeglijk naamwoord]

focused too much on minor details or rules in learning, often showing off knowledge in a way that feels narrow or overly concerned with trivial points

pedant, vitterig

pedant, vitterig

Ex: Critics called the book pedantic, praising its accuracy but not its readability.Critici noemden het boek **pedant**, prezen de nauwkeurigheid ervan maar niet de leesbaarheid.

Sluiten

[bijvoeglijk naamwoord]

excessively concerned with following rules, morals, and social norms

pedant, moraliserend

pedant, moraliserend

Ex: The priggish neighbor always complained about the noise , even though the party was well within the noise ordinance .De **preutse** buur klaagde altijd over het geluid, ook al was het feestje volledig binnen de geluidsnormen.

Sluiten

[bijvoeglijk naamwoord]

behaving in a snobbish, disdainful manner, often showing a sense of superiority toward others

hooghartig, neerbuigend

hooghartig, neerbuigend

Ex: Despite his snooty behavior , his lack of genuine accomplishments was evident to those around him .Ondanks zijn **verwaande** gedrag was zijn gebrek aan echte prestaties duidelijk voor de mensen om hem heen.

Sluiten

[zelfstandig naamwoord]

an unreasonably excessive amount of pride or arrogance

hubris, overmatige trots

hubris, overmatige trots

Ex: The hero ’s hubris ultimately led to his tragic end .De **hubris** van de held leidde uiteindelijk tot zijn tragische einde.

Sluiten

[bijvoeglijk naamwoord]

having an unpleasantly proud and arrogant demeanor, displaying a demand for obedience

autoritair, overheersend

autoritair, overheersend

Ex: The manager ’s imperious demands created a tense atmosphere among the staff .De **autoritaire** eisen van de manager creëerden een gespannen sfeer onder het personeel.

Sluiten

[bijvoeglijk naamwoord]

attempting to showcase how one believes to be morally or religiously superior

schijnheilig, hypocriet vroom

schijnheilig, hypocriet vroom

Ex: The sanctimonious nature of his public persona was at odds with his private actions .De **schijnheilige** aard van zijn publieke persona stond haaks op zijn privé-acties.

Sluiten

[zelfstandig naamwoord]

the quality of being foolishly or rudely bold

overmoed, brutaliteit

overmoed, brutaliteit

Ex: She could n’t believe the temerity required to make such bold claims in the report .Ze kon niet geloven welke **onbeschaamdheid** nodig was om zulke gedurfde beweringen in het rapport te doen.

Sluiten

[zelfstandig naamwoord]

pretentious speech or writing that sounds impressive but lacks real substance

hoogdravende taal, holle retoriek

hoogdravende taal, holle retoriek

Ex: Beneath the bombast, there was little genuine emotion .**Onder het bombast**, was er weinig echte emotie.

Sluiten

[bijvoeglijk naamwoord]

bitingly sarcastic and often cruel in tone or temper

bijtend, sarcastisch

bijtend, sarcastisch

Ex: Her acerbic response to the suggestion was both surprising and painful for those who heard it .Haar **bittere** reactie op het voorstel was zowel verrassend als pijnlijk voor degenen die het hoorden.

Sluiten

[bijvoeglijk naamwoord]

expressing oneself in a lofty or overly elaborate manner to impress others

hoogdravend, bombastisch

hoogdravend, bombastisch

Ex: His grandiloquent attitude at the party made it clear he wanted everyone to know about his recent success.Ze nam een **hoogdravende** toon aan om autoritatiever te klinken dan ze in werkelijkheid was.

Sluiten

[bijvoeglijk naamwoord]

having a negative or belittling connotation

pejoratief, denigrerend

pejoratief, denigrerend

Ex: She rolled her eyes at the pejorative nickname they gave her .Ze rolde met haar ogen om de **denigrerende** bijnaam die ze haar gaven.

Sluiten

[bijvoeglijk naamwoord]

showing disapproval, blame, or disappointment, often as a way to correct or remind someone of their fault

verwijtend, afkeurend

verwijtend, afkeurend

Ex: The dog hung its head under its owner 's reproachful stare .De hong liet zijn hoofd hangen onder de **afkeurende** blik van zijn eigenaar.

Sluiten

[bijvoeglijk naamwoord]

deliberately insulting in a way that damages someone's reputation

schunnig, lasterlijk

schunnig, lasterlijk

Ex: Lawyers are preparing to file a lawsuit to stop the scurrilous spread of false information about their client .Advocaten bereiden zich voor om een rechtszaak aan te spannen om de **lasterlijke** verspreiding van valse informatie over hun cliënt te stoppen.

Sluiten

[bijvoeglijk naamwoord]

characterized by bitter, harsh, and caustic criticism or comments

vitrioolachtig, bijtend

vitrioolachtig, bijtend

Ex: His vitriolic remarks during the debate were meant to provoke and insult .Zijn **bittere** opmerkingen tijdens het debat waren bedoeld om te provoceren en te beledigen.

Sluiten

[bijvoeglijk naamwoord]

criticizing or insulting in a hurtful and angry manner

scheldend, beledigend

scheldend, beledigend

Ex: His vituperative criticism of the team ’s performance was both hurtful and uncalled for .Zijn **bittere** kritiek op de prestaties van het team was zowel kwetsend als ongepast.

Sluiten

[bijvoeglijk naamwoord]

self-important and very eager to give orders or help when it is not wanted, or needed

bemoeizuchtig, officieus

bemoeizuchtig, officieus

Ex: His officious manner during the meeting irritated everyone .Zijn **bemoeizuchtige** houding tijdens de vergadering irriteerde iedereen.

Sluiten

[bijvoeglijk naamwoord]

noticeable in a way that is unpleasant, unwanted, or disruptive

opdringerig, storend

opdringerig, storend

Ex: The obtrusive noise from the construction site disrupted the peaceful neighborhood .Het **opdringerige** lawaai van de bouwplaats verstoorde de vreedzame buurt.

Sluiten

[zelfstandig naamwoord]

someone who strongly believes that their gender, race, country, or group is superior

chauvinist, seksist

chauvinist, seksist

Ex: The chauvinist refused to acknowledge the achievements of anyone outside his own country .De **chauvinist** weigerde de prestaties van iemand buiten zijn eigen land te erkennen.

Sluiten

[zelfstandig naamwoord]

someone who talks or thinks about themselves constantly and believes they are superior to others

egotist, egocentrist

egotist, egocentrist

Ex: An egotist often struggles to understand others ' perspectives , focusing primarily on their own viewpoint .Ze vermeed met hem te werken—hij was een beruchte **egotist** die de ideeën van anderen afwees.

Sluiten

[zelfstandig naamwoord]

a psychological condition or personality trait characterized by an inflated sense of power, importance, or self-worth

megalomanie, grootheidswaan

megalomanie, grootheidswaan

Ex: Critics accused the artist of megalomania after he declared his work " the future of humanity . "Critici beschuldigden de kunstenaar van **megalomanie** nadat hij zijn werk "de toekomst van de mensheid" had verklaard.

Sluiten

Cambridge English: CPE (C2 Proficiency)

LanGeek app downloaden