pattern

Woordenschat voor IELTS Academic (Score 8-9) - Weather

Hier leer je enkele Engelse woorden die verband houden met het weer en die nodig zijn voor het academische IELTS-examen.

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
Vocabulary for Academic IELTS (8)
monsoon
[zelfstandig naamwoord]

a period in the summer during which wind blows and rain falls in India or other hot South Asian countries

moesson, regenseizoen

moesson, regenseizoen

Ex: Meteorologists closely monitor atmospheric conditions to predict the onset and duration of the monsoon, helping communities prepare for its arrival .Meteorologen houden de atmosferische omstandigheden nauwlettend in de gaten om het begin en de duur van de **moesson** te voorspellen, waardoor gemeenschappen zich kunnen voorbereiden op de komst ervan.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
precipitation
[zelfstandig naamwoord]

snow, rain, hail, etc. that falls to or condenses on the ground

neerslag

neerslag

Ex: The accumulation of ice on power lines and tree branches during freezing precipitation can lead to power outages and hazardous road conditions .De ophoping van ijs op elektriciteitsleidingen en boomtakken tijdens bevriezende **neerslag** kan leiden tot stroomuitval en gevaarlijke wegomstandigheden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
dew
[zelfstandig naamwoord]

the tiny water drops that form on cool surfaces during the night, caused by condensation

dauw, nachtelijke condensatie

dauw, nachtelijke condensatie

Ex: In the early morning light , dew glistened like diamonds on the grass , adding a magical quality to the landscape .In het vroege ochtendlicht glinsterde de **dauw** als diamanten op het gras, wat een magische kwaliteit aan het landschap toevoegde.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
thermometer
[zelfstandig naamwoord]

a piece of equipment that measures the temperature of the air

thermometer

thermometer

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
anemometer
[zelfstandig naamwoord]

a device used to measure the speed and direction of the wind

anemometer, windmeter

anemometer, windmeter

Ex: Wind energy technicians use anemometers to determine the potential power output of a wind turbine .
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
isobar
[zelfstandig naamwoord]

(meteorology) a line on a map that joins places with the same air pressure at a given time or over a given period

isobaar, isobarenlijn

isobaar, isobarenlijn

Ex: As the storm approached , the isobars on the weather chart began to cluster more closely together , signaling strong winds .Toen de storm naderde, begonnen de **isobaren** op de weerkaart dichter bij elkaar te clusteren, wat op sterke winden wees.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
beaufort scale
[zelfstandig naamwoord]

a scale devised to estimate wind speeds based on the observed effects of the wind on the sea surface and land features

schaal van Beaufort, Beaufortschaal

schaal van Beaufort, Beaufortschaal

Ex: The coastal weather station reported a Beaufort Scale rating of 4, indicating a moderate breeze along the shoreline.Het kustweerstation meldde een **Beaufortschaal**-beoordeling van 4, wat duidt op een matige bries langs de kustlijn.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
flurry
[zelfstandig naamwoord]

a small amount of rain, snow, etc. that moves in a quick and stormy way and lasts only for a short period of time

vlaag, bui

vlaag, bui

Ex: A brief flurry of snow made the roads slippery .Een korte **vlaag** sneeuw maakte de wegen glad.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
sleet
[zelfstandig naamwoord]

frozen raindrops or partially melted snowflakes that fall as ice pellets

natte sneeuw, hagel

natte sneeuw, hagel

Ex: The sleet clung to the tree branches , creating a picturesque winter scene .De **natte sneeuw** bleef aan de boomtakken hangen, wat een schilderachtig winters tafereel creëerde.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
whiteout
[zelfstandig naamwoord]

a meteorological phenomenon characterized by a dense, widespread snowfall that significantly reduces visibility, often resulting in a featureless landscape

sneeuwstorm, whiteout

sneeuwstorm, whiteout

Ex: The pilot decided to delay the flight due to the impending whiteout conditions.De piloot besloot de vlucht uit te stellen vanwege de naderende **sneeuwstorm**-omstandigheden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
chinook
[zelfstandig naamwoord]

a warm, dry wind that descends the eastern slopes of the Rocky Mountains, causing a rapid and significant increase in temperature

chinook, chinookwind

chinook, chinookwind

Ex: Farmers welcomed the chinook, as it helped prevent frost damage to crops during cold spells .De boeren verwelkomden de **chinook**, omdat het hielp vorstschade aan gewassen tijdens koude periodes te voorkomen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
gust
[zelfstandig naamwoord]

a drastic and sudden rush of wind

vlaag, windstoot

vlaag, windstoot

Ex: With each gust, the autumn leaves danced and twirled in a colorful whirlwind before settling back to the ground .Met elke **vlaag** dansten en draaiden de herfstbladeren in een kleurrijke wervelwind voordat ze weer op de grond neerdaalden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
slush
[zelfstandig naamwoord]

partially melted snow or ice, often forming a wet and muddy mixture

half gesmolten sneeuw, smurrie

half gesmolten sneeuw, smurrie

Ex: The slush on the driveway made it challenging for the homeowners to clear a path for their cars .De **slush** op de oprit maakte het uitdagend voor de huiseigenaren om een pad voor hun auto's vrij te maken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
squall
[zelfstandig naamwoord]

a sudden, intense, and brief storm characterized by strong winds and often accompanied by rain or snow

een windvlaag, een stortbui

een windvlaag, een stortbui

Ex: The plane experienced turbulence as it passed through a squall, causing a brief period of discomfort for the passengers .Het vliegtuig ervoer turbulentie toen het door een **vlaag** vloog, wat een korte periode van ongemak veroorzaakte voor de passagiers.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
flash flood
[zelfstandig naamwoord]

a sudden and rapid flooding of a normally dry area, often caused by heavy rainfall or the sudden release of water

plotselinge overstroming, flitsvloed

plotselinge overstroming, flitsvloed

Ex: Flash floods can occur with little warning , making it essential to stay informed about weather conditions in vulnerable areas .**Overstromingen** kunnen met weinig waarschuwing optreden, waardoor het essentieel is om op de hoogte te blijven van de weersomstandigheden in kwetsbare gebieden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
sunburst
[zelfstandig naamwoord]

a sudden, intense appearance of sunlight, often breaking through clouds and creating a radiant and vivid effect in the sky

zonne-uitbarsting, zonnestraal

zonne-uitbarsting, zonnestraal

Ex: The sunrise was accompanied by a brilliant sunburst, painting the sky with hues of pink and orange .De zonsopgang werd vergezeld door een schitterende **zonne-uitbarsting**, die de lucht schilderde in tinten roze en oranje.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
anticyclone
[zelfstandig naamwoord]

a weather phenomenon with an extensive circulation of winds around a central region of high barometric pressure that is connected with calm and fine weather

anticycloon, hogedrukgebied

anticycloon, hogedrukgebied

Ex: Residents took advantage of the calm weather brought by the anticyclone to enjoy outdoor activities like picnics and hiking in the mountains .De inwoners maakten gebruik van het rustige weer dat door de **anticycloon** werd gebracht om te genieten van buitenactiviteiten zoals picknicks en wandelingen in de bergen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
bluster
[zelfstandig naamwoord]

a strong, noisy, and gusty wind, often accompanied by turbulent

storm, windvlaag

storm, windvlaag

Ex: The windows rattled with each gust of the bluster, creating an eerie ambiance indoors .De ramen ratelden bij elke windvlaag van de **storm**, wat een griezelige sfeer binnenshuis creëerde.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
balmy
[bijvoeglijk naamwoord]

pleasantly warm, mild, and soothing

zacht, aangenaam warm

zacht, aangenaam warm

Ex: The balmy atmosphere of the spa provided a relaxing environment for guests to unwind .De **zachte** sfeer van de spa bood een ontspannen omgeving voor gasten om te ontspannen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Woordenschat voor IELTS Academic (Score 8-9)
LanGeek
LanGeek app downloaden