pattern

ACT Engels en Wereldkennis - Fysieke wereld

Hier leer je enkele Engelse woorden die verband houden met de fysieke wereld, zoals "voeden", "transpireren", "inscriptie", enz. die je zullen helpen je ACT's te halen.

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
ACT Vocabulary for English and World Knowledge
abrasion
[zelfstandig naamwoord]

the process of wearing down or smoothing a surface through friction, typically caused by rubbing, scraping, or erosion

abrasie, slijtage door wrijving

abrasie, slijtage door wrijving

Ex: The glacier 's movement across the landscape resulted in extensive abrasion of the underlying bedrock .De beweging van de gletsjer over het landschap resulteerde in uitgebreide **abrasie** van het onderliggende gesteente.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
friction
[zelfstandig naamwoord]

the resistance that two surfaces moving on each other encounter

wrijving, weerstand

wrijving, weerstand

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
exterior
[zelfstandig naamwoord]

the outer surface or outermost layer of an object, building, etc.

buitenkant, buitenoppervlak

buitenkant, buitenoppervlak

Ex: The building ’s stone exterior gave it a timeless , elegant look .De stenen **gevel** van het gebouw gaf het een tijdloze, elegante uitstraling.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
immersion
[zelfstandig naamwoord]

the act of fully submerging something into a liquid or substance, typically for the purpose of soaking

onderdompeling, immersie

onderdompeling, immersie

Ex: The immersion of the metal part in the acid bath helped remove the rust .Het **onderdompelen** van het metalen onderdeel in het zuurbad hielp bij het verwijderen van de roest.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
emission
[zelfstandig naamwoord]

the act of producing or releasing something, especially gas or radiation, into the atmosphere or environment

emissie, uitstoot

emissie, uitstoot

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
particle
[zelfstandig naamwoord]

a tiny, discrete unit of matter or substance that can range from subatomic particles like electrons and protons to larger particles like dust or sand grains

deeltje, korrel

deeltje, korrel

Ex: Dust particles settled on the furniture , indicating the need for regular cleaning .Stof**deeltjes** zetten zich af op het meubilair, wat wijst op de noodzaak van regelmatig schoonmaken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
blaze
[zelfstandig naamwoord]

a bright, intense flame or fire that burns strongly and produces a lot of light and heat

vlam, vuur

vlam, vuur

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
slat
[zelfstandig naamwoord]

a narrow, flat piece of wood, metal, or plastic, typically used as a component in structures like fences, blinds, or furniture

lat, lamel

lat, lamel

Ex: The old barn had weathered slats on the walls , giving it a rustic appearance .De oude schuur had verweerde **latten** aan de muren, wat het een rustiek uiterlijk gaf.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
enclosure
[zelfstandig naamwoord]

a space or area that is closed off or surrounded by walls, fences, or barriers, often used for containment, protection, or confinement

omheining, verblijf

omheining, verblijf

Ex: Archaeologists discovered ancient artifacts in a sealed stone enclosure buried underground .Archeologen ontdekten oude artefacten in een verzegelde stenen **omheining** begraven onder de grond.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
recess
[zelfstandig naamwoord]

a small indented area or alcove set back into a wall or other surface

uitsparing, nis

uitsparing, nis

Ex: The recess in the corner of the garden was a perfect spot for a small fountain .De **nis** in de hoek van de tuin was een perfecte plek voor een kleine fontein.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
alcove
[zelfstandig naamwoord]

a recessed part of a wall that is built further back from the rest of it

alcove, nis

alcove, nis

Ex: The art gallery had a special alcove dedicated to showcasing sculptures , illuminated by soft overhead lighting .De kunstgalerie had een speciale **nis** gewijd aan het tentoonstellen van sculpturen, verlicht door zacht plafondlicht.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
rim
[zelfstandig naamwoord]

the outer edge or border of a circular object, often serving as a boundary or support

rand, velg

rand, velg

Ex: He carefully traced his finger along the rim of the antique telescope , feeling the smooth metal .Hij leidde zijn vinger zorgvuldig langs de **rand** van de antieke telescoop, het gladde metaal voelend.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
curbside
[zelfstandig naamwoord]

the area adjacent to the edge of a street or road where vehicles can park or where services, such as deliveries or pickups, often take place

stoeprand, kant van de weg

stoeprand, kant van de weg

Ex: Pedestrians crossed the street using the designated curbside crosswalk.Voetgangers staken de straat over met behulp van de aangewezen **stoeprand** oversteekplaats.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
dent
[zelfstandig naamwoord]

a depression or hollow in a surface, typically caused by impact or pressure

deuk, kuil

deuk, kuil

Ex: The plumber fixed the sink , but there was still a small dent on the side .De loodgieter heeft de gootsteen gerepareerd, maar er zat nog een kleine **deuk** in de zijkant.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
socket
[zelfstandig naamwoord]

a hollow part or cavity into which something fits, typically used to connect or hold objects in place

socket, fitting

socket, fitting

Ex: She inserted the umbrella pole into the patio table 's socket to secure it against wind .Ze stak de parasolpaal in de **houder** van de patio tafel om hem tegen de wind te beveiligen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
ridge
[zelfstandig naamwoord]

the highest point where two roof slopes meet, forming a horizontal line along the top of the roof

nok, daknok

nok, daknok

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
groove
[zelfstandig naamwoord]

a long, narrow cut or indentation, often linear in shape, that is typically found on surfaces such as columns, moldings, or panels in architectural design

groef, gleuf

groef, gleuf

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
slab
[zelfstandig naamwoord]

a thick and flat piece of hard material, such as a stone, metal, wood, etc. that is usually in the shape of a square or rectangle

plaat, tegel

plaat, tegel

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
trench
[zelfstandig naamwoord]

a long, narrow excavation or ditch dug into the ground, typically for military purposes, drainage, or archaeological exploration

geul, loopgraaf

geul, loopgraaf

Ex: The Hadal trenches, found in the deepest parts of the ocean , host unique ecosystems adapted to extreme pressures and darkness .De Hadal-troggen, die zich in de diepste delen van de oceaan bevinden, herbergen unieke ecosystemen die zijn aangepast aan extreme druk en duisternis.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
soot
[zelfstandig naamwoord]

a black powdery substance produced by burning materials like wood or coal

roet, zwartsel

roet, zwartsel

Ex: Historic buildings may undergo periodic cleaning to remove accumulated soot from their facades .Historische gebouwen kunnen periodiek worden schoongemaakt om opgehoopt **roet** van hun gevels te verwijderen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
varnish
[zelfstandig naamwoord]

a clear or tinted coating made from resins, oils, and solvents that is applied to wood, metal, or other surfaces to provide a protective and decorative finish

vernis, lak

vernis, lak

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
void
[zelfstandig naamwoord]

an empty or vacant space within a solid object or within a larger area, typically devoid of substance

leegte, holte

leegte, holte

Ex: Engineers detected a void in the concrete foundation of the bridge during inspection .Ingenieurs hebben tijdens inspectie een **holte** ontdekt in de betonnen fundering van de brug.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
vacuum
[zelfstandig naamwoord]

a space that is utterly empty of all matter

vacuüm, leegte

vacuüm, leegte

Ex: The vacuum of space is characterized by extremely low pressure and the absence of atmosphere .Het **vacuüm** van de ruimte wordt gekenmerkt door extreem lage druk en de afwezigheid van een atmosfeer.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
inscription
[zelfstandig naamwoord]

words, letters, or symbols that are engraved, carved, or written on a surface, often for commemorative, informational, or decorative purposes

inscriptie, gravure

inscriptie, gravure

Ex: The memorial statue featured an inscription honoring the fallen soldiers of the war .Het herdenkingsbeeld bevatte een **inscriptie** ter ere van de gevallen soldaten van de oorlog.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to scrape
[werkwoord]

to remove a thin layer or small amount of something from a surface using a sharp or rough edge

schrapen, krabben

schrapen, krabben

Ex: She scrapes the mud off her shoes before entering the house .Ze **schraapt** de modder van haar schoenen voordat ze het huis binnenkomt.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to submerge
[werkwoord]

to plunge or immerse entirely beneath the surface of a liquid, typically water

onderdompelen, onderwater zetten

onderdompelen, onderwater zetten

Ex: The submarine descended into the depths of the ocean , submerging beneath the waves .De onderzeeër daalde af in de diepten van de oceaan, **onderdompelend** onder de golven.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to grind
[werkwoord]

to crush something into small particles by rubbing or pressing it against a hard surface

malen, vergruizen

malen, vergruizen

Ex: The barista carefully ground the coffee beans to achieve the desired coarseness.De barista maalde de koffiebonen zorgvuldig om de gewenste grofheid te bereiken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to pulverize
[werkwoord]

to crush or grind something into a fine powder or particles, often through mechanical means or forceful impact

verpulveren, vermalen

verpulveren, vermalen

Ex: The blender 's blades can pulverize fruits and vegetables into smooth juices .De messen van de blender kunnen fruit en groenten tot gladde sappen **verpulveren**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to dampen
[werkwoord]

to make something slightly wet or moist

vochtig maken, licht bevochtigen

vochtig maken, licht bevochtigen

Ex: She dampened the sponge before cleaning the spills .Ze **bevochtigde** de spons voordat ze de gemorste vloeistof opruimde.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to drench
[werkwoord]

to completely cover something with liquid by pouring it onto it

doorweken, natmaken

doorweken, natmaken

Ex: The heavy waves drenched the beachgoers with seawater .De zware golven **doordrenkten** de strandgangers met zeewater.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to perspire
[werkwoord]

to produce small drops of liquid on the surface of the skin, often as a result of physical exertion, anxiety, or heat

transpireren, zweten

transpireren, zweten

Ex: We all perspired after running a marathon .We hebben allemaal **gezweet** na het lopen van een marathon.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to nourish
[werkwoord]

to give someone or something food and other things which are needed in order to grow, live, and maintain health

voeden, voedsel geven

voeden, voedsel geven

Ex: It is important to nourish relationships with family and friends for emotional well-being .Het is belangrijk om relaties met familie en vrienden te **voeden** voor emotioneel welzijn.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to taint
[werkwoord]

to infect or dirty something with a disease or harmful microorganism

besmetten, verontreinigen

besmetten, verontreinigen

Ex: Insects can taint stored grains with molds and toxins .Insecten kunnen opgeslagen granen **besmetten** met schimmels en toxines.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to collide
[werkwoord]

to come into sudden and forceful contact with another object or person

botsen, in aanraking komen

botsen, in aanraking komen

Ex: The strong winds caused two trees to lean and eventually collide during the storm .De sterke winden veroorzaakten dat twee bomen gingen leunen en uiteindelijk **botsten** tijdens de storm.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to clog
[werkwoord]

to make it so that nothing can move through something

verstoppen, blokkeren

verstoppen, blokkeren

Ex: A swarm of insects clogged the air filter of the HVAC system , affecting air quality in the building .Een zwerm insecten **verstopte** het luchtfilter van het HVAC-systeem, wat de luchtkwaliteit in het gebouw beïnvloedde.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to penetrate
[werkwoord]

to move through something, typically overcoming resistance

doordringen, binnendringen

doordringen, binnendringen

Ex: The drill easily penetrated the hard surface , creating a hole .De boor drong gemakkelijk door het harde oppervlak, waardoor een gat ontstond.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to graze
[werkwoord]

to cause injury to the surface of one's skin by rubbing it against something rough

schaven, schuren

schaven, schuren

Ex: The tree branch grazed her face as she walked through the dense woods .De tak van de boom **schampte** haar gezicht toen ze door het dichte bos liep.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to burst
[werkwoord]

to suddenly and violently break open or apart, particularly as a result of internal pressure

barsten, exploderen

barsten, exploderen

Ex: The tire bursts while driving on the highway, causing the car to swerve.De band **barst** tijdens het rijden op de snelweg, waardoor de auto slipt.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to fracture
[werkwoord]

to crack something into multiple parts or pieces

breken, verbreken

breken, verbreken

Ex: When she dropped the porcelain dish , it did n't just break ; it fractured into tiny fragments .Toen ze het porseleinen bord liet vallen, brak het niet alleen; het **brak** in kleine fragmenten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to rupture
[werkwoord]

(of a pipe or similar structure) to burst or break apart suddenly

barsten, breken

barsten, breken

Ex: Emergency response teams were dispatched to the scene where a gas main was about to rupture.Noodhulpteams werden naar de plaats gestuurd waar een gasleiding op het punt stond te **barsten**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to cleave
[werkwoord]

to cut something using a sharp tool, often with precision and accuracy

splijten, snijden

splijten, snijden

Ex: The stonemason cleaved the large block of stone into smaller , manageable pieces .De steenhouwer **kliefde** het grote blok steen in kleinere, hanteerbare stukken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to dismantle
[werkwoord]

to take apart or disassemble a structure, machine, or object, breaking it down into its individual parts

demonteren, uit elkaar halen

demonteren, uit elkaar halen

Ex: The scientists carefully dismantled the experimental setup to analyze the individual components .De wetenschappers **demonteerden** zorgvuldig de experimentele opstelling om de afzonderlijke componenten te analyseren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to unscrew
[werkwoord]

to release or detach something by rotating it in a counter-clockwise direction, thereby loosening its fastening or connection

losdraaien, uitdraaien

losdraaien, uitdraaien

Ex: The plumber unscrewed the pipe fittings to fix the leak .De loodgieter **draaide** de pijpfittingen los om het lek te repareren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to shatter
[werkwoord]

to break suddenly into several pieces

verbrijzelen, breken

verbrijzelen, breken

Ex: If you drop it , the glass will shatter.Als je het laat vallen, zal het glas **breken**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to collapse
[werkwoord]

(of a construction) to fall down suddenly, particularly due to being damaged or weak

instorten, ineenstorten

instorten, ineenstorten

Ex: The ancient tower collapsed under the weight of the snow .De oude toren **stortte in** onder het gewicht van de sneeuw.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to demolish
[werkwoord]

to completely destroy or to knock down a building or another structure

slopen, vernietigen

slopen, vernietigen

Ex: The construction crew will demolish the existing walls before rebuilding .De bouwploeg zal de bestaande muren **sloppen** voordat ze worden herbouwd.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
airborne
[bijvoeglijk naamwoord]

related to something that is moving or transported through the air

door de lucht vervoerd, luchtgebonden

door de lucht vervoerd, luchtgebonden

Ex: Scientists studied the airborne pollutants in urban areas to assess their impact on air quality .Wetenschappers bestudeerden de **in de lucht zwevende** verontreinigende stoffen in stedelijke gebieden om hun impact op de luchtkwaliteit te beoordelen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
dingy
[bijvoeglijk naamwoord]

looking dark, dirty, or shabby, often because of not being taken care of or cleaned properly

donker, vies

donker, vies

Ex: Despite its dingy appearance , the old house had a certain charm .Ondanks zijn **sjofele** uiterlijk had het oude huis een zekere charme.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
ACT Engels en Wereldkennis
LanGeek
LanGeek app downloaden