pattern

Cambridge IELTS 19 - Academisch - Test 3 - Lezen - Passage 3 (1)

Hier kun je de woordenschat vinden uit Test 3 - Lezen - Passage 3 (1) in het Cambridge IELTS 19 - Academic cursusboek, om je te helpen bij de voorbereiding op je IELTS-examen.

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
Cambridge IELTS 19 - Academic
background
[zelfstandig naamwoord]

relatively unimportant or inconspicuous accompanying situation

achtergrond, context

achtergrond, context

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
chatter
[zelfstandig naamwoord]

noisy talk

geklets,  gebabbel

geklets, gebabbel

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
hitchhiker
[zelfstandig naamwoord]

a person who travels by getting free rides from passing vehicles

lifter, autostopster

lifter, autostopster

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
guide
[zelfstandig naamwoord]

a tool that explains symbols, colors, or codes on a map, chart, or diagram to make it easier to understand

gids, legenda

gids, legenda

Ex: The textbook provided a guide to the scientific notation used throughout the diagrams .Het leerboek bood een **gids** voor de wetenschappelijke notatie die in de diagrammen wordt gebruikt.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
galaxy
[zelfstandig naamwoord]

a large number of star systems bound together by gravitational force

melkweg

melkweg

Ex: Observations of distant galaxies help astronomers understand the early universe and the processes that led to the formation of galaxies.Waarnemingen van verre **sterrenstelsels** helpen astronomen het vroege heelal en de processen die tot de vorming van sterrenstelsels leidden te begrijpen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to feature
[werkwoord]

to have something as a prominent or distinctive aspect or characteristic

presenteren, omvatten

presenteren, omvatten

Ex: The car featured advanced safety options such as automatic emergency braking .De auto **bood** geavanceerde veiligheidsopties zoals automatische noodremming.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
life form
[zelfstandig naamwoord]

the characteristic bodily form of a mature organism

levensvorm, organisme

levensvorm, organisme

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to place
[werkwoord]

to lay or put something somewhere

plaatsen, leggen

plaatsen, leggen

Ex: The librarian asked patrons to place borrowed books in the designated return bin .De bibliothecaris vroeg de bezoekers om de geleende boeken in de aangewezen retourbak te **plaatsen**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
listener
[zelfstandig naamwoord]

a person who listens attentively to others, often with the intention of understanding or empathizing with their perspective

luisteraar, toehoorder

luisteraar, toehoorder

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
universe
[zelfstandig naamwoord]

all that exists in the physical world, such as space, planets, galaxies, etc.

universum

universum

Ex: Philosophers and physicists ponder the ultimate fate and origin of the universe.Filosofen en natuurkundigen peinzen over het uiteindelijke lot en de oorsprong van het **universum**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to represent
[werkwoord]

to serve as an instance that embodies the characteristics, qualities, or traits associated with a particular category or concept

vertegenwoordigen, symboliseren

vertegenwoordigen, symboliseren

Ex: The vintage car , with its design and engineering , represents an era when craftsmanship and elegance were highly valued .De vintage auto, met zijn ontwerp en techniek, **vertegenwoordigt** een tijdperk waarin vakmanschap en elegantie zeer gewaardeerd werden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
enthusiast
[zelfstandig naamwoord]

someone who has a strong interest in a particular activity, subject, or hobby, and really loves learning about it and doing it

enthousiast, liefhebber

enthousiast, liefhebber

Ex: She is a photography enthusiast who spends weekends capturing landscapes .Ze is een **enthousiast** van fotografie die weekenden doorbrengt met het vastleggen van landschappen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
practically
[bijwoord]

in a practical manner

praktisch, op een praktische manier

praktisch, op een praktische manier

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
realizable
[bijvoeglijk naamwoord]

capable of being achieved or made possible

realiseerbaar, haalbaar

realiseerbaar, haalbaar

Ex: The concept of sustainable energy is realizable with the right advancements in solar power .Het concept van duurzame energie is **realiseerbaar** met de juiste vooruitgang in zonne-energie.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
flat
[bijvoeglijk naamwoord]

having a relatively broad surface in relation to depth or thickness

plat,  afgeplat

plat, afgeplat

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
artificial
[bijvoeglijk naamwoord]

made by humans rather than occurring naturally in nature

kunstmatig, synthetisch

kunstmatig, synthetisch

Ex: Artificial flavors and colors are added to processed foods to enhance taste and appearance.**Kunstmatige** smaakstoffen en kleuren worden toegevoegd aan bewerkte voedingsmiddelen om de smaak en het uiterlijk te verbeteren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
speech
[zelfstandig naamwoord]

something spoken

toespraak, woord

toespraak, woord

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to enable
[werkwoord]

to give someone or something the means or ability to do something

mogelijk maken, inschakelen

mogelijk maken, inschakelen

Ex: Current developments in technology are enabling more sustainable practices .Huidige ontwikkelingen in technologie **maken** duurzamere praktijken mogelijk.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
major
[bijvoeglijk naamwoord]

serious and of great importance

belangrijk, ernstig

belangrijk, ernstig

Ex: The major decision to expand operations overseas was met with cautious optimism .Het **grote** besluit om de activiteiten overzee uit te breiden werd ontvangen met voorzichtig optimisme.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to recognize
[werkwoord]

to identify someone or something based on a distinguishing feature, like appearance or voice

herkennen, identificeren

herkennen, identificeren

Ex: He recognized the dog by its unusual markings .Hij **herkende** de hond aan zijn ongebruikelijke markeringen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
laboratory
[zelfstandig naamwoord]

a place where people do scientific experiments, manufacture drugs, etc.

laboratorium, lab

laboratorium, lab

Ex: Food scientists work in laboratories to develop new food products and improve food safety standards .Voedingswetenschappers werken in **laboratoria** om nieuwe voedselproducten te ontwikkelen en de voedselveiligheidsnormen te verbeteren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to cope
[werkwoord]

to handle a difficult situation and deal with it successfully

omgaan met, beheren

omgaan met, beheren

Ex: Couples may attend counseling sessions to cope with relationship difficulties and improve communication .Koppels kunnen deelnemen aan counselingsessies om om te gaan met relatieproblemen en de communicatie te verbeteren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
background noise
[zelfstandig naamwoord]

extraneous noise contaminating sound measurements that cannot be separated from the desired signal

achtergrondgeluid, geluidsinterferentie

achtergrondgeluid, geluidsinterferentie

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to surround
[werkwoord]

to be around something on all sides

omringen, omsingelen

omringen, omsingelen

Ex: Trees surrounded the campsite , offering shade and privacy .Bomen **omringden** de camping, waardoor schaduw en privacy werd geboden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to follow
[werkwoord]

to understand something such as an explanation, story, or the meaning of something

begrijpen, volgen

begrijpen, volgen

Ex: The book 's narrative was easy to follow, making it a quick and enjoyable read .Het verhaal van het boek was gemakkelijk te **volgen**, waardoor het een snelle en plezierige leeservaring was.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
scratchy
[bijvoeglijk naamwoord]

having a harsh and unpleasant sound

kras, schor

kras, schor

Ex: Her voice turned scratchy after hours of talking.Haar stem werd **schor** na urenlang praten.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
line
[zelfstandig naamwoord]

a telephone connection or service

lijn, telefoonverbinding

lijn, telefoonverbinding

Ex: The technician fixed the telephone line so we can make calls again.De technicus repareerde de telefoon**lijn** zodat we weer kunnen bellen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to remind
[werkwoord]

to make a person remember an obligation, task, etc. so that they do not forget to do it

herinneren, doen denken

herinneren, doen denken

Ex: Right now , the colleague is actively reminding everyone to RSVP for the office event .Op dit moment herinnert de collega iedereen actief aan om te reageren op de uitnodiging voor het kantoorfeest.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
nearly
[bijwoord]

to a degree that is close to being complete

bijna, vrijwel

bijna, vrijwel

Ex: He ’s nearly 30 but still behaves like a teenager sometimes .Hij is **bijna** 30 maar gedraagt zich soms nog steeds als een tiener.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
apart
[bijwoord]

at a distance from each other in either time or space

apart, ver uit elkaar

apart, ver uit elkaar

Ex: The houses are built miles apart in that rural area .De huizen zijn mijlen **ver uit elkaar** gebouwd in dat landelijke gebied.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
still
[bijwoord]

up to now or the time stated

nog, nog steeds

nog, nog steeds

Ex: The concert tickets are still available .De concertkaartjes zijn **nog** beschikbaar.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
obstacle
[zelfstandig naamwoord]

an intangible difficulty or challenge that must be overcome

moeilijkheid, uitdaging

moeilijkheid, uitdaging

Ex: The heavy snowstorm created an obstacle for travelers trying to reach the airport .Hij kreeg te maken met verschillende persoonlijke **obstakels** voordat hij de cursus afrondde.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
comfortably
[bijwoord]

in a relaxed, easygoing, or unstressed way

comfortabel, ontspannen

comfortabel, ontspannen

Ex: The meeting went comfortably, with no arguments or tension .De vergadering verliep **comfortabel**, zonder ruzies of spanning.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
institute
[zelfstandig naamwoord]

an organization focused on a specific field of study or training, offering programs and services related to science, technology, medicine, business, or the arts

instituut, instelling

instituut, instelling

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
computer science
[zelfstandig naamwoord]

the field of study that deals with computers and their uses

informatica, computerwetenschap

informatica, computerwetenschap

Ex: Computer science is used to develop the programs that control self-driving cars .**Informatica** wordt gebruikt om de programma's te ontwikkelen die zelfrijdende auto's besturen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
lecture
[zelfstandig naamwoord]

a talk given to an audience about a particular subject to educate them, particularly at a university or college

lezing, college

lezing, college

Ex: The series includes weekly lectures on art and culture .De serie omvat wekelijkse **lezingen** over kunst en cultuur.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
via
[Voorzetsel]

by means of a particular person, system, etc.

via, door middel van

via, door middel van

Ex: Reports are coming in via satellite .Rapporten komen binnen **via** satelliet.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to generate
[werkwoord]

to create a new set of data by using a mathematical or logical process to transform an existing set of data

genereren

genereren

Ex: By applying mathematical transformations , the mathematician generates a new set of data to test hypotheses .Door wiskundige transformaties toe te passen, **genereert** de wiskundige een nieuwe set gegevens om hypothesen te testen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
text
[zelfstandig naamwoord]

anything that is in written form

tekst, geschrift

tekst, geschrift

Ex: The exhibit featured ancient Egyptian texts inscribed on papyrus scrolls .De tentoonstelling toonde oude Egyptische **teksten** gegraveerd op papyrusrollen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
somewhat
[bijwoord]

to a moderate degree or extent

enigszins, een beetje

enigszins, een beetje

Ex: The plan has been somewhat revised since we last discussed it .Het plan is **enigszins** herzien sinds we het voor het laatst besproken hebben.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to subtitle
[werkwoord]

to add captions or translations to a video or film

ondertitelen

ondertitelen

daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
lecturer
[zelfstandig naamwoord]

a person who teaches courses at a college or university, often with a focus on undergraduate education, but who does not hold the rank of professor

docent, spreker

docent, spreker

Ex: After completing her PhD , she became a lecturer in modern history .Na het voltooien van haar promotie werd ze **docent** moderne geschiedenis.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to compete
[werkwoord]

to try to achieve a better result compared to that of other people or things

wedijveren, concurreren

wedijveren, concurreren

Ex: Students compete to get the highest grades in the class .Studenten **concurreren** om de hoogste cijfers in de klas te halen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
artificial speech translation
[zelfstandig naamwoord]

the use of technology, often powered by artificial intelligence, to convert spoken language into text or translate it into another language

kunstmatige spraakvertaling, vertaling van kunstmatige spraak

kunstmatige spraakvertaling, vertaling van kunstmatige spraak

Ex: Companies use artificial speech translation for multilingual customer support .Bedrijven gebruiken **kunstmatige spraakvertaling** voor meertalige klantenondersteuning.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Cambridge IELTS 19 - Academisch
LanGeek
LanGeek app downloaden