pattern

Essentiële Woordenschat voor de GRE - Een druppel in de oceaan

Hier leer je enkele Engelse woorden over geografie, zoals "beek", "glaciaal", "flora", enz., die nodig zijn voor het GRE-examen.

review-disable

Herzien

flashcard-disable

Flashcards

spelling-disable

Spelling

quiz-disable

Quiz

Begin met leren
Essential Words Needed for the GRE
archipelago
[zelfstandig naamwoord]

a large collection of islands or the sea surrounding them

archipel, eilandengroep

archipel, eilandengroep

Ex: Travelers often explore the Greek archipelago for its beautiful islands .Reizigers verkennen vaak de Griekse **archipel** vanwege zijn prachtige eilanden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
swamp
[zelfstandig naamwoord]

an area of land that is covered with water or is always very wet

moeras, zomp

moeras, zomp

Ex: Local folklore often tells tales of mysterious creatures lurking in the depths of the swamp, adding to its allure and mystery .Lokale folklore vertelt vaak verhalen over mysterieuze wezens die in de diepten van het **moeras** schuilen, wat bijdraagt aan zijn aantrekkingskracht en mysterie.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
reservoir
[zelfstandig naamwoord]

a lake, either natural or artificial, from which water is supplied to houses

reservoir, stuwmeer

reservoir, stuwmeer

Ex: Environmentalists monitor the reservoir's water quality to ensure it meets health standards for both wildlife and human consumption .Milieuactivisten monitoren de waterkwaliteit van het **reservoir** om ervoor te zorgen dat het voldoet aan gezondheidsnormen voor zowel wildlife als menselijke consumptie.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
precipice
[zelfstandig naamwoord]

a steep cliff or edge of a rock face, often with a significant drop

afgrond

afgrond

Ex: He felt a thrill standing at the precipice of the towering rock face .Hij voelde een opwinding terwijl hij aan de **rand van de afgrond** van de hoge rotswand stond.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
peninsula
[zelfstandig naamwoord]

a large body of land that is partially surrounded by water but is attached to a larger area of land

schiereiland, bijna-eiland

schiereiland, bijna-eiland

Ex: The Arabian Peninsula is a vast desert region rich in oil and cultural history, bordered by several bodies of water, including the Red Sea and the Persian Gulf.Het Arabisch Schiereiland is een uitgestrekte woestijnregio rijk aan olie en culturele geschiedenis, begrensd door verschillende watermassa's, waaronder de Rode Zee en de Perzische Golf.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
pinnacle
[zelfstandig naamwoord]

the highest point or summit of a mountain

top, punt

top, punt

Ex: The snow-covered pinnacle was visible from miles away .De met sneeuw bedekte **top** was van mijlen ver zichtbaar.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
brook
[zelfstandig naamwoord]

a small, natural watercourse or stream; typically characterized by a gentle and continuous flow

beek, stroompje

beek, stroompje

Ex: The brook's clear water sparkled in the sunlight .Het heldere water van de **beek** glinsterde in het zonlicht.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
deposit
[zelfstandig naamwoord]

a layer of matter that has been accumulated, particularly by a body of water

afzetting, voorkomen

afzetting, voorkomen

Ex: Engineers study sediment deposits in rivers to predict flooding risks .Ingenieurs bestuderen **afzettingen** van sediment in rivieren om overstromingsrisico's te voorspellen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
equatorial
[bijvoeglijk naamwoord]

relating to or located at or near the geographic equator, the imaginary line dividing the Earth into the Northern and Southern Hemispheres

equatoriaal, gerelateerd aan de evenaar

equatoriaal, gerelateerd aan de evenaar

Ex: Equatorial currents play a significant role in the global ocean circulation system.**Equatoriale** stromingen spelen een belangrijke rol in het wereldwijde oceaancirculatiesysteem.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
glacial
[bijvoeglijk naamwoord]

relating to a large mass of compressed ice like those near the poles or on mountains

gletsjer, ijstijd-

gletsjer, ijstijd-

Ex: Glacial deposits left by ancient ice sheets shaped the landscape of the region .**IJsafzettingen** achtergelaten door oude ijskappen vormden het landschap van de regio.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
moorland
[zelfstandig naamwoord]

an open and high land covered with grass, bushes and heather

heide, moeras

heide, moeras

Ex: The trail led them across the rugged moorland landscape.Het pad leidde hen door het ruige **heide**landschap.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
terrain
[zelfstandig naamwoord]

an area of land, particularly in reference to its physical or natural features

terrein, landschap

terrein, landschap

Ex: Farmers adapted their cultivation techniques to suit the varying terrain of their land , employing terracing on slopes and irrigation systems in low-lying areas to optimize agricultural productivity .Boeren pasten hun teelttechnieken aan om te passen bij het gevarieerde **terrein** van hun land, waarbij ze terrassen op hellingen en irrigatiesystemen in lager gelegen gebieden gebruikten om de landbouwproductiviteit te optimaliseren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
wharf
[zelfstandig naamwoord]

a structure built along the water's edge; often with a platform for ships to load and unload goods

kade, aanlegplaats

kade, aanlegplaats

Ex: Construction of a new wharf improved the port 's shipping efficiency .De bouw van een nieuwe **aanlegplaats** verbeterde de scheepvaartefficiëntie van de haven.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
vale
[zelfstandig naamwoord]

a low-lying piece of land between hills or mountains, often with a river flowing through it

dal, vallei

dal, vallei

Ex: The road winds through the narrow vale between the mountains .De weg slingert door de **smalle vallei** tussen de bergen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
arid
[bijvoeglijk naamwoord]

(of land or a climate) very dry because of not having enough or any rain

dor, droog

dor, droog

Ex: Arid regions are susceptible to desertification , a process where fertile land becomes increasingly dry and unable to support vegetation due to human activities or climate change .**Arid**e gebieden zijn vatbaar voor woestijnvorming, een proces waarbij vruchtbare land steeds droger wordt en geen vegetatie meer kan ondersteunen door menselijke activiteiten of klimaatverandering.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
cascade
[zelfstandig naamwoord]

a small steep waterfall, usually one of several others

waterval

waterval

Ex: The guidebook highlighted a famous cascade as a must-see attraction .De reisgids benadrukte een beroemde **waterval** als een must-see attractie.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
levee
[zelfstandig naamwoord]

a natural or man-made structure built along a river or waterway to prevent flooding by confining the water within its boundaries

dijk, kade

dijk, kade

Ex: The city ’s levee system was designed to keep the river within its banks .Het **dijk**systeem van de stad is ontworpen om de rivier binnen zijn oevers te houden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
canopy
[zelfstandig naamwoord]

the upper layer of trees in a forest that creates a dense cover with interlocking leaves; offering shade and shelter in the ecosystem

boomkruin, bladerdak

boomkruin, bladerdak

Ex: The dense canopy blocked much of the sunlight from reaching the forest floor .Het dichte **bladerdak** blokkeerde veel van het zonlicht om de bosbodem te bereiken.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
flora
[zelfstandig naamwoord]

communities of plant life native to a specific area or period

flora, vegetatie

flora, vegetatie

Ex: He documented the flora of ancient Egypt for his historical study .Hij documenteerde de **flora** van het oude Egypte voor zijn historische studie.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
foliage
[zelfstandig naamwoord]

a plant or tree's branches and leaves collectively

loof, vegetatie

loof, vegetatie

Ex: In autumn , the foliage of the trees turns brilliant shades of red and orange .In de herfst verandert **het gebladerte** van de bomen in schitterende tinten rood en oranje.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
fungus
[zelfstandig naamwoord]

a plant-like organism that often grows on organic matter and has no flowers or leaves, such as moulds and mushrooms

schimmel, zwam

schimmel, zwam

Ex: Penicillin , a groundbreaking antibiotic , is derived from a type of fungus.Penicilline, een baanbrekend antibioticum, is afgeleid van een soort **schimmel**.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
perennial
[bijvoeglijk naamwoord]

(of plants) lasting for several years, often returning and flowering repeatedly during its life cycle

meerjarig, standvastig

meerjarig, standvastig

Ex: The garden featured a variety of perennial plants that added color and vibrancy year after year .De tuin bevatte een verscheidenheid aan **vaste** planten die jaar na jaar kleur en levendigheid toevoegden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to pollinate
[werkwoord]

to deposit pollen on a plant or flower so that it can produce new seeds or fruit

bestuiven, bevruchten

bestuiven, bevruchten

Ex: Some plants , like corn , are pollinated by the wind , while others , like tomatoes , rely on bees .Sommige planten, zoals maïs, worden door de wind **bestoven**, terwijl andere, zoals tomaten, afhankelijk zijn van bijen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
sapling
[zelfstandig naamwoord]

a small and young tree

jonge boom, zaailing

jonge boom, zaailing

Ex: The sapling grew quickly with plenty of sunlight and nutrients .De **jonge boom** groeide snel met veel zonlicht en voedingsstoffen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
shoot
[zelfstandig naamwoord]

a new growth on a tree or plant or the part of a plant that starts to appear above the ground because it is growing

scheut, spruit

scheut, spruit

Ex: The bamboo shoot, a delicacy in Asian cuisine, was harvested and prepared for a stir-fry, prized for its tender texture and subtle flavor.De bamboe**scheut**, een delicatesse in de Aziatische keuken, werd geoogst en bereid voor een roerbak, gewaardeerd om zijn zachte textuur en subtiele smaak.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to sprout
[werkwoord]

(of a seed or plant) to begin growing

ontkiemen, spruiten

ontkiemen, spruiten

Ex: Don't be surprised to see pumpkin seeds sprout in the compost pile under the right conditions.Wees niet verbaasd om pompoenpitten te zien **ontkiemen** in de composthoop onder de juiste omstandigheden.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
biodegradable
[bijvoeglijk naamwoord]

(of an object) able to be broken down by living organisms such as bacteria, which is then safe for the environment

biologisch afbreekbaar

biologisch afbreekbaar

Ex: Certain detergents and cleaning products are formulated with biodegradable ingredients to minimize environmental impact .Bepaalde wasmiddelen en schoonmaakproducten zijn geformuleerd met **biologisch afbreekbare** ingrediënten om de milieu-impact te minimaliseren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
to contaminate
[werkwoord]

to make a place, substance, etc. dirty or harmful by adding dangerous material

verontreinigen, besmetten

verontreinigen, besmetten

Ex: Oil spills can contaminate beaches and marine ecosystems , causing extensive environmental damage .Olielekken kunnen stranden en mariene ecosystemen **verontreinigen**, wat uitgebreide milieuschade veroorzaakt.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
ecological
[bijvoeglijk naamwoord]

related to the connection between animals, plants, and humans and their environment

ecologisch, milieu-

ecologisch, milieu-

Ex: Ecological awareness encourages individuals to adopt environmentally friendly practices in their daily lives .**Ecologisch** bewustzijn moedigt individuen aan om milieuvriendelijke praktijken in hun dagelijks leven toe te passen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
effluent
[zelfstandig naamwoord]

liquid waste or sewage discharged into rivers, lakes, or the sea

effluent, vloeibaar afval

effluent, vloeibaar afval

Ex: The effluent from agricultural fields , rich in fertilizers and pesticides , often finds its way into nearby streams , causing pollution and ecosystem imbalances .Het **afvalwater** van landbouwvelden, rijk aan meststoffen en pesticiden, vindt vaak zijn weg naar nabijgelegen beken, wat vervuiling en onevenwichtigheden in het ecosysteem veroorzaakt.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
zero-emission
[bijvoeglijk naamwoord]

(of a vehicle) not producing gases harmful to the environment

nuluitstoot, emissievrij

nuluitstoot, emissievrij

Ex: Investing in zero-emission technology is crucial for reducing carbon footprints and combating climate change .Investeren in **nulemissie**-technologie is cruciaal voor het verminderen van de koolstofvoetafdruk en het bestrijden van klimaatverandering.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
low-impact
[bijvoeglijk naamwoord]

in relation to activities that minimize disruption to ecosystems; emphasizing sustainability and reduced ecological footprint

laag-impact, weinig invasief

laag-impact, weinig invasief

Ex: He attended a workshop on low-impact living to learn sustainable habits .Hij woonde een workshop bij over **low-impact** leven om duurzame gewoonten te leren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
flurry
[zelfstandig naamwoord]

a small amount of rain, snow, etc. that moves in a quick and stormy way and lasts only for a short period of time

vlaag, bui

vlaag, bui

Ex: A brief flurry of snow made the roads slippery .Een korte **vlaag** sneeuw maakte de wegen glad.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
gale
[zelfstandig naamwoord]

a very powerful wind

storm, vlaag

storm, vlaag

Ex: The howling gale outside made it difficult to hear anything , even from inside the house .De huilende **storm** buiten maakte het moeilijk om iets te horen, zelfs van binnenuit het huis.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
horizon
[zelfstandig naamwoord]

the line where the sky and earth seem to come in contact with each other

horizon

horizon

Ex: The sunset painted the horizon with hues of pink and orange .De zonsondergang schilderde **de horizon** in tinten roze en oranje.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
monsoon
[zelfstandig naamwoord]

a period in the summer during which wind blows and rain falls in India or other hot South Asian countries

moesson, regenseizoen

moesson, regenseizoen

Ex: Meteorologists closely monitor atmospheric conditions to predict the onset and duration of the monsoon, helping communities prepare for its arrival .Meteorologen houden de atmosferische omstandigheden nauwlettend in de gaten om het begin en de duur van de **moesson** te voorspellen, waardoor gemeenschappen zich kunnen voorbereiden op de komst ervan.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
thaw
[zelfstandig naamwoord]

a period during which the weather becomes warmer causing snow and ice to melt

dooi, smelting

dooi, smelting

Ex: After a long winter , the spring thaw revealed the first signs of green .Na een lange winter onthulde de voorjaars**dooi** de eerste tekenen van groen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
arable
[bijvoeglijk naamwoord]

having the capacity to be used to grow crops

akkerbouw, geschikt voor bebouwing

akkerbouw, geschikt voor bebouwing

Ex: Arable farming requires land that is suitable for growing crops .**Bouwland** vereist land dat geschikt is voor het verbouwen van gewassen.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
cultivation
[zelfstandig naamwoord]

(agriculture) the deliberate and systematic act of nurturing of plants, crops, or skills; often involving careful attention, development, and improvement

teelt, cultivatie

teelt, cultivatie

Ex: He invested in new equipment to improve the cultivation of his fields .Hij investeerde in nieuwe apparatuur om de **teelt** van zijn velden te verbeteren.
daily words
wordlist
Sluiten
Inloggen
Essentiële Woordenschat voor de GRE
LanGeek
LanGeek app downloaden